Heffingskortingen inkomstenbelasting; particuliere huishoudens, 2006-2014

Heffingskortingen inkomstenbelasting; particuliere huishoudens, 2006-2014

Heffingskortingen Kenmerken huishouden Perioden Aantal particuliere huishoudens (x 1 000) Aandeel particuliere huishoudens (%) Bedragen heffingskortingen Gemiddeld bedrag per huishouden (1 000 euro)
Heffingskorting gepensioneerden Totaal particuliere huishoudens 2014 2.210 29,2 1,4
Heffingskorting gepensioneerden Totaal eenpersoonshuishouden 2014 955 34,4 1,3
Heffingskorting gepensioneerden Totaal meerpersoonshuishouden 2014 1.255 26,2 1,4
Heffingskorting gepensioneerden Overig meerpersoonshuishouden 2014 47 35,2 1,5
Heffingskorting gepensioneerden Huishouden met lid 65 jaar of ouder 2014 2.053 100,0 1,5
Heffingskorting gepensioneerden Paar, één of beiden 65 jaar of ouder 2014 983 100,0 1,6
Heffingskorting gepensioneerden Overig huishouden met lid >= 65 2014 164 100,0 1,4
Heffingskorting gepensioneerden Huishouden zonder lid 65 jaar of ouder 2014 157 2,9 0,1
Heffingskorting gepensioneerden Omvang huishouden: 1 persoon 2014 955 34,4 1,3
Heffingskorting gepensioneerden Omvang huishouden: 2 personen 2014 1.111 44,4 1,5
Heffingskorting gepensioneerden Omvang huishouden: 3 personen 2014 92 10,0 1,1
Heffingskorting gepensioneerden Omvang huishouden: 4 personen 2014 28 2,9 1,0
Heffingskorting gepensioneerden Omvang huishouden: 5 of meer personen 2014 23 5,8 1,2
Heffingskorting gepensioneerden Huishouden met 1 persoon met inkomen 2014 1.052 31,1 1,2
Heffingskorting gepensioneerden Huishouden met 2 personen met inkomen 2014 1.043 31,5 1,5
Heffingskorting gepensioneerden Huishouden met 3 personen met inkomen 2014 88 15,3 1,2
Heffingskorting gepensioneerden Huishouden met >= 4 personen met inkomen 2014 27 9,4 1,2
Heffingskorting gepensioneerden 1. Inkomen uit arbeid 2014 191 5,0 0,8
Heffingskorting gepensioneerden 1.3 Overig inkomen uit arbeid 2014 13 8,9 .
Heffingskorting gepensioneerden 2. Inkomen uit eigen onderneming 2014 133 14,1 1,1
Heffingskorting gepensioneerden 3. Overdrachtsinkomen 2014 1.886 67,0 1,4
Heffingskorting gepensioneerden 3.1 Uitkering inkomensverzekering 2014 1.873 82,2 1,4
Heffingskorting gepensioneerden 3.1.3 Uitkering ouderdom/nabestaanden 2014 1.831 95,8 1,5
Heffingskorting gepensioneerden 3.3 Overig overdrachtsinkomen 2014 2 1,7 .
Heffingskorting gepensioneerden Hoogte van het inkomen: 1e 25%-groep 2014 747 39,5 1,5
Heffingskorting gepensioneerden Hoogte van het inkomen: 2e 25%-groep 2014 819 43,3 1,6
Heffingskorting gepensioneerden Hoogte van het inkomen: 3e 25%-groep 2014 414 21,9 1,1
Heffingskorting gepensioneerden Hoogte van het inkomen: 4e 25%-groep 2014 231 12,2 0,8
Heffingskorting gepensioneerden Hoogte van het inkomen: 1e 10%-groep 2014 173 22,9 1,4
Heffingskorting gepensioneerden Hoogte van het inkomen: 2e 10%-groep 2014 398 52,6 1,5
Heffingskorting gepensioneerden Hoogte van het inkomen: 3e 10%-groep 2014 361 47,8 1,6
Heffingskorting gepensioneerden Hoogte van het inkomen: 4e 10%-groep 2014 366 48,4 1,6
Heffingskorting gepensioneerden Hoogte van het inkomen: 5e 10%-groep 2014 268 35,4 1,4
Heffingskorting gepensioneerden Hoogte van het inkomen: 6e 10%-groep 2014 201 26,6 1,2
Heffingskorting gepensioneerden Hoogte van het inkomen: 7e 10%-groep 2014 154 20,4 1,0
Heffingskorting gepensioneerden Hoogte van het inkomen: 8e 10%-groep 2014 110 14,5 0,9
Heffingskorting gepensioneerden Hoogte van het inkomen: 9e 10%-groep 2014 93 12,3 0,8
Heffingskorting gepensioneerden Hoogte van het inkomen: 10e 10%-groep 2014 87 11,5 0,7
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel bevat gegevens over heffingskortingen van particuliere huishoudens binnen de inkomstenbelasting. Het gaat hierbij om het aantal huishoudens dat recht heeft op en de hoogte van de verschillende heffingskortingen.
Huishoudens kunnen worden onderscheiden naar diverse kenmerken, zoals hoogte van het inkomen en samenstelling van het huishouden.

De heffingskortingen in deze tabel zijn gebaseerd op de Wet inkomstenbelasting 2001.

Gegevens beschikbaar van 2006 tot en met 2014.

Status van de cijfers:
De cijfers in deze tabel zijn definitief.

Wijzigingen per 21 juni 2019:
Geen, tabel is stopgezet.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Niet meer van toepassing.

Toelichting onderwerpen

Aantal particuliere huishoudens
Particulier huishouden:
Eén of meer personen die samen een woonruimte bewonen en zichzelf daar
niet-bedrijfsmatig voorzien in de dagelijkse levensbehoeften.
---
De uitkomsten hebben betrekking op particuliere huishoudens met inkomen
in Nederland. Personen die in tehuizen of inrichtingen verblijven, zijn
buiten beschouwing gebleven.
---
Het betreft het aantal particuliere huishoudens dat recht heeft op de
geselecteerde heffingskorting.
Aandeel particuliere huishoudens
Particulier huishouden:
Eén of meer personen die samen een woonruimte bewonen en zichzelf daar
niet-bedrijfsmatig voorzien in de dagelijkse levensbehoeften.
---
De uitkomsten hebben betrekking op particuliere huishoudens met inkomen
in Nederland. Personen die in tehuizen of inrichtingen verblijven, zijn
buiten beschouwing gebleven.
---
Het aandeel particuliere huishoudens is het aantal particuliere
huishoudens dat recht heeft op de geselecteerde heffingskorting in
procenten van het totaal aantal particuliere huishoudens.
Bedragen heffingskortingen
Een heffingskorting is een korting op de inkomstenbelasting die iemand
moet betalen. Op welke heffingskortingen iemand recht heeft, hangt af van
zijn of haar persoonlijke situatie.
Gemiddeld bedrag per huishouden
Het gemiddelde bedrag per particulier huishouden dat recht heeft op de
geselecteerde heffingskorting.