Regionale kerncijfers Nederland

Regionale kerncijfers Nederland

Regio's Perioden Onderwijs Naar schoolgemeente Leerlingen Basisonderwijs (aantal) Onderwijs Naar schoolgemeente Leerlingen Speciaal basisonderwijs (aantal) Onderwijs Naar woongemeente Leerlingen/studenten Voortgezet onderwijs (aantal) Onderwijs Naar woongemeente Leerlingen/studenten Hoger beroepsonderwijs (aantal) Onderwijs Naar woongemeente Leerlingen/studenten Wetenschappelijk onderwijs (aantal) Onderwijs Naar woongemeente Gediplomeerden Voortgezet onderwijs (aantal) Onderwijs Naar woongemeente Gediplomeerden Middelbaar beroepsonderwijs (aantal) Onderwijs Naar woongemeente Gediplomeerden Hoger beroepsonderwijs bachelor (aantal) Bedrijfsvestigingen Bedrijfsvestigingen naar activiteit O-Q Overheid, onderwijs en zorg (aantal) Nabijheid voorzieningen Onderwijs Afstand tot school basisonderwijs (km) Nabijheid voorzieningen Onderwijs Aantal basisonderwijsscholen binnen 3 km (aantal) Nabijheid voorzieningen Onderwijs Afstand tot school vmbo (km) Nabijheid voorzieningen Onderwijs Aantal scholen vmbo binnen 5 km (aantal) Nabijheid voorzieningen Onderwijs Afstand tot school havo/vwo (km) Nabijheid voorzieningen Onderwijs Aantal scholen havo/vwo binnen 5 km (aantal)
Nederland 2024 422.690
Noord-Nederland (LD) 2024 35.475
Oost-Nederland (LD) 2024 87.575
West-Nederland (LD) 2024 220.830
Zuid-Nederland (LD) 2024 78.810
Groningen (PV) 2024 12.045
Fryslân (PV) 2024 13.225
Drenthe (PV) 2024 10.205
Overijssel (PV) 2024 23.950
Flevoland (PV) 2024 10.835
Gelderland (PV) 2024 52.790
Utrecht (PV) 2024 40.915
Noord-Holland (PV) 2024 79.545
Zuid-Holland (PV) 2024 92.415
Zeeland (PV) 2024 7.950
Noord-Brabant (PV) 2024 56.185
Limburg (PV) 2024 22.630
Oost-Groningen (CR) 2024 2.065
Delfzijl en omgeving (CR) 2024 640
Overig Groningen (CR) 2024 9.335
Noord-Friesland (CR) 2024 6.255
Zuidwest-Friesland (CR) 2024 2.925
Zuidoost-Friesland (CR) 2024 4.045
Noord-Drenthe (CR) 2024 4.400
Zuidoost-Drenthe (CR) 2024 2.895
Zuidwest-Drenthe (CR) 2024 2.910
Noord-Overijssel (CR) 2024 8.220
Zuidwest-Overijssel (CR) 2024 3.715
Twente (CR) 2024 12.015
Veluwe (CR) 2024 16.030
Achterhoek (CR) 2024 9.095
Arnhem/Nijmegen (CR) 2024 22.485
Zuidwest-Gelderland (CR) 2024 5.175
Utrecht (CR) 2024 40.915
Kop van Noord-Holland (CR) 2024 7.210
Alkmaar en omgeving (CR) 2024 6.435
IJmond (CR) 2024 4.165
Agglomeratie Haarlem (CR) 2024 7.315
Zaanstreek (CR) 2024 3.800
Groot-Amsterdam (CR) 2024 43.395
Het Gooi en Vechtstreek (CR) 2024 7.225
Agglomeratie Leiden en Bollenstreek (CR) 2024 10.760
Agglomeratie 's-Gravenhage (CR) 2024 25.465
Delft en Westland (CR) 2024 5.065
Oost-Zuid-Holland (CR) 2024 7.245
Groot-Rijnmond (CR) 2024 36.255
Zuidoost-Zuid-Holland (CR) 2024 7.620
Zeeuwsch-Vlaanderen (CR) 2024 1.755
Overig Zeeland (CR) 2024 6.200
West-Noord-Brabant (CR) 2024 14.205
Midden-Noord-Brabant (CR) 2024 10.205
Noordoost-Noord-Brabant (CR) 2024 15.065
Zuidoost-Noord-Brabant (CR) 2024 16.705
Noord-Limburg (CR) 2024 5.550
Midden-Limburg (CR) 2024 5.110
Zuid-Limburg (CR) 2024 11.965
Flevoland (CR) 2024 10.835
Aa en Hunze 2024 610
Aalburg 2024
Aalsmeer 2024 645
Aalten 2024 470
Ter Aar 2024
Aarle-Rixtel 2024
Abcoude 2024
Achtkarspelen 2024 400
Akersloot 2024
Alblasserdam 2024 350
Albrandswaard 2024 565
Alkemade 2024
Alkmaar 2024 3.000
Almelo 2024 1.400
Almere 2024 6.370
Alphen aan den Rijn 2024 2.375
Alphen en Riel 2024
Alphen-Chaam 2024 240
Altena 2024 915
Ambt Delden 2024
Ambt Montfort 2024
Ameland 2024 75
Amerongen 2024
Amersfoort 2024 5.525
Ammerzoden 2024
Amstelveen 2024 2.455
Amsterdam 2024 31.295
Andijk 2024
Angerlo 2024
Anloo 2024
Anna Paulowna 2024
Apeldoorn 2024 4.415
Appingedam 2024
Arcen en Velden 2024
Arnemuiden 2024
Arnhem 2024 6.175
Assen 2024 1.470
Asten 2024 350
Avereest 2024
Axel 2024
Baarle-Nassau 2024 130
Baarn 2024 810
Bakel en Milheeze 2024
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


