Wetenschappelijke en Speciale bibliotheken, 1995, 1997

Tabeltoelichting

Per soort bibliotheek en grootteklasse planklengte; collectie naar soort
materiaal, lopende abonnementen, uitleningen, on-line literatuur
recherches, nieuwe media, materiaalkosten en personeelsgegevens.

Gegevens beschikbaar vanaf 1995
Frequentie: stopgezet.

Toelichting onderwerpen

Aantal bibliotheken
Aanwezigheid van nieuwe media
Nieuwe media zijn informatiedragers anders dan papier voor boeken, tijd-
schriften en fotomateriaal voor (micro)film of -fiches. Bijvoorbeeld
videobanden, (floppy)disks, beeldplaten, compact disks(CD-ROMS, CD-WORM)
en dergelijke.
Bibliotheken met nieuwe media
Bibliotheken zonder nieuwe media
Collectie naar soort materiaal
Gedrukt materiaal
Gedrukt materiaal, exclusief tijdschriften is in principe materiaal
in papiervorm. Grootteklasse wordt bepaald door het aantal banden,
maar daarnaast is het aantal strekkende meters, dat door de banden
in beslag wordt genomen, een graadmeter.
Video's, cassettes en tapes vallen niet onder deze categorie.
Cassettes voor blinden komen niet voor bij de wetenschappelijke
bibliotheken.
Strekkende meters gedrukt materiaal
Dit wordt bepaald ongeacht of het materiaal ligt of staat. Voor
uitgeleend materiaal wordt een aanvullende schatting gemaakt. Ook
het kleinere materiaal dat niet in opbergeenheden is verzameld wordt
in de telling opgenomen.
Banden gedrukt materiaal
Hetzij een groter handschrift of band van gedrukt materiaal, hetzij
een opbergeenheid waarin kleiner materiaal (al dan niet gedrukt) is
verzameld.
Tijdschriften
Strekkende meters tijdschriften
Dit wordt bepaald ongeacht of het materiaal ligt of staat. Voor
uitgeleend materiaal wordt een aanvullende schatting gemaakt. Ook
het kleinere materiaal dat niet in opbergeenheden is verzameld wordt
in de telling opgenomen.
Banden tijdschriften
Losse tijdschriftnummers, dunne rapporten, academische redes
e.d. gelden als kleiner materiaal en worden niet afzonderlijk als
band meegeteld. Voor dit materiaal geldt dat de opbergeenheid als
band aangemerkt wordt.
Dissertaties, scripties en complete jaargangen van tijdschriften die
niet zijn gebonden, worden altijd ieder afzonderlijk als een band
geteld.
Onder opbergeenheden wordt verstaan: ordners, (hang)mappen, dozen,
cassettes, kistjes e.d.. Kasten worden hiertoe met nadruk niet
gerekend.
Microvormen
Bij de microvormen worden geteld het aantal microfilmspoelen en het
aantal micro-fiches. Dus niet het aantal boeken, handschriften e.d.
dat in microvorm is gebracht.
Films (spoelen)
Fiches (fysieke eenheden)
Onder een fysieke eenheid wordt verstaan de kleinste zelfstandige
eenheid, ongeacht de hoeveelheid informatie die er op is vastgelegd.
Micro-fiche: fotokopie of fotokopieën op een micro-kaart.
Lopende abonnementen
Lopende abonnementen op tijdschriften en series.
Dit betreft zowel de betaalde, ruil-, als de gratis ontvangen
lopende abonnementen. Een abonnement is niet synoniem met een titel.
Als men bijvoorbeeld drie abonnementen op hetzelfde tijdschrift
heeft, wordt dit geteld als één titel en drie abonnementen.
Series zijn reeksen van doorlopende publicaties die niet als een
afgerond geheel zijn opgezet. Hiertoe behoren: jaarverslagen,
jaarboeken, proceedings e.d. Lopende abonnementen op aanvullingen
van losbladige werken tellen hierbij ook mee. Encyclopedieën en
andere vervolgwerken die wel als een afgerond geheel worden opgezet,
vallen hier niet onder.
Titels
Het aantal titels wordt geteld volgens de wijze van
titelbeschrijven. Delen van een serie die afzonderlijk
titelbeschreven worden, tellen als afzonderlijke titels bij gegevens
van de (uitbreiding van de) collectie. Indien echter het aantal
titels van series geteld wordt, geldt het aantal serietitels.