Grasland; oppervlakte en opbrengst

Tabeltoelichting

Deze tabel geeft informatie over de oppervlakte grasland bij agrarische bedrijven en de opbrengst aan gemaaid gras. Het merendeel van het gemaaide gras wordt, in de vorm van kuilgras en hooi, gebruikt als wintervoedering voor de koeien, een klein deel is bestemd voor zomerstalvoedering en voor andere doeleinden. Verder wordt ook de voorraad kuilgras en hooi aan het einde van het kalenderjaar vermeld.

Gegevens zijn vanaf 1985 beschikbaar voor Nederland totaal en vanaf 1993 ook voor de vijf landbouwregio's.

Tot en met 2017 werden de cijfers jaarlijks (overwegend) vastgesteld uit de resultaten van de enquête Graslandgebruik.
Voor de jaren 2018 tot en met 2021 werden de cijfers van melkveehouders vastgesteld op basis van informatie uit de database van de KringloopWijzer. Deze database is in beheer van ZuivelNL. De cijfers van niet-melkveehouders werden vastgesteld uit de resultaten van de enquête Graslandgebruik.
Met ingang van 2022 worden de cijfers van zowel melkveehouders als niet-melkveehouders vastgesteld uit de resultaten van de enquête Graslandgebruik.

Met ingang van 2018 wordt natuurlijk grasland met een landbouwfunctie meegenomen in de vaststelling van de oppervlakte en de opbrengst van grasland. Hierdoor is de totale oppervlakte en opbrengst grasland in Nederland ten opzichte van 2017 toegenomen.

Met ingang van 2021 is de methode voor berekening van de grasopbrengst bijgesteld. Was tot en met 2020 de hoogste toegestane opbrengst 15.000 kg droge stof per hectare, in 2021 is dit 20.000 kg per hectare.

Status van de cijfers: de cijfers tot en met 2022 zijn definitief.

Wijzigingen per 26 juni 2024:
De cijfers van 2022 zijn definitief geworden. De voorlopige cijfers over 2023 zijn toegevoegd.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Uiterlijk in het derde kwartaal verschijnen de voorlopige cijfers van het voorafgaande jaar en krijgen de cijfers van een jaar eerder een definitieve status.

Toelichting onderwerpen

Oppervlakte grasland
Blijvend en tijdelijk grasland bij Nederlandse agrarische bedrijven. Vanaf 2018 behoort daar ook natuurlijk grasland met een landbouwfunctie bij.
Bron: Landbouwtelling.