In deze tabel zijn voor een groot aantal onderwerpen de belangrijkste statistische gegevens weergegeven voor diverse regionale indelingen.

Gegevens beschikbaar vanaf: 1995.

Status van de cijfers:
De cijfers in deze tabel zijn definitief tenzij is aangegeven in de toelichting bij 'perioden' of 'onderwerp' dat ze voorlopig of nader voorlopig zijn.

Het CBS gaat over op een nieuwe indeling van de bevolking naar herkomst. Voortaan is meer bepalend waar iemand zelf geboren is, naast waar iemands ouders geboren zijn. Daarbij wordt het woord migratieachtergrond niet meer gebruikt. De hoofdindeling westers/niet-westers wordt vervangen door een indeling op basis van werelddelen en veelvoorkomende immigratielanden. Deze indeling wordt geleidelijk ingevoerd in tabellen en publicaties met bevolking naar herkomst.
Voor deze StatLinetabel is besloten dat de indeling naar migratieachtergrond niet meer wordt bijgewerkt vanaf 2023. De nieuwe indeling zal in deze tabel worden opgenomen worden als er voldoende jaren beschikbaar zijn voor een nieuwe reeks. Regionale cijfers naar herkomstland zijn onder meer te vinden in de tabellen 'Bevolking; herkomstland, geboorteland, leeftijd, regio, 1 januari' en 'Kerncijfers wijken en buurten 2023'. Koppelingen naar deze tabellen staan in paragraaf 3.


Wijzigingen per 19 juli 2024:

Bevolking
Inwoners naar stedelijkheid: de definitieve cijfers van 2024 zijn toegevoegd.
Geboorte en sterfte: de definitieve cijfers van 2023 zijn toegevoegd.
Verhuizingen: de definitieve cijfers van 2023 zijn toegevoegd.
Immigratie en emigratie: de definitieve cijfers van 2022 zijn toegevoegd.
Bevolkingsgroei: de definitieve cijfers van 2023 zijn toegevoegd.
Huishoudens: de definitieve cijfers van 2024 zijn toegevoegd.

Bouwen en wonen
Voorraad woningen op 1 januari en woningdichtheid: de definitieve cijfers van 2024 zijn toegevoegd.
Nieuwbouw en saldo voorraad: de definitieve cijfers van 2023 zijn toegevoegd.
Gemiddelde woningwaarde WOZ: de voorlopige cijfers van 2024 zijn toegevoegd.

