Inkomensverdeling alle huishoudens naar inkomensgroepen, 2002

Inkomensverdeling alle huishoudens naar inkomensgroepen, 2002

Regio's Inkomensverdeling Aantal huishoudens (absoluut) (x 1 000)
Nederland Totaal huishouden 7.131,8
Nederland 1e 10%-groep; minder dan 11 400 euro 713,2
Nederland 2e 10%-groep; 11 400 tot 14 700 euro 713,2
Nederland 3e 10%-groep; 14 700 tot 17 900 euro 713,2
Nederland 4e 10%-groep; 17 900 tot 21 300 euro 713,2
Nederland 5e 10%-groep; 21 300 tot 25 300 euro 713,2
Nederland 6e 10%-groep; 25 300 tot 29 800 euro 713,2
Nederland 7e 10%-groep; 29 800 tot 34 700 euro 713,2
Nederland 8e 10%-groep; 34 700 tot 40 700 euro 713,2
Nederland 9e 10%-groep; 40 700 tot 50 300 euro 713,2
Nederland 10e 10%-groep; meer dan 50 300 euro 713,2
Groningen (gemeente) Totaal huishouden 105,7
Groningen (gemeente) 1e 10%-groep; minder dan 11 400 euro 32,3
Groningen (gemeente) 2e 10%-groep; 11 400 tot 14 700 euro 13,1
Groningen (gemeente) 3e 10%-groep; 14 700 tot 17 900 euro 11,1
Groningen (gemeente) 4e 10%-groep; 17 900 tot 21 300 euro 10,5
Groningen (gemeente) 5e 10%-groep; 21 300 tot 25 300 euro 9,0
Groningen (gemeente) 6e 10%-groep; 25 300 tot 29 800 euro 7,8
Groningen (gemeente) 7e 10%-groep; 29 800 tot 34 700 euro 6,6
Groningen (gemeente) 8e 10%-groep; 34 700 tot 40 700 euro 5,8
Groningen (gemeente) 9e 10%-groep; 40 700 tot 50 300 euro 5,2
Groningen (gemeente) 10e 10%-groep; meer dan 50 300 euro 4,4
Leeuwarden Totaal huishouden 47,8
Leeuwarden 1e 10%-groep; minder dan 11 400 euro 9,8
Leeuwarden 2e 10%-groep; 11 400 tot 14 700 euro 6,1
Leeuwarden 3e 10%-groep; 14 700 tot 17 900 euro 5,5
Leeuwarden 4e 10%-groep; 17 900 tot 21 300 euro 5,1
Leeuwarden 5e 10%-groep; 21 300 tot 25 300 euro 4,8
Leeuwarden 6e 10%-groep; 25 300 tot 29 800 euro 4,5
Leeuwarden 7e 10%-groep; 29 800 tot 34 700 euro 3,5
Leeuwarden 8e 10%-groep; 34 700 tot 40 700 euro 3,2
Leeuwarden 9e 10%-groep; 40 700 tot 50 300 euro 3,0
Leeuwarden 10e 10%-groep; meer dan 50 300 euro 2,2
Assen Totaal huishouden 27,8
Assen 1e 10%-groep; minder dan 11 400 euro 2,9
Assen 2e 10%-groep; 11 400 tot 14 700 euro 2,9
Assen 3e 10%-groep; 14 700 tot 17 900 euro 3,3
Assen 4e 10%-groep; 17 900 tot 21 300 euro 2,9
Assen 5e 10%-groep; 21 300 tot 25 300 euro 2,9
Assen 6e 10%-groep; 25 300 tot 29 800 euro 3,0
Assen 7e 10%-groep; 29 800 tot 34 700 euro 3,0
Assen 8e 10%-groep; 34 700 tot 40 700 euro 2,7
Assen 9e 10%-groep; 40 700 tot 50 300 euro 2,3
Assen 10e 10%-groep; meer dan 50 300 euro 2,0
Zwolle Totaal huishouden 51,7
Zwolle 1e 10%-groep; minder dan 11 400 euro 6,4
Zwolle 2e 10%-groep; 11 400 tot 14 700 euro 5,0
Zwolle 3e 10%-groep; 14 700 tot 17 900 euro 5,3
Zwolle 4e 10%-groep; 17 900 tot 21 300 euro 5,3
Zwolle 5e 10%-groep; 21 300 tot 25 300 euro 5,4
Zwolle 6e 10%-groep; 25 300 tot 29 800 euro 5,3
Zwolle 7e 10%-groep; 29 800 tot 34 700 euro 5,3
Zwolle 8e 10%-groep; 34 700 tot 40 700 euro 5,2
Zwolle 9e 10%-groep; 40 700 tot 50 300 euro 4,7
Zwolle 10e 10%-groep; meer dan 50 300 euro 3,8
Arnhem Totaal huishouden 71,1
Arnhem 1e 10%-groep; minder dan 11 400 euro 11,2
Arnhem 2e 10%-groep; 11 400 tot 14 700 euro 8,2
Arnhem 3e 10%-groep; 14 700 tot 17 900 euro 8,3