Totale oppervlakte grasland
Totale gemaaide oppervlakte grasland
Oppervlakte van het beschikbare grasland dat is gebruikt voor het maaien van gras. Eén hectare grasland dat twee of meer keer is gemaaid, is geteld als twee of meer hectare gemaaide oppervlakte grasland. Gemaaide oppervlakte grasland waarvan het niet de bedoeling is het gras in te zamelen, is niet in de telling opgenomen. In 2007 heeft de vraagstelling over de gemaaide oppervlakte niet geleid tot betrouwbare uitkomsten. De uitkomsten over 2007 zijn daarom niet gepubliceerd.
Verwerking gemaaid gras tot
Verdeling van het gemaaide gras naar bestemming.
Kuilgras
Kuilgras is gras dat in het voorjaar of in de zomer is gemaaid en is ingekuild. Dit wil zeggen dat het gras op een grote hoop is verzameld en met plastic is afgedekt. Tegenwoordig komt het steeds vaker voor dat het gras meteen op het land in plastic (balen) wordt verpakt.
Hooi
Als het gemaaide gras langere tijd wordt gedroogd krijgt het een gele kleur. Dit gedroogde gras heet hooi.
Zomerstalvoedering
Vers gemaaid gras dat in de zomermaanden gevoerd wordt aan het vee dat op stal staat.
Overig
Bijvoorbeeld: gras dat naar een grasdrogerij gaat en na verwerking opgeslagen wordt als grasbrok, of bestemd is voor de verkoop. In 2007 is de verwerking van gras in grasbrok of -baal als aparte bestemming in de enquête opgenomen. De uitkomsten van deze bestemming zijn echter net als in het verleden geteld bij 'overige doeleinden'. De verandering heeft geleid tot iets hogere uitkomsten.
Oogst
Hoeveelheid gemaaid gras dat als kuilgras en hooi door de agrarische bedrijven als stalvoedering is geconserveerd. Deze hoeveelheden zijn uitgedrukt in tonnen droge stof. Dat wil zeggen dat de door de bedrijven gemelde volumes van de oogst en de voorraden ruw product met daarin een deel vocht zijn omgerekend (gestandaardiseerd) tot gewichten met nul procent vocht.
Kuilgras
Kuilgras is gras dat in het voorjaar of in de zomer is gemaaid en is ingekuild. Dit wil zeggen dat het gras op een grote hoop is verzameld en met plastic is afgedekt. Tegenwoordig komt het steeds vaker voor dat het gras meteen op het land in plastic (balen) wordt verpakt.
Totale oogst kuilgras
Totaal van het ingezamelde gemaaide gras dat als bestemming kuilgras heeft gekregen.
Met droge stofgehalte < 35 procent
Gras dat bij het inkuilen, of bij het verpakken, een droge stofgehalte had van minder dan 35 procent. Vanaf 2007 wordt in de enquête niet meer gevraagd naar het droge stofgehalte.
Met droge stofgehalte >= 35 procent
Gras dat bij het inkuilen, of verpakken, een droge stofgehalte had van meer of gelijk aan 35 procent. Vanaf 2007 wordt in de enquête niet meer gevraagd naar het droge stofgehalte.
Totale oogst hooi
Totaal van het ingezamelde gemaaide gras dat als bestemming hooi heeft gekregen.
Voorraad
Hoeveelheid gemaaid gras dat als kuilgras en hooi door de agrarische bedrijven als stalvoedering is geconserveerd. Deze hoeveelheden zijn uitgedrukt in tonnen droge stof. Dat wil zeggen dat de door de bedrijven gemelde volumes van de oogst en de voorraden ruw product met daarin een deel vocht zijn omgerekend (gestandaardiseerd) tot gewichten met nul procent vocht.
Voorraad kuilgras
Kuilgras is gras dat in het voorjaar of in de zomer is gemaaid en is ingekuild. Dit wil zeggen dat het gras op een grote hoop is verzameld en met plastic is afgedekt. Tegenwoordig komt het steeds vaker voor dat het gras meteen op het land in plastic (balen) wordt verpakt. In 2007 is in de enquête gevraagd de voorraad op 1 december op te geven. In 2008 en in de jaren daarna is gevraagd naar de voorraad op 31 december. In de jaren voor 2007 was het meetmoment: 'begin stalperiode'. In die voorgaande jaren kon het meetmoment per bedrijf verschillen omdat niet voor ieder bedrijf de stalperiode op hetzelfde moment begint. NB. De voorraad is meestal kleiner dan de opbrengst van de oogst, omdat ook vóór het begin van de stalperiode al kuilgras aan de koeien wordt gevoederd. Bijvoorbeeld aan de koeien die permanent op stal staan. In de jaren na 2007 zal dit verschil, door de verandering van het meetmoment
van de voorraden, groter zijn dan daarvoor.
Voorraad hooi
Als het gemaaide gras langere tijd wordt gedroogd krijgt het een gele kleur. Dit gedroogde gras heet hooi. In 2007 is in de enquête gevraagd de voorraad op 1 december op te geven. In 2008 en in de jaren daarna is gevraagd naar de voorraad op 31 december. In de jaren voor 2007 was het meetmoment: 'begin stalperiode'. In die voorgaande jaren kon het meetmoment per bedrijf verschillen omdat niet voor ieder bedrijf de stalperiode op hetzelfde moment begint. NB. De voorraad is meestal kleiner dan de opbrengst van de oogst, omdat ook vóór het begin van de stalperiode al hooi aan de koeien wordt
gevoederd. Bijvoorbeeld aan de koeien die permanent op stal staan. In de jaren na 2007 zal dit verschil, door de verandering van het meetmoment van de voorraden, groter zijn dan daarvoor.