Bedrijfsvestigingen
De voorlopige cijfers van 2024 zijn toegevoegd. Door een verbeterd gebruik van gegevens gedurende 2023 over eigenaren en eigendomsverhoudingen is voor veel bedrijven binnen de bedrijfstak K Financiële dienstverlening per 1 januari 2024 een andere activiteit vastgesteld. De belangrijkste activiteiten waar deze groep is terechtgekomen is M Specialistische zakelijke diensten.
Nagekomen informatie over de periode 2022 en 2023 is verwerkt. De cijfers van 2023 zijn voorlopig, de cijfers van 2022 zijn definitief.

Bodemgebruik
Omgevingsadressendichtheid: de definitieve cijfers van 2024 zijn toegevoegd.

Lokalisering
Het aantal wijken en buurten van 2024 is toegevoegd, dit zijn definitieve cijfers.


Wijzigingen per 31 mei 2024:

Correcties:
Woningen naar eigendom: In 2023 is geconstateerd dat de afleiding van huurwoningen in bezit van woningcorporaties voor de jaren 2019 t/m 2022 niet altijd correct is verlopen, waardoor bij enkele gemeenten in specifieke jaren het aantal huurwoningen in bezit van woningcorporaties is onderschat en het aantal huurwoningen in bezit van overige verhuurders is overschat. De cijfers van 2019 t/m 2022 zijn nu gecorrigeerd.

Nabijheid voorzieningen: Uit nadere analyse van de cijfers voor 2022 is geconstateerd dat deze door wijzigingen in de gebruikte GIS-software afwijken van voorgaande jaren. Omdat het herberekenen van de cijfers nog enige tijd zal kosten, worden de afwijkende cijfers voor 2022 teruggetrokken, totdat de nieuwe cijfers gereed zijn.


Wijzigingen per 18 december 2023:
Correctie: Vanwege een wijziging in de brondata van de studieschulden zijn bij het onderwerp Vermogen de cijfers van 2019 en 2020 aangepast.


Wanneer komen er nieuwe cijfers?
September 2024.

Toelichting onderwerpen

Onderwijs
Het aantal leerlingen/studenten en geslaagden/afgestudeerden op instellingen waar het onderwijs door de overheid bekostigd is (regulier onderwijs). Deze reeks loopt vanaf het schooljaar 2000/'01.

TELLING ONDERWIJSSOORTEN
Behalve bij het hoger beroepsonderwijs en het wetenschappelijk onderwijs zijn de gegevens over het aantal leerlingen gebaseerd op de jaarlijkse tellingen van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen (OCW) en het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV).
De gegevens over het aantal studenten bij het hoger beroepsonderwijs en het wetenschappelijk onderwijs zijn gebaseerd op uitkomsten van het 'Project één cijfer Hoger Onderwijs'. In dit project werken het CBS, de Informatie Beheer Groep (IB-groep), de HBO-raad, de VSNU (Vereniging van Universiteiten), Cfi (een agentschap van het Ministerie van OCW) en het Ministerie van OCW samen om bij publicaties over het hoger onderwijs van dezelfde bronbestanden gebruik te maken en met uniforme definities en berekeningsmethoden tot een gecoördineerde standtelling te komen. Essentieel is dat genoemde instanties dezelfde afslag van het Centraal Register Inschrijvingen Hoger Onderwijs (CRIHO) hanteren. In onderling overleg is daar een aantal kenmerken aan toegevoegd.

REGIONALE GEGEVENS
Voorheen waren alle regionale gegevens over het onderwijs vermeld per gemeente van de (hoofd)vestiging. Door invoering van het onderwijsnummer is het nu mogelijk de gegevens te verstrekken naar de woongemeente van de leerling of student. Alleen bij het primair onderwijs (basisonderwijs, speciaal basisonderwijs en speciale scholen) zijn de leerlingen nog geteld naar de gemeente van de vestiging van de school.

