Samenstelling inkomen van AOW-huishoudens

Samenstelling inkomen van AOW-huishoudens

Kenmerken van huishoudens Aanvullend pensioen Perioden Aantal huishoudens (x·1·000) Gemiddelde inkomens Bruto inkomen (x·1·000·euro) Gemiddelde inkomens Besteedbaar inkomen (x·1·000·euro) Gemiddelde inkomens Gestandaardiseerd inkomen (x·1·000·euro) Gemiddelde inkomens AOW-inkomen (x·1·000·euro) Gemiddelde inkomens Pensioen (incl. AOW) (x·1·000·euro) Aanvullende inkomsten Aanvullend pensioen Aantal huishoudens (x·1·000) Aanvullende inkomsten Aanvullend pensioen Percentage (%) Aanvullende inkomsten Aanvullend pensioen Bedrag per ontvangend huishouden (x·1·000·euro) Aanvullende inkomsten Inkomen uit vermogen Aantal huishoudens (x·1·000)
Totaal huishoudens Totaal huishoudens 2000 1.558 25,4 19,9 16,2 11,3 18,7 1.260 80,9 9,1 817
Totaal huishoudens Met aanvullend pensioen 2000 1.260 26,7 20,8 16,9 11,5 20,6 1.260 100,0 9,1 667
Totaal huishoudens Zonder aanvullend pensioen 2000 298 19,9 15,9 13,3 10,6 10,6 0 0,0 . 151
Particuliere huishoudens Totaal huishoudens 2000 1.443 26,3 20,5 16,6 11,4 19,1 1.179 81,7 9,4 790
Particuliere huishoudens Met aanvullend pensioen 2000 1.179 27,5 21,3 17,3 11,6 21,0 1.179 100,0 9,4 648
Particuliere huishoudens Zonder aanvullend pensioen 2000 264 21,1 16,8 13,8 10,6 10,6 0 0,0 . 142
Alleenstaande Totaal huishoudens 2000 725 18,8 15,4 15,4 9,8 15,4 559 77,0 7,3 330
Alleenstaande Met aanvullend pensioen 2000 559 20,1 16,2 16,2 9,8 17,1 559 100,0 7,3 256
Alleenstaande Zonder aanvullend pensioen 2000 167 14,7 12,5 12,5 9,6 9,6 0 0,0 . 74
Alleenstaande man Totaal huishoudens 2000 156 20,9 16,7 16,7 9,8 17,5 126 80,9 9,6 78
Alleenstaande man Met aanvullend pensioen 2000 126 22,0 17,5 17,5 9,8 19,4 126 100,0 9,6 62
Alleenstaande man Zonder aanvullend pensioen 2000 30 16,0 13,4 13,4 9,6 9,6 0 0,0 . 16
Alleenstaande vrouw Totaal huishoudens 2000 569 18,3 15,0 15,0 9,8 14,8 432 75,9 6,6 252
Alleenstaande vrouw Met aanvullend pensioen 2000 432 19,5 15,9 15,9 9,8 16,5 432 100,0 6,6 194
Alleenstaande vrouw Zonder aanvullend pensioen 2000 137 14,4 12,3 12,3 9,6 9,6 0 0,0 . 58
(Echt)paar Totaal huishoudens 2000 601 30,5 23,9 17,3 13,4 23,9 533 88,7 11,8 371
(Echt)paar Met aanvullend pensioen 2000 533 31,2 24,4 17,7 13,4 25,3 533 100,0 11,8 325
(Echt)paar Zonder aanvullend pensioen 2000 68 25,3 20,2 14,6 13,0 13,0 0 0,0 . 46
Paar met één AOW'er Totaal huishoudens 2000 169 33,8 25,2 18,3 12,0 23,9 148 87,9 13,5 115
Paar met één AOW'er Met aanvullend pensioen 2000 148 34,5 25,7 18,6 12,1 25,7 148 100,0 13,5 102
Paar met één AOW'er Zonder aanvullend pensioen 2000 20 29,0 21,6 15,6 11,0 11,0 0 0,0 . 12
Paar, beiden AOW'er Totaal huishoudens 2000 432 29,3 23,4 16,9 13,9 23,9 385 89,0 11,2 257
Paar, beiden AOW'er Met aanvullend pensioen 2000 385 30,0 23,8 17,3 13,9 25,1 385 100,0 11,2 223
Paar, beiden AOW'er Zonder aanvullend pensioen 2000 48 23,7 19,6 14,2 13,8 13,8 0 0,0 . 34
Overig huishouden Totaal huishoudens 2000 116 50,9 35,1 20,8 11,7 17,7 87 75,2 8,0 88
Overig huishouden Met aanvullend pensioen 2000 87 51,8 35,7 21,4 11,9 19,9 87 100,0 8,0 66
