Dynamische koopkrachtontwikkeling; overgang type huishouden, 2001-2015

Bewerk tabel Download volledige dataset Toon toelichting
Samenstelling huishouden in eerste jaar Samenstelling huishouden in tweede jaar Koopkrachtontwikkeling (%) Verdeling van koopkrachtveranderingen 10e percentiel (%) Verdeling van koopkrachtveranderingen 25e percentiel (%) Verdeling van koopkrachtveranderingen 50e percentiel (%) Verdeling van koopkrachtveranderingen 75e percentiel (%) Verdeling van koopkrachtveranderingen 90e percentiel (%)
Totaal personen Totaal personen 1,1 -18 -4,4 1,1 7,9 22
Totaal eenpersoonshuishouden 0,4 -30 -5,3 0,4 4,4 19
Alleenstaande man 0,5 -32 -6,9 0,5 6,3 23
Alleenstaande man, tot 65 jaar 0,5 -37 -9,4 0,5 7,6 26
Alleenstaande man, 65 jaar of ouder 0,4 -13 -2,4 0,4 2,7 13
Alleenstaande vrouw 0,4 -28 -4,3 0,4 3,2 15
Alleenstaande vrouw, tot 65 jaar 0,2 -43 -11,8 0,2 6,0 23
Alleenstaande vrouw, 65 jaar of ouder 0,4 -8 -1,5 0,4 1,7 6
Totaal meerpersoonshuishouden 1,4 -17 -4,2 1,4 8,6 23
Totaal paar 1,3 -16 -3,9 1,3 8,0 22
Paar, zonder kinderen 0,2 -15 -3,8 0,2 5,1 19
Paar, zonder kinderen, kostwinner < 65 1,6 -18 -4,2 1,6 9,2 29
Paar, zonder kinderen, kostwinner >= 65 -0,5 -12 -3,4 -0,5 1,7 8
Paar, alleen kinderen < 18 2,0 -17 -4,5 2,0 8,1 20
Paar, minstens één kind >= 18 3,9 -14 -3,2 3,9 13,1 29
Totaal eenoudergezin 1,9 -25 -7,2 1,9 11,5 27
Eenoudergezin, alleen kinderen < 18 1,4 -29 -8,8 1,4 9,8 22
Eenoudergezin, minstens één kind >= 18 2,7 -20 -5,9 2,7 14,2 34
Overig meerpersoonshuishouden 2,9 -21 -6,6 2,9 19,4 58
Totaal eenpersoonshuishouden Totaal personen 0,9 -14 -2,2 0,9 7,2 35
Totaal eenpersoonshuishouden 0,7 -13 -2,3 0,7 4,5 17
Alleenstaande man 0,8 -15 -2,8 0,8 6,4 21
Alleenstaande man, tot 65 jaar 1,2 -17 -3,1 1,2 8,1 25
Alleenstaande man, 65 jaar of ouder 0,4 -10 -2,2 0,4 2,1 9
Alleenstaande vrouw 0,6 -11 -2,0 0,6 3,3 14
Alleenstaande vrouw, tot 65 jaar 1,0 -16 -3,5 1,0 7,2 24
Alleenstaande vrouw, 65 jaar of ouder 0,4 -7 -1,3 0,4 1,6 5
Totaal meerpersoonshuishouden 41,2 -21 4,5 41,2 100,4 240
Totaal paar 39,0 -21 5,4 39,0 87,6 220
Paar, zonder kinderen 38,1 -18 8,2 38,1 76,7 164
Paar, zonder kinderen, kostwinner < 65 39,0 -17 10,0 39,0 77,8 168
Paar, zonder kinderen, kostwinner >= 65 . . . . . .
Paar, alleen kinderen < 18 1,6 -38 -18,6 1,6 22,4 78
Paar, minstens één kind >= 18 146,1 -6 42,6 146,1 392,0 873
Totaal eenoudergezin 18,2 -26 -11,7 18,2 101,7 268
Eenoudergezin, alleen kinderen < 18 . . . . . .
Eenoudergezin, minstens één kind >= 18 57,4 -18 3,9 57,4 155,4 327
Overig meerpersoonshuishouden 83,2 -7 31,5 83,2 164,4 289
Alleenstaande man Totaal personen 1,2 -16 -2,7 1,2 9,7 39
Totaal eenpersoonshuishouden 0,8 -15 -2,8 0,8 6,4 21
Alleenstaande man 0,8 -15 -2,8 0,8 6,4 21
Alleenstaande man, tot 65 jaar 1,2 -17 -3,1 1,2 8,1 25
Alleenstaande man, 65 jaar of ouder 0,4 -10 -2,2 0,4 2,1 9
Alleenstaande vrouw
Alleenstaande vrouw, tot 65 jaar
Alleenstaande vrouw, 65 jaar of ouder
Totaal meerpersoonshuishouden 28,4 -23 -1,0 28,4 76,8 187
Totaal paar 24,1 -23 -1,7 24,1 63,0 150
Paar, zonder kinderen 26,5 -16 4,7 26,5 58,8 104
Paar, zonder kinderen, kostwinner < 65 28,2 -16 5,3 28,2 60,7 108
Paar, zonder kinderen, kostwinner >= 65 . . . . . .
Paar, alleen kinderen < 18 -2,3 -41 -28,2 -2,3 11,5 55
Paar, minstens één kind >= 18 79,7 -16 13,0 79,7 276,7 873
Totaal eenoudergezin 29,0 -26 -9,6 29,0 140,2 303
Eenoudergezin, alleen kinderen < 18 . . . . . .
Eenoudergezin, minstens één kind >= 18 63,5 -17 3,7 63,5 170,5 339
Overig meerpersoonshuishouden 75,5 -12 30,1 75,5 149,2 281
Alleenstaande man, tot 65 jaar Totaal personen 2,0 -18 -2,9 2,0 13,1 48
Totaal eenpersoonshuishouden 1,3 -17 -3,1 1,3 8,6 26
Alleenstaande man 1,3 -17 -3,1 1,3 8,6 26
Alleenstaande man, tot 65 jaar 1,2 -17 -3,1 1,2 8,1 25
Alleenstaande man, 65 jaar of ouder 11,6 -3 4,0 11,6 26,4 52
Alleenstaande vrouw
Alleenstaande vrouw, tot 65 jaar
Alleenstaande vrouw, 65 jaar of ouder
Totaal meerpersoonshuishouden 29,0 -24 -0,1 29,0 78,3 187
Totaal paar 25,6 -24 -0,1 25,6 64,2 155
Paar, zonder kinderen 28,2 -16 5,4 28,2 60,2 108
Paar, zonder kinderen, kostwinner < 65 28,2 -16 5,4 28,2 60,2 104
Paar, zonder kinderen, kostwinner >= 65 . . . . . .
Paar, alleen kinderen < 18 -2,5 -41 -28,2 -2,5 10,9 54
Paar, minstens één kind >= 18 80,6 -14 22,1 80,6 282,6 900
Totaal eenoudergezin 41,6 -26 -9,9 41,6 155,4 303
Eenoudergezin, alleen kinderen < 18 . . . . . .
Eenoudergezin, minstens één kind >= 18 79,8 -18 3,7 79,8 186,5 351
Overig meerpersoonshuishouden 76,3 -12 30,2 76,3 153,9 281
Alleenstaande man, 65 jaar of ouder Totaal personen 0,3 -11 -2,3 0,3 1,9 7
Totaal eenpersoonshuishouden 0,3 -11 -2,3 0,3 1,7 6
Alleenstaande man 0,3 -11 -2,3 0,3 1,7 6
Alleenstaande man, tot 65 jaar
Alleenstaande man, 65 jaar of ouder 0,3 -11 -2,3 0,3 1,7 6
Alleenstaande vrouw
Alleenstaande vrouw, tot 65 jaar
Alleenstaande vrouw, 65 jaar of ouder
Totaal meerpersoonshuishouden . . . . . .
Totaal paar . . . . . .
Paar, zonder kinderen . . . . . .
Paar, zonder kinderen, kostwinner < 65 . . . . . .
Paar, zonder kinderen, kostwinner >= 65 . . . . . .
Paar, alleen kinderen < 18 . . . . . .
Paar, minstens één kind >= 18 . . . . . .
Totaal eenoudergezin . . . . . .
Eenoudergezin, alleen kinderen < 18 . . . . . .
Eenoudergezin, minstens één kind >= 18 . . . . . .
Overig meerpersoonshuishouden . . . . . .
Alleenstaande vrouw Totaal personen 0,7 -11 -1,8 0,7 4,9 30
Totaal eenpersoonshuishouden 0,6 -11 -2,0 0,6 3,3 14
Alleenstaande man
Alleenstaande man, tot 65 jaar
Alleenstaande man, 65 jaar of ouder
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Dynamische koopkrachtontwikkeling van personen bij verandering van samenstelling van het huishouden.