Arnhem 4e 10%-groep; 17 900 tot 21 300 euro 7,6
Arnhem 5e 10%-groep; 21 300 tot 25 300 euro 7,3
Arnhem 6e 10%-groep; 25 300 tot 29 800 euro 6,8
Arnhem 7e 10%-groep; 29 800 tot 34 700 euro 6,0
Arnhem 8e 10%-groep; 34 700 tot 40 700 euro 6,0
Arnhem 9e 10%-groep; 40 700 tot 50 300 euro 5,2
Arnhem 10e 10%-groep; meer dan 50 300 euro 4,5
Utrecht (gemeente) Totaal huishouden 141,9
Utrecht (gemeente) 1e 10%-groep; minder dan 11 400 euro 29,9
Utrecht (gemeente) 2e 10%-groep; 11 400 tot 14 700 euro 14,4
Utrecht (gemeente) 3e 10%-groep; 14 700 tot 17 900 euro 14,5
Utrecht (gemeente) 4e 10%-groep; 17 900 tot 21 300 euro 14,0
Utrecht (gemeente) 5e 10%-groep; 21 300 tot 25 300 euro 13,6
Utrecht (gemeente) 6e 10%-groep; 25 300 tot 29 800 euro 12,0
Utrecht (gemeente) 7e 10%-groep; 29 800 tot 34 700 euro 10,5
Utrecht (gemeente) 8e 10%-groep; 34 700 tot 40 700 euro 10,1
Utrecht (gemeente) 9e 10%-groep; 40 700 tot 50 300 euro 11,1
Utrecht (gemeente) 10e 10%-groep; meer dan 50 300 euro 11,8
Amsterdam Totaal huishouden 398,2
Amsterdam 1e 10%-groep; minder dan 11 400 euro 67,4
Amsterdam 2e 10%-groep; 11 400 tot 14 700 euro 51,5
Amsterdam 3e 10%-groep; 14 700 tot 17 900 euro 48,6
Amsterdam 4e 10%-groep; 17 900 tot 21 300 euro 45,4
Amsterdam 5e 10%-groep; 21 300 tot 25 300 euro 42,0
Amsterdam 6e 10%-groep; 25 300 tot 29 800 euro 33,7
Amsterdam 7e 10%-groep; 29 800 tot 34 700 euro 28,0
Amsterdam 8e 10%-groep; 34 700 tot 40 700 euro 25,9
Amsterdam 9e 10%-groep; 40 700 tot 50 300 euro 25,9
Amsterdam 10e 10%-groep; meer dan 50 300 euro 29,9
Haarlem Totaal huishouden 72,4
Haarlem 1e 10%-groep; minder dan 11 400 euro 7,9
Haarlem 2e 10%-groep; 11 400 tot 14 700 euro 8,0
Haarlem 3e 10%-groep; 14 700 tot 17 900 euro 8,1
Haarlem 4e 10%-groep; 17 900 tot 21 300 euro 7,6
Haarlem 5e 10%-groep; 21 300 tot 25 300 euro 7,8
Haarlem 6e 10%-groep; 25 300 tot 29 800 euro 6,6
Haarlem 7e 10%-groep; 29 800 tot 34 700 euro 6,6
Haarlem 8e 10%-groep; 34 700 tot 40 700 euro 6,6
Haarlem 9e 10%-groep; 40 700 tot 50 300 euro 6,5
Haarlem 10e 10%-groep; meer dan 50 300 euro 6,6
's-Gravenhage (gemeente) Totaal huishouden 231,7
's-Gravenhage (gemeente) 1e 10%-groep; minder dan 11 400 euro 31,1
's-Gravenhage (gemeente) 2e 10%-groep; 11 400 tot 14 700 euro 28,8
's-Gravenhage (gemeente) 3e 10%-groep; 14 700 tot 17 900 euro 27,5
's-Gravenhage (gemeente) 4e 10%-groep; 17 900 tot 21 300 euro 25,6
's-Gravenhage (gemeente) 5e 10%-groep; 21 300 tot 25 300 euro 24,6
's-Gravenhage (gemeente) 6e 10%-groep; 25 300 tot 29 800 euro 21,0
's-Gravenhage (gemeente) 7e 10%-groep; 29 800 tot 34 700 euro 18,6
's-Gravenhage (gemeente) 8e 10%-groep; 34 700 tot 40 700 euro 17,3
's-Gravenhage (gemeente) 9e 10%-groep; 40 700 tot 50 300 euro 17,5
's-Gravenhage (gemeente) 10e 10%-groep; meer dan 50 300 euro 19,8
Middelburg (Z.) Totaal huishouden 20,9
Middelburg (Z.) 1e 10%-groep; minder dan 11 400 euro 1,8
Middelburg (Z.) 2e 10%-groep; 11 400 tot 14 700 euro 2,3
Middelburg (Z.) 3e 10%-groep; 14 700 tot 17 900 euro 2,1
Middelburg (Z.) 4e 10%-groep; 17 900 tot 21 300 euro 2,3
Middelburg (Z.) 5e 10%-groep; 21 300 tot 25 300 euro 2,3
Middelburg (Z.) 6e 10%-groep; 25 300 tot 29 800 euro 2,3
Middelburg (Z.) 7e 10%-groep; 29 800 tot 34 700 euro 2,2
