Bevolkingskernen 2006; steden en dorpen in Nederland

Bevolkingskernen 2006; steden en dorpen in Nederland

Bevolkingskernen Bevolkingssamenstelling op 1 jan 2006 Personen in huishouden Personen in particuliere huishoudens Eenpersoonshuishoudens naar leeftijd Totaal (aantal) Bevolkingssamenstelling op 1 jan 2006 Personen in huishouden Personen in particuliere huishoudens Eenpersoonshuishoudens naar leeftijd 0 tot 20 jaar (aantal) Bevolkingssamenstelling op 1 jan 2006 Personen in huishouden Personen in particuliere huishoudens Eenpersoonshuishoudens naar leeftijd 20 tot 45 jaar (aantal) Bevolkingssamenstelling op 1 jan 2006 Personen in huishouden Personen in particuliere huishoudens Eenpersoonshuishoudens naar leeftijd 45 tot 65 jaar (aantal) Bevolkingssamenstelling op 1 jan 2006 Personen in huishouden Personen in particuliere huishoudens Eenpersoonshuishoudens naar leeftijd 65 jaar of ouder (aantal)
Aalsmeer-Oosteinde 210 15 45 65 85
Assendelft-Zuideinde 65 0 35 20 5
Fijnaart 475 10 130 85 240
Giethoorn-Zuideinde-Oost 65 0 15 10 45
Giethoorn-Zuideinde-West 5 0 0 5 5
Hoornaar 105 15 25 15 50
Molenaarsgraaf 25 0 5 5 15
Naarden-Kern 550 5 180 170 190
Naarden-Naarderbos 25 0 5 10 5
Naarden-Vesting 305 5 105 105 90
Noordeinde (ZH.) 35 0 10 10 15
Oosteinde (D.) 15 0 5 0 5
Opeinde (De Pein) 115 0 30 25 60
Oud Zevenaar 25 0 5 5 15
Ternaard 100 0 30 35 40
Tynaarlo 105 0 30 30 45
Wassenaar 3.505 90 780 965 1.670
Wassenaar-Kerkehout 110 0 5 0 100
Wassenaar-Rijksdorp 30 0 5 5 15
Westzaan-Zuideinde 45 0 15 20 15
Zevenaar 3.125 25 1.035 870 1.190
Zwaagwesteinde (De Westerein) 480 5 100 110 265
Bron: CBS
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Overzicht van statistische gegevens per bevolkingskern.

Gegevens beschikbaar: verslagjaar 2006

Wijzigingen ten opzichte van de vorige versie.
Met ingang van 7 december 2012 is de naamgeving van de bevolkingskernen in Friesland met de Friese naamgeving aangevuld.

Status van de cijfers
Definitief

Toelichting onderwerpen

Bevolkingssamenstelling op 1 jan 2006
Bevolkingssamenstelling op 1 januari 2006.
Personen in huishouden
Typering van een huishouden op basis van de onderlinge relaties
binnen het huishouden onderscheiden naar 2 categorieën namelijk
particuliere huishoudens en institutionele huishoudens.
Particuliere huishoudens
Een verzameling van één of meer personen die een woonruimte bewoont
en daar zichzelf, dat wil zeggen niet-bedrijfsmatig, voorziet in
dagelijkse levensbehoeften.
Institutionele huishoudens
Een verzameling van één of meer personen die een woonruimte bewoont en
daar bedrijfsmatig wordt voorzien in dagelijkse levensbehoeften. Ook de
huisvesting vindt bedrijfsmatig plaats. Het gaat om instellingen zoals
verpleeg-, verzorgings- en kindertehuizen, gezinsvervangende tehuizen,
revalidatiecentra en penitentiaire inrichtingen.
Personen in particuliere huishoudens
Een verzameling van één of meer personen die een woonruimte bewoont
en daar zichzelf, dat wil zeggen niet-bedrijfsmatig, voorziet in
dagelijkse levensbehoeften.
Eenpersoonshuishoudens naar leeftijd
Betreft het aantal dat behoort tot een particulier huishouden van één
persoon.
Totaal
0 tot 20 jaar
20 tot 45 jaar
45 tot 65 jaar
65 jaar of ouder