Inkomensverdeling alle huishoudens naar inkomensgroepen, na revisie, 2001

Bewerk tabel Download volledige dataset Toon toelichting

Inkomensverdeling alle huishoudens naar inkomensgroepen, na revisie, 2001
Regio's Inkomensgroepen Aantal huishoudens (absoluut) (x 1 000)
Utrecht Totaal huishouden 501,8
Utrecht 1e 10%-groep; minder dan 10 600 euro 52,2
Utrecht 2e 10%-groep; 10 600 tot 13 800 euro 42,3
Utrecht 3e 10%-groep; 13 800 tot 16 700 euro 44,3
Utrecht 4e 10%-groep; 16 700 tot 19 800 euro 45,8
Utrecht 5e 10%-groep; 19 800 tot 23 400 euro 46,9
Utrecht 6e 10%-groep; 23 400 tot 27 400 euro 46,4
Utrecht 7e 10%-groep; 27 400 tot 31 900 euro 49,2
Utrecht 8e 10%-groep; 31 900 tot 37 600 euro 51,5
Utrecht 9e 10%-groep; 37 600 tot 46 900 euro 56,7
Utrecht 10e 10%-groep; meer dan 46 900 euro 66,4
Utrecht 1e 10%-groep; minder dan 10 600 euro 52,2
Utrecht 2e-4e 10%-groep; 10 600 tot 19 800 euro 132,4
Utrecht 5e-8e 10%-groep; 19 800 tot 37 600 euro 194,1
Utrecht 9e-10e 10%-groep; meer dan 37 600 euro 123,1
Utrecht Totaal huishouden 501,8
Utrecht 1e 10%-groep; minder dan 10 600 euro 52,2
Utrecht 2e 10%-groep; 10 600 tot 13 800 euro 42,3
Utrecht 3e 10%-groep; 13 800 tot 16 700 euro 44,3
Utrecht 4e 10%-groep; 16 700 tot 19 800 euro 45,8
Utrecht 5e 10%-groep; 19 800 tot 23 400 euro 46,9
Utrecht 6e 10%-groep; 23 400 tot 27 400 euro 46,4
Utrecht 7e 10%-groep; 27 400 tot 31 900 euro 49,2
Utrecht 8e 10%-groep; 31 900 tot 37 600 euro 51,5
Utrecht 9e 10%-groep; 37 600 tot 46 900 euro 56,7
Utrecht 10e 10%-groep; meer dan 46 900 euro 66,4
Utrecht 1e 10%-groep; minder dan 10 600 euro 52,2
Utrecht 2e-4e 10%-groep; 10 600 tot 19 800 euro 132,4
Utrecht 5e-8e 10%-groep; 19 800 tot 37 600 euro 194,1
Utrecht 9e-10e 10%-groep; meer dan 37 600 euro 123,1
Utrecht Totaal huishouden 191,7
Utrecht 1e 10%-groep; minder dan 10 600 euro 29,5
Utrecht 2e 10%-groep; 10 600 tot 13 800 euro 17,9
Utrecht 3e 10%-groep; 13 800 tot 16 700 euro 18,7
Utrecht 4e 10%-groep; 16 700 tot 19 800 euro 18,8
Utrecht 5e 10%-groep; 19 800 tot 23 400 euro 18,1
Utrecht 6e 10%-groep; 23 400 tot 27 400 euro 17,0
Utrecht 7e 10%-groep; 27 400 tot 31 900 euro 17,1
Utrecht 8e 10%-groep; 31 900 tot 37 600 euro 17,3
Utrecht 9e 10%-groep; 37 600 tot 46 900 euro 18,4
Utrecht 10e 10%-groep; meer dan 46 900 euro 19,0
Utrecht 1e 10%-groep; minder dan 10 600 euro 29,5
Utrecht 2e-4e 10%-groep; 10 600 tot 19 800 euro 55,4
Utrecht 5e-8e 10%-groep; 19 800 tot 37 600 euro 69,4
Utrecht 9e-10e 10%-groep; meer dan 37 600 euro 37,4
Utrecht Totaal huishouden 258,8
Utrecht 1e 10%-groep; minder dan 10 600 euro 35,3
Utrecht 2e 10%-groep; 10 600 tot 13 800 euro 23,3
Utrecht 3e 10%-groep; 13 800 tot 16 700 euro 24,1