Overig huishouden Zonder aanvullend pensioen 2000 29 48,2 33,4 19,2 10,9 10,9 0 0,0 . 22
Overig huishouden met één AOW'er Totaal huishoudens 2000 83 50,4 34,2 20,8 10,1 15,6 60 72,8 7,5 63
Overig huishouden met één AOW'er Met aanvullend pensioen 2000 60 51,8 34,9 21,5 10,3 17,8 60 100,0 7,5 46
Overig huishouden met één AOW'er Zonder aanvullend pensioen 2000 22 46,9 32,3 19,1 9,7 9,7 0 0,0 . 17
Overig huishouden met meer AOW'ers Totaal huishoudens 2000 33 52,1 37,5 20,8 15,5 22,9 27 81,2 9,1 25
Overig huishouden met meer AOW'ers Met aanvullend pensioen 2000 27 51,8 37,5 21,2 15,6 24,7 27 100,0 9,1 20
Overig huishouden met meer AOW'ers Zonder aanvullend pensioen 2000 6 53,3 37,5 19,4 15,0 15,0 0 0,0 . 5
In institutionele huishoudens Totaal huishoudens 2000 115 14,2 11,9 11,6 10,0 13,2 81 70,2 4,6 27
In institutionele huishoudens Met aanvullend pensioen 2000 81 15,4 12,8 12,5 10,0 14,6 81 100,0 4,6 19
In institutionele huishoudens Zonder aanvullend pensioen 2000 34 11,3 9,6 9,5 9,9 9,9 0 0,0 . 9
Alleenstaande in institut. huishouden Totaal huishoudens 2000 109 13,7 11,5 11,5 9,7 12,8 76 69,4 4,4 25
Alleenstaande in institut. huishouden Met aanvullend pensioen 2000 76 14,9 12,4 12,4 9,7 14,1 76 100,0 4,4 17
Alleenstaande in institut. huishouden Zonder aanvullend pensioen 2000 33 11,1 9,4 9,4 9,7 9,7 0 0,0 . 8
Leeftijd tot 65 jaar Totaal huishoudens 2000 108 52,2 35,3 21,6 10,3 16,2 79 72,9 8,1 82
Leeftijd tot 65 jaar Met aanvullend pensioen 2000 79 53,0 35,6 22,1 10,5 18,5 79 100,0 8,1 59
Leeftijd tot 65 jaar Zonder aanvullend pensioen 2000 29 50,0 34,2 20,4 9,9 9,9 0 0,0 . 23
Leeftijd 65 tot 70 jaar Totaal huishoudens 2000 317 27,1 21,2 17,0 11,8 21,3 273 85,9 11,1 197
Leeftijd 65 tot 70 jaar Met aanvullend pensioen 2000 273 28,5 22,3 17,6 12,0 23,1 273 100,0 11,1 176
Leeftijd 65 tot 70 jaar Zonder aanvullend pensioen 2000 45 18,7 14,9 12,9 10,5 10,5 0 0,0 . 21
Leeftijd 70 tot 75 jaar Totaal huishoudens 2000 362 25,4 20,2 16,6 11,9 20,5 311 85,8 10,0 202
Leeftijd 70 tot 75 jaar Met aanvullend pensioen 2000 311 26,7 21,1 17,2 12,0 22,1 311 100,0 10,0 175
Leeftijd 70 tot 75 jaar Zonder aanvullend pensioen 2000 52 17,8 15,0 12,9 10,9 10,9 0 0,0 . 27
Leeftijd 75 tot 80 jaar Totaal huishoudens 2000 319 23,4 18,8 16,0 11,5 18,8 259 81,0 9,1 162
Leeftijd 75 tot 80 jaar Met aanvullend pensioen 2000 259 24,8 19,8 16,7 11,7 20,7 259 100,0 9,1 130
Leeftijd 75 tot 80 jaar Zonder aanvullend pensioen 2000 61 17,4 14,5 13,0 10,8 10,8 0 0,0 . 32
Leeftijd 80 jaar en ouder Totaal huishoudens 2000 336 20,8 17,0 15,3 11,0 16,8 258 76,8 7,6 148
Leeftijd 80 jaar en ouder Met aanvullend pensioen 2000 258 22,1 17,9 15,9 11,1 18,7 258 100,0 7,6 108
Leeftijd 80 jaar en ouder Zonder aanvullend pensioen 2000 78 16,6 14,2 13,1 10,8 10,8 0 0,0 . 40
In institutionele huishoudens Totaal huishoudens 2000 115 14,2 11,9 11,6 10,0 13,2 81 70,2 4,6 27
In institutionele huishoudens Met aanvullend pensioen 2000 81 15,4 12,8 12,5 10,0 14,6 81 100,0 4,6 19
In institutionele huishoudens Zonder aanvullend pensioen 2000 34 11,3 9,6 9,5 9,9 9,9 0 0,0 . 9
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting

