Landbouw; economische omvang naar omvangsklasse, bedrijfstype

Landbouw; economische omvang naar omvangsklasse, bedrijfstype

SO-klassen Bedrijfstypen Perioden Economische omvang (SO) (1 000 euro)
Alle SO-klassen Totaal alle bedrijfstype 2024* 27.376.104
Alle SO-klassen Totaal akkerbouwbedrijven 2024* 2.090.746
Alle SO-klassen Graan-, oliezaad- en eiwitgewasbedrijven 2024* 27.195
Alle SO-klassen Zetmeelaardappelbedrijven 2024* 207.523
Alle SO-klassen Akkerbouwgroentebedrijven 2024* 335.753
Alle SO-klassen Akkerbouwbedr. met vooral voedergewassen 2024* 65.570
Alle SO-klassen Overige akkerbouwbedrijven 2024* 1.454.705
Alle SO-klassen Totaal tuinbouwbedrijven 2024* 10.139.098
Alle SO-klassen Glasgroentebedrijven 2024* 2.129.897
Alle SO-klassen Snijbloemenbedrijven 2024* 2.139.908
Alle SO-klassen Pot- en perkplantenbedrijven 2024* 2.092.318
Alle SO-klassen Overige glastuinbouwbedrijven 2024* 440.358
Alle SO-klassen Opengrondsgroentenbedrijven 2024* 393.989
Alle SO-klassen Bloembollenbedrijven 2024* 590.109
Alle SO-klassen Paddenstoelbedrijven 2024* 324.823
Alle SO-klassen Boomkwekerijbedrijven 2024* 1.265.928
Alle SO-klassen Overige tuinbouwbedrijven 2024* 761.767
Alle SO-klassen Totaal blijvendeteeltbedrijven 2024* 478.462
Alle SO-klassen Wijngaardbedrijven 2024* 8.852
Alle SO-klassen Fruitbedrijven 2024* 391.049
Alle SO-klassen Overige blijvende teeltbedrijven 2024* 78.560
Alle SO-klassen Totaal graasdierbedrijven 2024* 8.793.953
Alle SO-klassen Melkveebedrijven 2024* 7.074.953
Alle SO-klassen Vleeskalverenbedrijven 2024* 820.714
Alle SO-klassen Overige rundveebedrijven 2024* 307.414
Alle SO-klassen Schapenbedrijven 2024* 101.801
Alle SO-klassen Geitenbedrijven 2024* 357.814
Alle SO-klassen Paard- en ponybedrijven 2024* 56.148
Alle SO-klassen Graasdierbedr. met vooral voedergewassen 2024* 17.131
Alle SO-klassen Overige graasdierbedrijven 2024* 57.979
Alle SO-klassen Totaal hokdierbedrijven 2024* 4.412.370
Alle SO-klassen Fokzeugenbedrijven 2024* 748.583
Alle SO-klassen Vleesvarkensbedrijven 2024* 1.069.983
Alle SO-klassen Overige varkensbedrijven 2024* 859.625
Alle SO-klassen Leghennenbedrijven tbv consumptie eieren 2024* 661.656
Alle SO-klassen Vleeskuikenbedrijven 2024* 659.500
Alle SO-klassen Overige pluimveebedrijven 2024* 359.238
Alle SO-klassen Overige hokdierbedrijven 2024* 53.784
Alle SO-klassen Gewascombinaties 2024* 595.140
Alle SO-klassen Totaal veeteeltcombinaties 2024* 316.582
Alle SO-klassen Veeteeltcombinatie, vooral graasdieren 2024* 133.233
Alle SO-klassen Veeteeltcombinatie, vooral hokdieren 2024* 183.350
Alle SO-klassen Gewas/veecombinaties 2024* 549.752
Alle SO-klassen Akkerbouw-graasdiercombinaties 2024* 182.249
Alle SO-klassen Overige gewas/veecombinaties 2024* 367.503
SO: 3 000 tot 25 000 euro Totaal alle bedrijfstype 2024* 109.869
SO: 3 000 tot 25 000 euro Totaal akkerbouwbedrijven 2024* 40.527
SO: 3 000 tot 25 000 euro Graan-, oliezaad- en eiwitgewasbedrijven 2024* 5.441
SO: 3 000 tot 25 000 euro Zetmeelaardappelbedrijven 2024* 455
SO: 3 000 tot 25 000 euro Akkerbouwgroentebedrijven 2024* 511
SO: 3 000 tot 25 000 euro Akkerbouwbedr. met vooral voedergewassen 2024* 27.063
SO: 3 000 tot 25 000 euro Overige akkerbouwbedrijven 2024* 7.056
SO: 3 000 tot 25 000 euro Totaal tuinbouwbedrijven 2024* 4.508
SO: 3 000 tot 25 000 euro Glasgroentebedrijven 2024* 131
