Bbp, productie en bestedingen; productie- en inkomens naar sector 1988-2012

Tabeltoelichting


Deze tabel bevat gegevens over het macro-economische productieproces.
Hier worden van verschillende economische sectoren de productie, het verbruik, de toegevoegde waarde en de inkomenscomponenten van de toegevoegde waarde weergegeven.

Gegevens beschikbaar vanaf: 1988 tot 2012

Status van de cijfers:
Cijfers vanaf 1988 zijn definitief. De twee meest recente jaren hebben nog een (nader) voorlopig karakter.
Aangezien deze tabel is stopgezet, worden de gegevens niet meer definitief gemaakt.

Wijzigingen per 25 juni 2014:
Geen, deze tabel is stopgezet.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Niet meer van toepassing.

Toelichting onderwerpen

Toegevoegde waarde uit inkomensvorming
Bruto toegevoegde waarde uitgesplitst naar inkomenscomponenten. Bruto is
inclusief afschrijvingen.
Afschrijvingen
De waardevermindering van de kapitaalgoederenvoorraad die het gevolg is van voorzienbare technische en economische veroudering en verzekerbare schade (zoals brand en diefstal).
Kapitaalgoederen zijn bijvoorbeeld machines, gebouwen, vervoermiddelen en software.
Netto exploitatie overschot
Het exploitatieoverschot per bedrijfsklasse is het saldo dat resteert
nadat de toegevoegde waarde tegen basisprijzen is verminderd met de
beloning van werknemers en het saldo van niet-productgebonden belastingen op productie en niet-productgebonden subsidies op productie. Bij zelfstandigen wordt dit saldo gemengd inkomen genoemd omdat het ook de beloning voor de door hen geleverde arbeid bevat.
Het exploitatieoverschot van de totale economie wordt bepaald door het
totaal van de bedrijfsklassen te vermeerderen met het verschil
toegerekende en afgedragen belasting over de toegevoegde waarde (btw).
---
Netto exploitatieoverschot houdt in dat de exploitatieoverschot exclusief
de afschrijvingen is.
Niet-productgebonden belastingen, sub...
Het saldo van de niet-productgebonden belastingen en de
niet-productgebonden subsidies.
Saldo
Het saldo van de niet-productgebonden belastingen en de
niet-productgebonden subsidies.
Niet-productgebonden belastingen
Hieronder vallen de belastingen op productie die producenten moeten
betalen, ongeacht de hoeveelheid of de waarde van de geproduceerde of
verkochte producten. Voorbeelden hiervan zijn de onroerendezaakbelasting,
reinigingsrechten en rioolrechten betaald door producenten.
Niet-productgebonden subsidies
Hieronder vallen de subsidies op productie. De hoogte van de subsidie is
onafhankelijk van de waarde of de hoeveelheid geproduceerde en verkochte
producten. Het betreft vooral de loonsubsidies.
Verschil toegerekende en afgedragen BTW
Het verschil tussen de toegerekende en de afgedragen btw ontstaat onder
meer door kwijtscheldingen, oninbaar geleden bedragen, boetes, de Regeling
kleine ondernemers en door ontwijking van afdracht van btw. Het verschil
tussen toegerekende en afgedragen btw wordt niet verdeeld over de
bedrijfsklassen. Dit verschil wordt op het niveau van de totale economie
geteld bij de toegevoegde waarde (en het exploitatieoverschot / gemengd
inkomen).