Gegevens beschikbaar van 2001 tot en met 2015

Status van de cijfers
De cijfers over de jaren 2001 - 2014 zijn definitief.
De cijfers over 2015 zijn voorlopig.

Wijzigingen 3 november 2017
Geen, deze tabel is stopgezet
De reden van stopzetting is de herziening van de inkomensstatistiek. De voornaamste punten van de herziening zijn (1) de overgang van een steekproef van huishoudens naar complete waarneming van de totale bevolking, (2) het verleggen van de populatie van het einde naar het begin van het jaar en (3) de herziening van de economische huurwaarde, waardoor de vaststelling van het inkomen verder is verbeterd. De cijfers in deze tabel corresponderen nog met de situatie voor de herziening.

De gegevens over 2015 zijn voorlopig. Aangezien deze tabel is stopgezet, worden de gegevens niet meer definitief gemaakt.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Niet meer van toepassing.

Toelichting onderwerpen

Koopkrachtontwikkeling
De mediane koopkrachtmutatie, ofwel de middelste van de naar grootte
gerangschikte verandering in koopkracht van personen. Dit betekent dat
precies de helft van de populatie een lagere of even grote verandering in
koopkracht ondervindt.
Verdeling van koopkrachtveranderingen
De koopkrachtmutaties zijn gerangschikt van laag naar hoog. Percentielen
geven de koopkrachtmutatie aan waar beneden een bepaald percentage van de
populatie zich bevindt.
10e percentiel
De koopkrachtmutatie waarvoor geldt dat 10 procent van de populatie een
lagere of even grote koopkrachtmutatie ondervindt.
25e percentiel
De koopkrachtmutatie waarvoor geldt dat 25 procent van de populatie een
lagere of even grote koopkrachtmutatie ondervindt.
50e percentiel
De koopkrachtmutatie waarvoor geldt dat 50 procent van de populatie een
lagere of even grote koopkrachtmutatie ondervindt. Het 50e percentiel is
identiek met de mediaan van de koopkrachtmutaties.
75e percentiel
De koopkrachtmutatie waarvoor geldt dat 75 procent van de populatie een
lagere of even grote koopkrachtmutatie ondervindt.
90e percentiel
De koopkrachtmutatie waarvoor geldt dat 90 procent van de populatie een
lagere of even grote koopkrachtmutatie ondervindt.