Utrecht 4e 10%-groep; 16 700 tot 19 800 euro 24,7
Utrecht 5e 10%-groep; 19 800 tot 23 400 euro 24,1
Utrecht 6e 10%-groep; 23 400 tot 27 400 euro 22,7
Utrecht 7e 10%-groep; 27 400 tot 31 900 euro 23,8
Utrecht 8e 10%-groep; 31 900 tot 37 600 euro 24,0
Utrecht 9e 10%-groep; 37 600 tot 46 900 euro 26,6
Utrecht 10e 10%-groep; meer dan 46 900 euro 30,3
Utrecht 1e 10%-groep; minder dan 10 600 euro 35,3
Utrecht 2e-4e 10%-groep; 10 600 tot 19 800 euro 72,0
Utrecht 5e-8e 10%-groep; 19 800 tot 37 600 euro 94,5
Utrecht 9e-10e 10%-groep; meer dan 37 600 euro 56,9
Utrecht Totaal huishouden 135,7
Utrecht 1e 10%-groep; minder dan 10 600 euro 26,6
Utrecht 2e 10%-groep; 10 600 tot 13 800 euro 13,8
Utrecht 3e 10%-groep; 13 800 tot 16 700 euro 13,9
Utrecht 4e 10%-groep; 16 700 tot 19 800 euro 13,9
Utrecht 5e 10%-groep; 19 800 tot 23 400 euro 12,6
Utrecht 6e 10%-groep; 23 400 tot 27 400 euro 11,4
Utrecht 7e 10%-groep; 27 400 tot 31 900 euro 10,7
Utrecht 8e 10%-groep; 31 900 tot 37 600 euro 10,3
Utrecht 9e 10%-groep; 37 600 tot 46 900 euro 11,1
Utrecht 10e 10%-groep; meer dan 46 900 euro 11,3
Utrecht 1e 10%-groep; minder dan 10 600 euro 26,6
Utrecht 2e-4e 10%-groep; 10 600 tot 19 800 euro 41,6
Utrecht 5e-8e 10%-groep; 19 800 tot 37 600 euro 45,0
Utrecht 9e-10e 10%-groep; meer dan 37 600 euro 22,4
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Sinds 1946 houdt het Centraal Bureau voor de Statistiek regelmatig
onderzoek naar de regionale inkomensverdeling. Deze onderzoeken zijn
voornamelijk gebaseerd op registers afkomstig van het Ministerie van
Financiën (de fiscale registers) en de Nederlandse gemeenten
(de bevolkingsregisters = GBA).
De uiteindelijke RIO resultaten zijn gebaseerd op een steekproef
van 1,9 miljoen huishoudens.

De cijfers in deze tabel wijken af van de eerder gepubliceerde
cijfers over 2001 omdat het besteedbaar inkomen en de ophoging
gebruikt is conform de methodiek 2003 (zie ook 4.5 en 4.7.4).
In het verdere verloop van deze toelichting spreken we
over 'ná revisie 2003'.

Inkomensverdelingen van personen en huishoudens, per landsdeel,
provincie, corop-gebied, grootstedelijke agglomeratie, stadsgewest
en gemeente.

Gegevens beschikbaar vanaf: 2001

Frequentie: eenmalig
Omdat de gemeentelijke indeling jaarlijks verandert worden de
uitkomsten uit het RIO voor elk afzonderlijk onderzoeksjaar
gepubliceerd; samenvoeging of splitsing van gemeenten heeft tot
gevolg dat alle informatie gerelateerd aan het inkomen in een
nieuw gevormde of gesplitste gemeente aanzienlijk kan wijzigen
waardoor vergelijkbaarheid in de tijd niet mogelijk is.

Toelichting onderwerpen

Aantal huishoudens (absoluut)
De hier opgenomen populatie betreft alle huishoudens met inkomen.