Gediplomeerden en afgestudeerden; onderwijssoort, vanaf 1900

Tabeltoelichting


Deze tabel bevat gegevens over de gediplomeerden en afgestudeerden in het door de overheid bekostigde onderwijs naar onderwijssoort.

Gegevens beschikbaar vanaf: 1900.

Status van de cijfers:
De cijfers over de school-/studiejaren tot en met 2021/'22 zijn definitief en die over het school-/studiejaar 2022/'23 zijn voorlopig.

Wijzigingen per 21 juni 2024:
De definitieve cijfers over het school-/studiejaar 2021/'22 en de voorlopige cijfers over het school-/studiejaar 2022/'23 zijn toegevoegd.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
In het derde kwartaal van 2025 komen de definitieve cijfers over het school-/studiejaar 2022/'23 en de voorlopige cijfers over het school-/studiejaar 2023/'24 beschikbaar.

Toelichting onderwerpen

Voortgezet onderwijs
Het totaal voortgezet onderwijs bevat hier de volgende onderwijssoorten van het voltijdonderwijs:
- middelbaar algemeen voortgezet onderwijs (mavo);
- meer uitgebreid lager onderwijs (mulo);
- hoger algemeen voortgezet onderwijs (havo);
- middelbare school voor meisjes (msvm);
- voorbereidend wetenschappelijk onderwijs (vwo);
- lyceum;
- gymnasium;
- atheneum/hogere burgerschool (hbs);
- lager beroepsonderwijs (lbo);
- voorbereidend beroepsonderwijs (vbo), inclusief individueel beroepsonderwijs (ibo);
- voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs (vmbo), inclusief leerwegondersteunend onderwijs (lwoo);
- middenschool;
- handelsdagschool.

Vanaf 2002/'03 zijn de gediplomeerden van de mavo volledig overgegaan naar vmbo theoretische leerweg (vmbo-t).
Het voorbereidend beroepsonderwijs (vbo) en het individueel voorbereidend beroepsonderwijs (ivbo) telden in 2002/'03 nog enkele gediplomeerden. Deze onderwijssoorten zijn overgegaan naar vmbo basisberoepsgerichte leerweg (vmbo-b), kaderberoepsgerichte leerweg (vmbo-k) en gemengde leerweg (vmbo-g).

Gediplomeerden voor het staatsexamen vwo zijn vermeld bij volwasseneneducatie.
Lager beroepsond 1950/'51 tot 2003/'04
Reeks van 1950/'51 tot 2003/'04.

Lager beroepsonderwijs (lbo, 1950/'51 tot 1994/'95) en voorbereidend beroepsonderwijs (vbo, 1994/'95 tot 2003/'04).
Zowel lbo als vbo zijn inclusief de gediplomeerden bij het individueel beroepsonderwijs (ibo-ivbo) en leerwegondersteunend onderwijs (lwoo).

Het geringere aantal gediplomeerdenin 1974/'75 is het gevolg van de invoering van een vierde leerjaar in een aantal sectoren.

Vóór 1950 zijn de gediplomeerden van dit niveau opgenomen in het nijverheidsonderwijs. Vanaf 2002/'03 wordt de reeks voortgezet in de beroepsgerichte leerwegen van het vmbo (voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs). In 2002/'03 is het aantal gediplomeerden in het vbo erg laag. Het betrof alleen leerlingen die één of meer jaren vertraging hadden opgelopen.
Lbo 1950/'51 tot 1994/'95
Reeks van 1950/'51 tot 1994/'95.

Lager en individueel beroepsonderwijs (lbo-ibo) naar onderwijssoort.

Het geringere aantal gediplomeerden in 1974/'75 is het gevolg van de invoering van een vierde leerjaar in een aantal sectoren.
Leao-lavo (vanaf 1967/'68)
Reeks van 1967/'68 tot 1994/'95.

Lager economisch en administratief onderwijs (leao) en lager algemeen voortgezet onderwijs (lavo).

Het geringere aantal gediplomeerden in 1974/'75 is het gevolg van de invoering van een vierde leerjaar.
Beroepsonderwijs vóór 1950
Reeks van 1900/'01 tot 1950/'51.

Het beroepsonderwijs vóór 1950 bestaat uit het nijverheidsonderwijs en de opleidingen voor onderwijzersakten. Het betreft gediplomeerden op verschillende onderwijsniveaus (lager, middelbaar en hoger).

Vanaf 1950 zijn de gediplomeerden van het beroepsonderwijs te vinden in de reeksen van het voortgezet onderwijs (lbo-vbo-vmbo), het middelbaar beroepsonderwijs (mbo) en het hoger beroepsonderwijs (hbo).
Onderwijzersopleiding
Reeks van 1900/'01 tot 1950/'51.
Lagere vakakten
Reeks van 1905/'06 tot 1950/'51.