TELDATUM
De teldatum voor het wetenschappelijk onderwijs is 1 december en voor de overige schoolsoorten 1 oktober. Dat betekent dat de gegevens over bijvoorbeeld het schooljaar 2005/'06 betrekking hebben op de situatie per 1 december 2005 of 1 oktober 2005.

SCHOOL- OF STUDIEJAAR VERSUS STATISTIEKJAAR
Een extra bijkomstigheid is dat in deze tabel een school- of studiejaar vertaald wordt naar een kalenderjaar en dat gemeentelijke herindelingen worden doorgevoerd per 1 januari. Een schooljaar bij het voortgezet of beroepsonderwijs loopt over twee kalenderjaren van 1 augustus tot en met 31 juli en een studiejaar bij het hoger onderwijs loopt over twee kalenderjaren van 1 september tot en met 31 augustus.
In deze tabel staan de onderwijsgegevens bij het jaar waarin het school- of studiejaar begint, dus voor het schooljaar 2005/'06 bij 2005.
Naar schoolgemeente
Een schoolgemeente beschrijft de groep leerlingen die naar school gaat op een vestiging die in de betreffende gemeente dan wel regio staat.
Leerlingen
Het aantal leerlingen op instellingen waar het primair onderwijs (basisonderwijs, speciaal basisonderwijs en speciale scholen) door de overheid bekostigd is (regulier onderwijs) naar gemeente van de vestiging van de school.
Basisonderwijs
Het onderwijs zoals opgenomen in de Wet primair Onderwijs (WPO).
Het reguliere basisonderwijs is bedoeld voor kinderen van 4-12 jaar.
Speciaal basisonderwijs
Het onderwijs zoals opgenomen in de Wet primair onderwijs (WPO).
Het speciaal basisonderwijs is bedoeld voor kinderen die meer hulp behoeven bij de opvoeding en het leren dan het reguliere basisonderwijs kan bieden. Vergeleken met scholen voor basisonderwijs hebben scholen voor speciaal basisonderwijs kleinere groepen leerlingen en beschikken ze over meer deskundigen om de leerlingen met leer- en gedragsproblemen te begeleiden.
Naar woongemeente
Een woongemeente beschrijft de groep leerlingen en studenten die op 1 oktober van het schooljaar of studiejaar in de betreffende gemeente dan wel regio woont. Van sommige leerlingen of studenten is de woongemeente onbekend.
Zij zijn dan wel opgenomen in het nationale totaal maar niet bij de onderliggende regionale niveaus.
Leerlingen/studenten
Het aantal leerlingen/studenten op instellingen waar het voortgezet onderwijs, middelbaar beroepsonderwijs en hoger onderwijs door de overheid bekostigd is (regulier onderwijs) die op 1 oktober van het school- of studiejaar in de betreffende gemeente dan wel regio wonen.
Niet van elke leerling/student is bekend wat de woongemeente is.
In het nationale totaal zit bij elke onderwijssoort een groep leerlingen/ studenten waarvan de woongemeente niet bekend is.
Deze groep is < 0,8% bij het voortgezet onderwijs, < 0,5% bij de beroepsopleidende leerweg, < 1,3% bij de beroepsbegeleidende leerweg, < 7% bij het hoger beroepsonderwijs en < 4% bij het wetenschappelijk onderwijs en ontbreekt dus bij de onderliggende regionale niveaus.
Voortgezet onderwijs
Het onderwijs zoals opgenomen in de Wet op het voortgezet onderwijs (WVO) behalve het praktijkonderwijs.
De WVO omvat de volgende onderwijssoorten: vwo, havo, vmbo (met en zonder indicatie voor leerwegondersteuning) en praktijkonderwijs.
In 2003 en 2004 is het vmbo behalve het agrarisch onderwijs dat wordt bekostigd door het Ministerie van LNV.
Pas vanaf 2007 is het aantal leerlingen naar woongemeente in het praktijkonderwijs bekend.
Hoger beroepsonderwijs
Het onderwijs zoals opgenomen in de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek (WHW).
Het betreft hier voltijdonderwijs, deeltijdonderwijs en duaal onderwijs.
Wetenschappelijk onderwijs
Het betreft hier vol-, deeltijd- en duaal onderwijs.
---
De theologische universiteiten, de Universiteit voor Humanistiek, de transnationale Universiteit Limburg, de Universiteit van Nijenrode en de Open Universiteit zijn niet opgenomen.
Gediplomeerden
Mensen die met goed gevolg een afsluitend examen voor een bepaalde onderwijssoort hebben afgelegd.
Voortgezet onderwijs
Het voortgezet onderwijs bij de geslaagden omvat vwo, havo, vmbo inclusief vanaf 2005 de vmbo-afdelingen van de Agrarische Opleidingscentra (AOC), leerwegondersteunend onderwijs (lwoo).
Het voortgezet algemeen volwassenenonderwijs (vavo), het praktijk- onderwijs, de Engelse Stroom (onder havo) en het Internationaal Baccalaureaat (onder vwo) zijn buiten beschouwing gelaten.
Middelbaar beroepsonderwijs
Het middelbaar beroepsonderwijs (mbo) omvat de beroepsopleidende leerweg (bol) en de beroepsbegeleidende leerweg (bbl) zoals opgenomen in de Wet educatie en beroepsonderwijs (WEB) plus de extranei (personen die geen onderwijs volgen maar slechts ingeschreven staan voor een examen).
Het betreft hier vol- én deeltijdonderwijs.
Hoger beroepsonderwijs bachelor
Een hoger beroepsonderwijs bachelor is iemand die een studie in het hoger beroepsonderwijs (hbo) succesvol heeft afgerond.
Een bachelordiploma geeft toegang tot een masteropleiding in het hbo.
De bachelorgraad werd ingevoerd bij de introductie van het zogeheten bachelor-masterstelsel in het hoger onderwijs in 2002/'03.
Degenen die vóór 2002/'03 voor een hbo-studie zijn geslaagd, worden ook tot de bachelors gerekend.
Voor toelating tot een masteropleiding aan een universiteit moet een gediplomeerde hbo'er vrijwel altijd eerst een schakelprogramma volgen.
Bedrijfsvestigingen
Bedrijfsvestigingen naar activiteit op 1 januari (SBI 2008).