SO: 3 000 tot 25 000 euro Snijbloemenbedrijven 2024* 247
SO: 3 000 tot 25 000 euro Pot- en perkplantenbedrijven 2024* 152
SO: 3 000 tot 25 000 euro Overige glastuinbouwbedrijven 2024* 223
SO: 3 000 tot 25 000 euro Opengrondsgroentenbedrijven 2024* 1.282
SO: 3 000 tot 25 000 euro Bloembollenbedrijven 2024* 272
SO: 3 000 tot 25 000 euro Paddenstoelbedrijven 2024* 39
SO: 3 000 tot 25 000 euro Boomkwekerijbedrijven 2024* 1.537
SO: 3 000 tot 25 000 euro Overige tuinbouwbedrijven 2024* 626
SO: 3 000 tot 25 000 euro Totaal blijvendeteeltbedrijven 2024* 1.849
SO: 3 000 tot 25 000 euro Wijngaardbedrijven 2024* 115
SO: 3 000 tot 25 000 euro Fruitbedrijven 2024* 1.500
SO: 3 000 tot 25 000 euro Overige blijvende teeltbedrijven 2024* 233
SO: 3 000 tot 25 000 euro Totaal graasdierbedrijven 2024* 59.226
SO: 3 000 tot 25 000 euro Melkveebedrijven 2024* 341
SO: 3 000 tot 25 000 euro Vleeskalverenbedrijven 2024* 204
SO: 3 000 tot 25 000 euro Overige rundveebedrijven 2024* 20.098
SO: 3 000 tot 25 000 euro Schapenbedrijven 2024* 13.204
SO: 3 000 tot 25 000 euro Geitenbedrijven 2024* 335
SO: 3 000 tot 25 000 euro Paard- en ponybedrijven 2024* 15.781
SO: 3 000 tot 25 000 euro Graasdierbedr. met vooral voedergewassen 2024* 4.966
SO: 3 000 tot 25 000 euro Overige graasdierbedrijven 2024* 4.298
SO: 3 000 tot 25 000 euro Totaal hokdierbedrijven 2024* 191
SO: 3 000 tot 25 000 euro Fokzeugenbedrijven 2024* 17
SO: 3 000 tot 25 000 euro Vleesvarkensbedrijven 2024* 77
SO: 3 000 tot 25 000 euro Overige varkensbedrijven 2024* 93
SO: 3 000 tot 25 000 euro Leghennenbedrijven tbv consumptie eieren 2024* 0
SO: 3 000 tot 25 000 euro Vleeskuikenbedrijven 2024* 0
SO: 3 000 tot 25 000 euro Overige pluimveebedrijven 2024* 5
SO: 3 000 tot 25 000 euro Overige hokdierbedrijven 2024* 0
SO: 3 000 tot 25 000 euro Gewascombinaties 2024* 1.345
SO: 3 000 tot 25 000 euro Totaal veeteeltcombinaties 2024* 161
SO: 3 000 tot 25 000 euro Veeteeltcombinatie, vooral graasdieren 2024* 121
SO: 3 000 tot 25 000 euro Veeteeltcombinatie, vooral hokdieren 2024* 40
SO: 3 000 tot 25 000 euro Gewas/veecombinaties 2024* 2.064
SO: 3 000 tot 25 000 euro Akkerbouw-graasdiercombinaties 2024* 1.421
SO: 3 000 tot 25 000 euro Overige gewas/veecombinaties 2024* 643
SO: 25 000 tot 100 000 euro Totaal alle bedrijfstype 2024* 533.722
SO: 25 000 tot 100 000 euro Totaal akkerbouwbedrijven 2024* 179.708
SO: 25 000 tot 100 000 euro Graan-, oliezaad- en eiwitgewasbedrijven 2024* 10.694
SO: 25 000 tot 100 000 euro Zetmeelaardappelbedrijven 2024* 13.006
SO: 25 000 tot 100 000 euro Akkerbouwgroentebedrijven 2024* 23.267
SO: 25 000 tot 100 000 euro Akkerbouwbedr. met vooral voedergewassen 2024* 31.220
SO: 25 000 tot 100 000 euro Overige akkerbouwbedrijven 2024* 101.520
SO: 25 000 tot 100 000 euro Totaal tuinbouwbedrijven 2024* 47.332
SO: 25 000 tot 100 000 euro Glasgroentebedrijven 2024* 2.125
SO: 25 000 tot 100 000 euro Snijbloemenbedrijven 2024* 1.890
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel geeft informatie over het aantal landbouwbedrijven in Nederland, de economische omvang van de bedrijven en de oppervlakte cultuurgrond in gebruik bij deze bedrijven, per klasse van economische omvang van de bedrijven.
Deze informatie wordt gepresenteerd voor totaal Nederland en voor de diverse (hoofd)bedrijfstypen.