Lagere vakakten voor bijvoorbeeld de vakken Frans, Duits, Engels en wiskunde.
Gediplomeerden in 1948/'49 zijn inclusief de gediplomeerden van de spoedopleiding akte lichamelijke oefening.
Middelbaar beroepsonderwijs vanaf 1950
Reeks vanaf 1950/'51.

Middelbaar beroepsonderwijs (mbo).

Vóór 1997/'98 was de beroepsopleidende leerweg (bol) bekend onder de naam mbo en de beroepsbegeleidende leerweg (bbl) onder de naam beroepsbegeleidend onderwijs (bbo). Het bbo bestond voor het grootste deel uit onderwijs in het kader van het leerlingwezen.

De cursussen landbouwonderwijs en de korte cursussen techniek zijn in deze tabel buiten beschouwing gebleven.

Het totaal gediplomeerden is inclusief de gediplomeerden waarvan de leerweg onbekend is.

Trendbreuk
Vanaf school-/studiejaar 2011/'12 is er een trendbreuk opgetreden in de volgende leerwegen van het middelbaar beroepsonderwijs:
- Mbo-bol;
- bbo (beroepsbegeleidend onderwijs) en bbl (beroepsbegeleidende leerweg);
- extranei.

Deze trendbreuk is een gevolg van een wijziging in de toekenning van de opleiding voor 'Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent' aan sectorindelingen.
Het gaat hierbij om verschuiving van het aantal gediplomeerden in de sector "techniek" naar de sector "combinatie van sectoren".
De sector "combinatie van sectoren" omvat opleidingen die onder meer dan één sector vallen, bijvoorbeeld techniek en economie.
Totaal mbo bol voltijd
Reeks vanaf 1950/'51.

Totaal voltijd middelbaar beroepsonderwijs en beroepsopleidende leerweg inclusief korte opleidingen.
Totaal mbo bol deeltijd
Reeks vanaf 1950/'51.

Totaal deeltijd middelbaar beroepsonderwijs (mbo) en deeltijd beroepsopleidende leerweg (bol).
Totaal mbo bbl
Reeks vanaf 1997/'98.

Totaal beroepsbegeleidend onderwijs (bbo) en beroepsbegeleidende leerweg (bbl).
Totaal extranei
Reeks vanaf 2005/'06.

Totaal extranei voor middelbaar beroepsonderwijs en beroepsopleidende leerweg.

De uitzonderlijk sterke groei van gediplomeerden in 2009/'10 is grotendeels het gevolg van een wijziging in de Wet Kinderopvang, waardoor ouders die van gastouderopvang gebruik maken alleen nog recht hebben op kinderopvangtoeslag als de gastouder in het bezit is van een diploma helpende zorg en welzijn op mbo-niveau 2 of een diploma dat daaraan is gelijkgesteld. In de opleidingsrichting hulp bij zorg en welzijn werden daardoor bijna vier keer zoveel geslaagden (vrijwel uitsluitend extranei) op dit niveau geteld als in 2008/'09. Zonder deze groep bedraagt de stijging van het aantal mbo-gediplomeerden ten opzichte van 2008/'09 nog maar 6 procent.
Mbo-bol voltijd 1950-2019 naar sector
Reeks vanaf 1950/'51 t/m 2019/'20.

Voltijd middelbaar beroepsonderwijs en beroepsopleidende leerweg naar sector.
Combinatie van sectoren
Reeks vanaf 2005/'06 t/m 2019/'20.

Voltijd middelbaar beroepsonderwijs en beroepsopleidende leerweg, combinatie van sectoren.
Deze categorie omvat opleidingen die onder meer dan één sector vallen, bijvoorbeeld techniek en economie.

Vanaf schooljaar 2011/'12 is, door een wijziging in de toekenning van de opleiding voor "Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent" aan sectorindelingen, een verschuiving opgetreden van aantallen gediplomeerden bij de sector 'techniek' naar de sector 'combinatie van sectoren'. Bij beide sectoren is hierdoor een trendbreuk ontstaan.
Bbo-bbl 1997-2019 naar sector
Reeks vanaf 1997/'98 t/m 2019/'20.

Beroepsbegeleidend onderwijs (bbo) en beroepsbegeleidende leerweg (bbl) naar sector.

Bij de beroepsbegeleidende leerweg bedraagt het percentage beroepspraktijkvorming meer dan 60 procent van de totale opleidingsduur en worden alleen diegenen toegelaten voor wie de volledige leerplicht is geëindigd. Deze leerweg is vergelijkbaar met het oude leerlingwezen.
Combinatie van sectoren
Reeks vanaf 1997/'98 t/m 2019/'20.

Beroepsbegeleidend onderwijs (bbo) en beroepsbegeleidende leerweg (bbl), combinatie van sectoren.
Deze categorie omvat opleidingen die onder meer dan één sector vallen, bijvoorbeeld techniek en economie.