Gemiddelde inkomens en inkomensbestanddelen van AOW - huishoudens
naar kenmerken van huishoudens en wel of geen aanvullend pensioen.
1990 - 2000
Gewijzigd op 14 april 2003.
Verschijningsfrequentie: Stopgezet.

Toelichting onderwerpen

Aantal huishoudens
Gemiddelde inkomens
Gemiddelden van inkomensbegrippen die op alle huishoudens van toepassing
zijn.
Bruto inkomen
Het bruto inkomen bestaat uit het primair inkomen verhoogd met de bruto
ontvangen overdrachten. De bruto ontvangen overdrachten bestaan uit:
- overdrachten rechtstreeks van de overheid, bijvoorbeeld
bijstanduitkeringen en kinderbijslag
- overdrachten via de sociale verzekeringen, zoals de Algemene
Ouderdomswet (AOW), de Werkloosheidswet (WW) en de Wet op de
Arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO)
- andere overdrachten, zoals pensioen en lijfrenten.
Besteedbaar inkomen
Het besteedbaar inkomen is het bruto inkomen verminderd met de betaalde
overdrachten en de loon-, inkomsten- en vermogensbelasting. De betaalde
overdrachten bestaan uit:
- premies volksverzekeringen, te weten de AOW, de Algemene
Nabestaandenwet (ANW), de Algemene Arbeidsongeschiktheidswet (AAW)
en de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ)
- werkgevers- en werknemersdeel van de premies werknemersverzekeringen
(ZW, WW, WAO)
- premies ziektekostenverzekeringen (ziekenfonds en particulier)
- andere overdrachten, zoals premies voor lijfrente en fiscaal
aftrekbare echtscheidingsuitkeringen.
Gestandaardiseerd inkomen
Het gestandaardiseerd inkomen is het besteedbaar inkomen van een
huishouden, gecorrigeerd voor verschillen in huishoudenssamenstelling.
Deze correctie vindt plaats met behulp van equivalentiefactoren. In de
equivalentiefactor komen de schaalvoordelen tot uitdrukking die het gevolg
zijn van het voeren van een gemeenschappelijke huishouding. Met behulp van
de equivalentiefactoren worden alle inkomens herleid tot het inkomen van
een eenpersoonshuishouden. Op deze wijze zijn de welvaartsniveaus van
huishoudens onderling vergelijkbaar gemaakt. Het gestandaardiseerd inkomen
is dus een maat voor de welvaart van een huishouden.
AOW-inkomen
Bruto uitkering die wordt ontvangen op grond van de Algemene Ouderdomswet.
Pensioen (incl. AOW)
De bruto uitkering AOW en aanvullend pensioen bestaande uit uitkeringen
van pensioenfondsen en lijfrente-uitkeringen ontvangen van
levensverzekeringsmaatschappijen en dergelijke.
Aanvullende inkomsten
Gemiddelden van aanvullende inkomsten.
Aanvullend pensioen
Uitkeringen van pensioenfondsen en lijfrente-uitkeringen ontvangen van
levensverzekeringsmaatschappijen en dergelijke.
Aantal huishoudens
Aantal AOW-huishoudens met aanvullend pensioen.
Percentage
Het aantal AOW-huishoudens dat aanvullend pensioen ontvangt
in procenten van alle AOW-huishoudens.
Bedrag per ontvangend huishouden
Gemiddeld bedrag aan aanvullend pensioen per AOW-huishouden met aanvullend
pensioen.
Inkomen uit vermogen
Exclusief inkomen uit eigen woning.
Aantal huishoudens
Aantal AOW-huishoudens met inkomen uit vermogen.