Middelburg (Z.) 8e 10%-groep; 34 700 tot 40 700 euro 2,2
Middelburg (Z.) 9e 10%-groep; 40 700 tot 50 300 euro 2,0
Middelburg (Z.) 10e 10%-groep; meer dan 50 300 euro 1,5
's-Hertogenbosch Totaal huishouden 60,9
's-Hertogenbosch 1e 10%-groep; minder dan 11 400 euro 6,7
's-Hertogenbosch 2e 10%-groep; 11 400 tot 14 700 euro 5,8
's-Hertogenbosch 3e 10%-groep; 14 700 tot 17 900 euro 6,0
's-Hertogenbosch 4e 10%-groep; 17 900 tot 21 300 euro 6,1
's-Hertogenbosch 5e 10%-groep; 21 300 tot 25 300 euro 5,9
's-Hertogenbosch 6e 10%-groep; 25 300 tot 29 800 euro 5,8
's-Hertogenbosch 7e 10%-groep; 29 800 tot 34 700 euro 5,9
's-Hertogenbosch 8e 10%-groep; 34 700 tot 40 700 euro 5,9
's-Hertogenbosch 9e 10%-groep; 40 700 tot 50 300 euro 6,4
's-Hertogenbosch 10e 10%-groep; meer dan 50 300 euro 6,4
Maastricht Totaal huishouden 62,1
Maastricht 1e 10%-groep; minder dan 11 400 euro 12,8
Maastricht 2e 10%-groep; 11 400 tot 14 700 euro 7,0
Maastricht 3e 10%-groep; 14 700 tot 17 900 euro 6,6
Maastricht 4e 10%-groep; 17 900 tot 21 300 euro 6,1
Maastricht 5e 10%-groep; 21 300 tot 25 300 euro 5,7
Maastricht 6e 10%-groep; 25 300 tot 29 800 euro 5,5
Maastricht 7e 10%-groep; 29 800 tot 34 700 euro 5,2
Maastricht 8e 10%-groep; 34 700 tot 40 700 euro 4,7
Maastricht 9e 10%-groep; 40 700 tot 50 300 euro 4,5
Maastricht 10e 10%-groep; meer dan 50 300 euro 3,9
Lelystad Totaal huishouden 29,2
Lelystad 1e 10%-groep; minder dan 11 400 euro 2,3
Lelystad 2e 10%-groep; 11 400 tot 14 700 euro 2,9
Lelystad 3e 10%-groep; 14 700 tot 17 900 euro 3,2
Lelystad 4e 10%-groep; 17 900 tot 21 300 euro 2,9
Lelystad 5e 10%-groep; 21 300 tot 25 300 euro 3,1
Lelystad 6e 10%-groep; 25 300 tot 29 800 euro 3,3
Lelystad 7e 10%-groep; 29 800 tot 34 700 euro 3,2
Lelystad 8e 10%-groep; 34 700 tot 40 700 euro 2,8
Lelystad 9e 10%-groep; 40 700 tot 50 300 euro 2,9
Lelystad 10e 10%-groep; meer dan 50 300 euro 2,5
Bron: cbs.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Sinds 1946 houdt het Centraal Bureau voor de Statistiek regelmatig
onderzoek naar de regionale inkomensverdeling. Deze onderzoeken zijn
voornamelijk gebaseerd op registers afkomstig van het Ministerie van
Financiën (de fiscale registers) en de Nederlandse gemeenten
(de bevolkingsregisters = GBA).
De uiteindelijke resultaten uit het Regionaal Inkomensonderzoek (RIO)
zijn gebaseerd op een steekproef van 1,9 miljoen huishoudens.

Inkomensverdelingen van personen en huishoudens, per landsdeel,
provincie, corop-gebied, grootstedelijke agglomeratie, stadsgewest
en gemeente.

Gegevens beschikbaar vanaf: 2002
De peildatum is 1 januari 2003; de gegevens hebben betrekking op het
onderzoeksjaar 2002.

Frequentie: eenmalig
Omdat de gemeentelijke indeling jaarlijks verandert worden de
uitkomsten uit het RIO voor elk afzonderlijk onderzoeksjaar
gepubliceerd; samenvoeging of splitsing van gemeenten heeft tot
gevolg dat alle informatie gerelateerd aan het inkomen in een
nieuw gevormde of gesplitste gemeente aanzienlijk kan wijzigen
waardoor vergelijkbaarheid in de tijd niet mogelijk is.

Toelichting onderwerpen

Aantal huishoudens (absoluut)
De hier opgenomen populatie betreft alle huishoudens met inkomen.