Vanaf schooljaar 2011/'12 is, door een wijziging in de toekenning van de opleiding voor "Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent" aan sectorindelingen, een verschuiving opgetreden van aantallen gediplomeerden bij de sector 'techniek' naar de sector 'combinatie van sectoren'. Bij beide sectoren is hierdoor een trendbreuk ontstaan.
Mbo extranei 2005-2019 naar sector
Reeks vanaf 2005/'06 t/m 2019/'20.

Extranei middelbaar beroepsonderwijs en beroepsopleidende leerweg naar sector.

Extranei zijn personen die geen onderwijs volgen maar slechts ingeschreven staan bij een instelling voor mbo (ROC) voor het doen van een examen.

Van de schooljaren tot en met 2004/'05 zijn geen gegevens beschikbaar over de extranei.
Combinatie van sectoren
Reeks vanaf 2005/'06 t/m 2019/'20.

Extranei middelbaar beroepsonderwijs en beroepsopleidende leerweg, combinatie van sectoren.
Deze categorie omvat opleidingen die onder meer dan één sector vallen, bijvoorbeeld techniek en economie.

Vanaf schooljaar 2011/'12 is, door een wijziging in de toekenning van de opleiding voor "Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent" aan sectorindelingen, een verschuiving opgetreden van aantallen gediplomeerden bij de sector 'techniek' naar de sector 'combinatie van sectoren'. Bij beide sectoren is hierdoor een trendbreuk ontstaan.
Hoger beroepsonderwijs vanaf 1950
Reeks vanaf 1950/'51.
Vóór 1950 zijn de gediplomeerden van dit niveau opgenomen in het nijverheidsonderwijs.

In 1993 is de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek (WHW) in werking getreden. Deze wet bracht het hoger beroepsonderwijs (hbo), het wetenschappelijk onderwijs (wo) en de Open Universiteit onder in één wet.

De term 'hoger beroepsonderwijs' is voor het eerst officieel gebruikt in 1968 (Mammoetwet). In dat jaar kregen alle instellingen voor hbo de status van hogeschool. Vóór 1968 bestond het hbo uit verschillende onderwijssoorten zoals de kweekschool, de hogere technische school en de hogere land- en tuinbouwschool.

In deze historische reeks zijn de gegevens over het aantal gediplomeerden vanaf 1990/'91 gebaseerd op uitkomsten van het Project ééncijfer Hoger Onderwijs.
Bachelor
Reeks vanaf 1950/'51.

Bachelor, hoger beroepsonderwijs.
Tot invoering van de bachelor-masterstructuur (BaMa) in studiejaar 2002/'03 alle HBO-afgestudeerden (exclusief vervolgopleiding) en daarna alleen bachelor-gediplomeerden.
Hbo-voltijd totaal vanaf 1950
Reeks vanaf 1950/'51.

Bachelor, voltijd hoger beroepsonderwijs inclusief duaal onderwijs.
Vóór 1950 is dit niveau opgenomen in het nijverheidsonderwijs.

In 1993 is de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek (WHW) in werking getreden. Deze wet bracht het hoger beroepsonderwijs (hbo), het wetenschappelijk onderwijs (wo) en de Open Universiteit onder in één wet.

De term 'hoger beroepsonderwijs' is voor het eerst officieel gebruikt in 1968. In dat jaar kregen alle instellingen voor hbo de status van hogeschool. Voor 1968/'69 bestond het hbo uit verschillende onderwijssoorten zoals de kweekschool, de hogere technische school en de hogere land- en tuinbouwschool.

In deze historische reeks zijn de gegevens over het aantal gediplomeerden vanaf 1990/'91 gebaseerd op uitkomsten van het Project ééncijfer Hoger Onderwijs.
Hbo-voltijd 1990 - 2014 naar ISCED
Reeks vanaf 1990/'91 tot 2015/'16.

Bachelor, voltijd hoger beroepsonderwijs inclusief duaal onderwijs, naar Isced (International Standard Classification of Education).

In deze historische reeks zijn de gegevens over het aantal gediplomeerden vanaf 1990/'91 gebaseerd op uitkomsten van het Project ééncijfer Hoger Onderwijs.
2. Taalwetenschappen,geschiedenis, kunst
Reeks vanaf 1990/'91.

Bachelor, voltijd hoger beroepsonderwijs, Iscedgebied 2: Taalwetenschappen, geschiedenis, kunst.
Associate degree
Reeks vanaf 2006/'07.

Inclusief deeltijdonderwijs.

Om de instroom van mbo'ers en werkenden in het hoger beroepsonderwijs te stimuleren zijn in het studiejaar 2006/'07 pilots gestart met associate-degreeprogramma's. Dat zijn tweejarige programma's binnen hbo-bacheloropleidingen die worden afgesloten met een wettelijke graad.