Inkomensverdeling personen met 52 weken inkomen naar inkomensgroepen,2002

Inkomensverdeling personen met 52 weken inkomen naar inkomensgroepen,2002

Regio's Inkomensverdeling Aantal pers. met 52 weken inkomen (abs.) (x 1 000) Aantal pers. met 52 weken inkomen (%) (%)
Zaanstreek (CR) Totaal personen met 52 weken inkomen 106,9 100
Zaanstreek (CR) 1e 10%-groep; minder dan 7 200 euro 9,9 9
Zaanstreek (CR) 2e 10%-groep; 7 200 tot 9 700 euro 10,6 10
Zaanstreek (CR) 3e 10%-groep; 9 700 tot 12 100 euro 10,3 10
Zaanstreek (CR) 4e 10%-groep; 12 100 tot 14 200 euro 10,7 10
Zaanstreek (CR) 5e 10%-groep; 14 200 tot 16 400 euro 11,1 10
Zaanstreek (CR) 6e 10%-groep; 16 400 tot 18 900 euro 11,0 10
Zaanstreek (CR) 7e 10%-groep; 18 900 tot 21 700 euro 11,2 11
Zaanstreek (CR) 8e 10%-groep; 21 700 tot 25 200 euro 11,7 11
Zaanstreek (CR) 9e 10%-groep; 25 200 tot 31 100 euro 10,9 10
Zaanstreek (CR) 10e 10%-groep; meer dan 31 100 euro 9,6 9
Zaanstreek (CR) 1e 10%-groep; minder dan 7 200 euro 9,9 9
Zaanstreek (CR) 2e-4e 10%-groep; 7 200 tot 14 200 euro 31,6 30
Zaanstreek (CR) 5e-8e 10%-groep; 14 200 tot 25 200 euro 44,9 42
Zaanstreek (CR) 9e-10e 10%-groep; meer dan 25 200 euro 20,6 19
Zeeuwsch-Vlaanderen (CR) Totaal personen met 52 weken inkomen 72,0 100
Zeeuwsch-Vlaanderen (CR) 1e 10%-groep; minder dan 7 200 euro 6,7 9
Zeeuwsch-Vlaanderen (CR) 2e 10%-groep; 7 200 tot 9 700 euro 8,1 11
Zeeuwsch-Vlaanderen (CR) 3e 10%-groep; 9 700 tot 12 100 euro 8,1 11
Zeeuwsch-Vlaanderen (CR) 4e 10%-groep; 12 100 tot 14 200 euro 7,9 11
Zeeuwsch-Vlaanderen (CR) 5e 10%-groep; 14 200 tot 16 400 euro 7,1 10
Zeeuwsch-Vlaanderen (CR) 6e 10%-groep; 16 400 tot 18 900 euro 6,8 9
Zeeuwsch-Vlaanderen (CR) 7e 10%-groep; 18 900 tot 21 700 euro 6,6 9
Zeeuwsch-Vlaanderen (CR) 8e 10%-groep; 21 700 tot 25 200 euro 7,0 10
Zeeuwsch-Vlaanderen (CR) 9e 10%-groep; 25 200 tot 31 100 euro 6,8 10
Zeeuwsch-Vlaanderen (CR) 10e 10%-groep; meer dan 31 100 euro 7,0 10
Zeeuwsch-Vlaanderen (CR) 1e 10%-groep; minder dan 7 200 euro 6,7 9
Zeeuwsch-Vlaanderen (CR) 2e-4e 10%-groep; 7 200 tot 14 200 euro 24,0 33
Zeeuwsch-Vlaanderen (CR) 5e-8e 10%-groep; 14 200 tot 25 200 euro 27,4 38
Zeeuwsch-Vlaanderen (CR) 9e-10e 10%-groep; meer dan 25 200 euro 13,8 19
Millingen aan de Rijn Totaal personen met 52 weken inkomen 3,9 100
Millingen aan de Rijn 1e 10%-groep; minder dan 7 200 euro 0,4 10
Millingen aan de Rijn 2e 10%-groep; 7 200 tot 9 700 euro 0,4 10
Millingen aan de Rijn 3e 10%-groep; 9 700 tot 12 100 euro 0,4 10
Millingen aan de Rijn 4e 10%-groep; 12 100 tot 14 200 euro 0,5 12
Millingen aan de Rijn 5e 10%-groep; 14 200 tot 16 400 euro 0,4 11
Millingen aan de Rijn 6e 10%-groep; 16 400 tot 18 900 euro 0,4 10
Millingen aan de Rijn 7e 10%-groep; 18 900 tot 21 700 euro 0,4 11
Millingen aan de Rijn 8e 10%-groep; 21 700 tot 25 200 euro 0,4 9
Millingen aan de Rijn 9e 10%-groep; 25 200 tot 31 100 euro 0,4 9
Millingen aan de Rijn 10e 10%-groep; meer dan 31 100 euro 0,3 7
Millingen aan de Rijn 1e 10%-groep; minder dan 7 200 euro 0,4 10
Millingen aan de Rijn 2e-4e 10%-groep; 7 200 tot 14 200 euro 1,3 33
Millingen aan de Rijn 5e-8e 10%-groep; 14 200 tot 25 200 euro 1,6 41
Millingen aan de Rijn 9e-10e 10%-groep; meer dan 25 200 euro 0,6 16
Oostzaan Totaal personen met 52 weken inkomen 6,3 100
Oostzaan 1e 10%-groep; minder dan 7 200 euro 0,6 9
Oostzaan 2e 10%-groep; 7 200 tot 9 700 euro 0,6 9
Oostzaan 3e 10%-groep; 9 700 tot 12 100 euro 0,5 8
Oostzaan 4e 10%-groep; 12 100 tot 14 200 euro 0,5 8