De gegevens voor deze tabel komen uit de landbouwtelling. De landbouwtelling maakt deel uit van de gecombineerde opgave, die onder meer gebruikt wordt voor de uitvoering van het landbouwbeleid en handhaving van de Meststoffenwet.

De peildatum voor het aantal dieren is 1 april; de peildatum voor de gewassen is 15 mei.

In 2022 maken paarden, pony’s en ezels geen onderdeel uit van de Landbouwtelling. Dit heeft invloed op de bedrijfstypering en het totaal aantal landbouwbedrijven in de Landbouwtelling. Bedrijven met paarden en pony's die eerder ingedeeld werden bij 'paard -en ponybedrijven' worden in 2022, als er naast het houden van paarden en pony's ook nog landbouwactiviteiten zijn, ingedeeld bij een ander bedrijfstype. Dit heeft met name effect op graasdierbedrijven en 'akkerbouwbedrijven met vooral voedergewassen', hier treedt een duidelijke trendbreuk op.

Met ingang van 2020 geldt de SO2017, gebaseerd op de jaren 2015 tot en met 2019 (zie ook de toelichting bij SO: Standaard Opbrengst).

Met ingang van 2018 wordt het aantal vleeskalveren, vleesvarkens, kippen en kalkoenen bijgesteld bij tijdelijke leegstand op de peildatum. Voor de bijstelling wordt gebruik gemaakt van de opgave van voorgaand jaar.
De Landbouwtelling is een structuur enquête, daarin is een bijstelling bij tijdelijke leegstand o.a. van belang voor de bepaling van het bedrijfstype en de economische omvang van de bedrijven.
Bij de omvang van de veestapels is het aantal dieren op de peildatum van belang, daarom worden de dieraantallen in de veestapeltabellen niet bijgesteld bij tijdelijke leegstand.
Als gevolg hiervan kunnen er verschillen optreden tussen de dieraantallen in de Landbouwtellingstabellen en de veestapeltabellen (zie ‘koppeling naar relevante tabellen en artikelen’).

Met ingang van 2017 worden de dieraantallen in toenemende mate afgeleid uit I&R registers (Identificatie en Registratie van dieren), in plaats van d.m.v. directe uitvraag in de Gecombineerde Opgave. De I&R registers vallen onder verantwoordelijkheid van RVO (Rijksdienst voor Ondernemend Nederland). Sinds 2017 worden de rundvee aantallen afgeleid uit I&R-rund, en vanaf 2018 worden ook schapen, geiten en pluimvee afgeleid uit de betreffende I&R registers. De registratie van rundvee, schapen en geiten vindt rechtstreeks bij RVO plaats. Pluimvee gegevens worden ingewonnen via de aangewezen databank Koppel Informatiesysteem Pluimvee (KIP) van Avined. Avined is een brancheorganisatie voor de eier- en pluimveevleessector. Avined geeft de gegevens door aan de centrale database van RVO.nl. Door de overgang naar het gebruik van I&R registers treedt er voor schapen en geiten vanaf 2018 een wijziging in de indeling op.

Met ingang van 2016 wordt voor de afbakening van de Landbouwtelling gebruik gemaakt van informatie uit het Handelsregister. Inschrijving in het Handelsregister met een agrarische SBI (Standaard BedrijfsIndeling) is leidend bij de bepaling of er sprake is van een landbouwbedrijf. Met deze afbakening wordt zo nauw mogelijk aangesloten bij de statistische verordeningen van Eurostat en de (Nederlandse) implementatie van het begrip 'actieve landbouwer' uit het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB).

De afbakening van de Landbouwtelling op basis van informatie uit het Handelsregister heeft vooral invloed op het aantal bedrijven, hier treedt een duidelijke trendbreuk op. De invloed op arealen (behalve bij niet-cultuurgrond en natuurlijk grasland) en de dieraantallen (behalve bij schapen, en paarden en pony's) zijn beperkt. Dit heeft met name te maken met het soort bedrijven dat bij de nieuwe afbakening wordt uitgesloten (zoals maneges, kinderboerderijen en natuurbeheer organisaties).

Met ingang van 2010 wordt een nieuwe norm voor de economische omvang van bedrijven en een nieuwe bedrijfstypering gehanteerd. Tot en met 2009 werd de economische omvang van agrarische bedrijven uitgedrukt in NGE (Nederlandse Grootte-Eenheid). Met ingang van 2010 is dit vervangen door SO (Standaard Opbrengst). Hierdoor wijzigt de ondergrens voor opname van bedrijven in de publicatie van de Landbouwtelling van 3 nge in 3000 euro SO.
Voor vergelijkbaarheid in de tijd zijn de gegevens van 2000 tot en met 2009 herberekend op basis van SO-normen en -indelingen. SO-normen worden om de drie jaar geactualiseerd. De meest recente actualisatie vond plaats in 2016; bij de herberekening zijn de SO-normen uit 2010 gehanteerd.

Gegevens beschikbaar vanaf: 2000

Status van de cijfers: De cijfers van 2024 zijn voorlopig, de overige cijfers zijn definitief.

Wijzigingen per 28 november 2024: de voorlopige cijfers van 2024 zijn toegevoegd.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Volgens de reguliere planning verschijnen in november de voorlopige cijfers en in maart van het jaar daarna volgen de definitieve cijfers.

Toelichting onderwerpen

Economische omvang (SO)
De economische omvang van de Nederlandse landbouwbedrijven, uitgedrukt in euro SO (Standaard Opbrengst).
Met ingang van 2013 zijn de SO-normen geactualiseerd. De eerstvolgende actualisering vind plaats in 2016.
_
Voor meer uitleg over SO wordt verwezen naar de tabeltoelichting.