Deze tabel bevat gegevens over het aantal vestigingen van bedrijven naar economische activiteit, gebaseerd op de Standaard Bedrijfsindeling 2008 (SBI 2008). De vestigingen zijn voorts ingedeeld naar de gemeentelijke indeling per 1 januari van het verslagjaar.
Door een verbeterd gebruik van gegevens gedurende 2023 over eigenaren en eigendomsverhoudingen is voor veel bedrijven binnen de bedrijfstak K Financiële dienstverlening per 1 januari 2024 een andere activiteit vastgesteld. De belangrijkste activiteiten waar deze groep is terechtgekomen is M Specialistische zakelijke diensten.

Vestiging:
Elke afzonderlijk gelegen ruimte, terrein of complex van ruimten of terreinen, benut door een bedrijf voor uitoefening van de activiteiten. Ieder bedrijf bestaat uit ten minste één vestiging. Meerdere locaties van een bedrijf binnen één postcodegebied worden als één vestiging beschouwd.

Standaard Bedrijfsindeling 2008 (SBI 2008):
De Nederlandse hiërarchische indeling van economische activiteiten die door het CBS wordt gebruikt om bedrijfseenheden in te delen naar hun hoofdactiviteit. De SBI 2008 is de versie die vanaf 2008 gebruikt wordt.