Oostzaan 5e 10%-groep; 14 200 tot 16 400 euro 0,6 9
Oostzaan 6e 10%-groep; 16 400 tot 18 900 euro 0,6 9
Oostzaan 7e 10%-groep; 18 900 tot 21 700 euro 0,7 11
Oostzaan 8e 10%-groep; 21 700 tot 25 200 euro 0,7 11
Oostzaan 9e 10%-groep; 25 200 tot 31 100 euro 0,8 13
Oostzaan 10e 10%-groep; meer dan 31 100 euro 0,8 13
Oostzaan 1e 10%-groep; minder dan 7 200 euro 0,6 9
Oostzaan 2e-4e 10%-groep; 7 200 tot 14 200 euro 1,5 25
Oostzaan 5e-8e 10%-groep; 14 200 tot 25 200 euro 2,5 40
Oostzaan 9e-10e 10%-groep; meer dan 25 200 euro 1,6 26
Zaanstad Totaal personen met 52 weken inkomen 96,4 100
Zaanstad 1e 10%-groep; minder dan 7 200 euro 8,8 9
Zaanstad 2e 10%-groep; 7 200 tot 9 700 euro 9,4 10
Zaanstad 3e 10%-groep; 9 700 tot 12 100 euro 9,4 10
Zaanstad 4e 10%-groep; 12 100 tot 14 200 euro 9,8 10
Zaanstad 5e 10%-groep; 14 200 tot 16 400 euro 10,1 11
Zaanstad 6e 10%-groep; 16 400 tot 18 900 euro 10,0 10
Zaanstad 7e 10%-groep; 18 900 tot 21 700 euro 10,3 11
Zaanstad 8e 10%-groep; 21 700 tot 25 200 euro 10,5 11
Zaanstad 9e 10%-groep; 25 200 tot 31 100 euro 9,7 10
Zaanstad 10e 10%-groep; meer dan 31 100 euro 8,4 9
Zaanstad 1e 10%-groep; minder dan 7 200 euro 8,8 9
Zaanstad 2e-4e 10%-groep; 7 200 tot 14 200 euro 28,6 30
Zaanstad 5e-8e 10%-groep; 14 200 tot 25 200 euro 40,9 42
Zaanstad 9e-10e 10%-groep; meer dan 25 200 euro 18,1 19
Alphen aan den Rijn Totaal personen met 52 weken inkomen 47,5 100
Alphen aan den Rijn 1e 10%-groep; minder dan 7 200 euro 4,7 10
Alphen aan den Rijn 2e 10%-groep; 7 200 tot 9 700 euro 4,0 9
Alphen aan den Rijn 3e 10%-groep; 9 700 tot 12 100 euro 4,0 9
Alphen aan den Rijn 4e 10%-groep; 12 100 tot 14 200 euro 4,2 9
Alphen aan den Rijn 5e 10%-groep; 14 200 tot 16 400 euro 4,5 10
Alphen aan den Rijn 6e 10%-groep; 16 400 tot 18 900 euro 4,9 10
Alphen aan den Rijn 7e 10%-groep; 18 900 tot 21 700 euro 4,7 10
Alphen aan den Rijn 8e 10%-groep; 21 700 tot 25 200 euro 5,1 11
Alphen aan den Rijn 9e 10%-groep; 25 200 tot 31 100 euro 5,3 11
Alphen aan den Rijn 10e 10%-groep; meer dan 31 100 euro 6,0 13
Alphen aan den Rijn 1e 10%-groep; minder dan 7 200 euro 4,7 10
Alphen aan den Rijn 2e-4e 10%-groep; 7 200 tot 14 200 euro 12,3 26
Alphen aan den Rijn 5e-8e 10%-groep; 14 200 tot 25 200 euro 19,2 40
Alphen aan den Rijn 9e-10e 10%-groep; meer dan 25 200 euro 11,2 24
Capelle aan den IJssel Totaal personen met 52 weken inkomen 44,4 100
Capelle aan den IJssel 1e 10%-groep; minder dan 7 200 euro 3,5 8
Capelle aan den IJssel 2e 10%-groep; 7 200 tot 9 700 euro 3,9 9
Capelle aan den IJssel 3e 10%-groep; 9 700 tot 12 100 euro 3,7 8
Capelle aan den IJssel 4e 10%-groep; 12 100 tot 14 200 euro 4,5 10
Capelle aan den IJssel 5e 10%-groep; 14 200 tot 16 400 euro 4,7 11
Capelle aan den IJssel 6e 10%-groep; 16 400 tot 18 900 euro 4,4 10
Capelle aan den IJssel 7e 10%-groep; 18 900 tot 21 700 euro 4,7 11
Capelle aan den IJssel 8e 10%-groep; 21 700 tot 25 200 euro 4,6 10
Capelle aan den IJssel 9e 10%-groep; 25 200 tot 31 100 euro 5,1 11
Bron: cbs.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Sinds 1946 houdt het Centraal Bureau voor de Statistiek regelmatig
onderzoek naar de regionale inkomensverdeling. Deze onderzoeken zijn
voornamelijk gebaseerd op registers afkomstig van het Ministerie van
Financiën (de fiscale registers) en de Nederlandse gemeenten
(de bevolkingsregisters = GBA).
De uiteindelijke resultaten uit het Regionaal Inkomensonderzoek (RIO)
zijn gebaseerd op een steekproef van 1,9 miljoen huishoudens.

Inkomensverdelingen van personen en huishoudens, per landsdeel,
provincie, corop-gebied, grootstedelijke agglomeratie, stadsgewest
en gemeente.

Gegevens beschikbaar vanaf: 2002
De peildatum is 1 januari 2003; de gegevens hebben betrekking op het
onderzoeksjaar 2002.

Frequentie: eenmalig
Omdat de gemeentelijke indeling jaarlijks verandert worden de
uitkomsten uit het RIO voor elk afzonderlijk onderzoeksjaar
gepubliceerd; samenvoeging of splitsing van gemeenten heeft tot
gevolg dat alle informatie gerelateerd aan het inkomen in een
nieuw gevormde of gesplitste gemeente aanzienlijk kan wijzigen
waardoor vergelijkbaarheid in de tijd niet mogelijk is.

Toelichting onderwerpen

Aantal pers. met 52 weken inkomen (abs.)
Personen die het gehele jaar inkomen hebben, worden tot de categorie
met 52 weken inkomen gerekend. De categorie zelfstandigen behoort tot
de groep die het gehele jaar inkomen hebben.
Personen die in het onderzoeksjaar gedurende kortere tijd of over een
qua tijdsduur onbekende periode inkomen hebben, worden samengenomen in
de groep minder dan 52 weken inkomen.
Aantal pers. met 52 weken inkomen (%)
Personen die het gehele jaar inkomen hebben, worden tot de categorie
met 52 weken inkomen gerekend. De categorie zelfstandigen behoort tot
de groep die het gehele jaar inkomen hebben.
Personen die in het onderzoeksjaar gedurende kortere tijd of over een
qua tijdsduur onbekende periode inkomen hebben, worden samengenomen in
de groep minder dan 52 weken inkomen.