In deze tabel is gekozen voor de hoofdactiviteit (SBI) van de vestiging. Niet iedere vestiging van een bedrijf houdt zich bezig met de hoofdactiviteit (SBI) van het bedrijf als geheel. Om te weten welke activiteiten worden uitgevoerd in een regio is de hoofdactiviteit (SBI) van de vestiging gebruikt. In de tabel zijn de vestigingen (naast de totalen) ook naar de volgende sectoren onderverdeeld:
A: Landbouw, bosbouw en visserij
B-F: Nijverheid en energie
G+I: Handel en horeca
H+J: Vervoer, informatie en communicatie
K-L: Financiële diensten, onroerend goed
M-N: Zakelijke dienstverlening
O-Q Overheid, onderwijs en zorg
R-U: Cultuur, recreatie, overige diensten

Het aantal vestigingen is afgerond op een veelvoud van vijf. In geval van afrondingen kan het voorkomen, dat de totalen niet precies overeenstemmen met de som der opgetelde getallen.
Bedrijfsvestigingen naar activiteit
O-Q Overheid, onderwijs en zorg
Nabijheid voorzieningen
De afstand tot een voorziening is de gemiddelde afstand van alle
inwoners in een gebied tot de dichtstbijzijnde voorziening, berekend over de weg.
De afstand is berekend over verharde, door auto's te gebruiken wegen, dus niet over fiets- en voetpaden. Overtochten via veerboten zijn hierbij inbegrepen.
Verbindingen via het buitenland worden echter niet meegenomen. Ook wordt geen rekening gehouden met éénrichtingsverkeer en overige inrijverboden, behalve bij rijks- en provinciale wegen.
De verbindingen over de weg, gevormd door het netwerk van verharde (auto)wegen, zijn opgebouwd op basis van het Nationaal Wegen Bestand (Rijkswaterstaat).
De gemiddelde afstand is opgenomen wanneer van 90 procent of meer van de inwoners in het gebied de exacte ligging (x,y-coördinaat) van het adres kon worden vastgesteld.
Daarnaast geldt dat het gemiddelde alleen is vermeld bij minimaal 10
inwoners per gebied.
.
Een voorziening is een locatie die bezocht kan worden door personen.
De locatie sluit aan bij het gebruik in het dagelijks leven.
Het aantal voorzieningen binnen een bepaalde afstand is het gemiddeld aantal voorzieningen binnen een bepaalde afstand van alle inwoners,
berekend over de weg. De vaste afstanden zijn bepaald op 1, 3, 5, 10 of 20 kilometer.
Afhankelijk van de dichtheid van de voorzieningen is een keuze gemaakt voor de meest relevante afstand.
Het gemiddeld aantal voorzieningen binnen een bepaalde afstand is opgenomen wanneer van 90 procent of meer van de inwoners in het gebied de exacte ligging (x,y-coördinaat) van het adres kon worden vastgesteld.
Daarnaast geldt dat het aantal voorzieningen alleen is vermeld bij minimaal 10 inwoners per gebied.
De adresgegevens van voorzieningen komen van verschillende (externe) instellingen:
- De DUO (Dienst Uitvoering Onderwijs, onderdeel van het Ministerie OCW) verstrekt de adressen van de schoolvestigingen.
LOCATUS levert locaties van detailhandel, horeca, bioscopen,
sportvoorzieningen (met uitzondering van kunstijsbanen) en recreatievoorzieningen.
Het Nivel (Nederlands Instituut voor onderzoek van de gezondheidszorg) verstrekt de adressen van (apotheekhoudende) huisartsen.
Het Onderzoeksbureau Regioplan Beleidsonderzoek heeft de adressen van de kinderopvang geïnventariseerd.
Het RIVM (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu) verstrekt de adressen van ziekenhuizen.
De VHN (Vereniging Huisartsenposten Nederland) verstrekt de adressen van huisartsenposten.
De VOB (Vereniging van Openbare Bibliotheken) publiceert de locaties van de bibliotheken en hun vestigingen.
.
Onder een inwoner wordt een persoon verstaan die behoort tot de bevolking van een bepaald gebied. In de bevolkingsaantallen zijn uitsluitend personen begrepen die zijn opgenomen in de gemeentelijke basisadministratie van een Nederlandse gemeente.
In principe wordt iedereen die voor onbepaalde tijd in Nederland woont, opgenomen in het bevolkingsregister van de woongemeente.
.
Onderwijs
Afstand tot school basisonderwijs
De gemiddelde afstand berekend over de weg van alle inwoners in een gebied tot de dichtstbijzijnde school voor basisonderwijs.
.
Het basisonderwijs omvat naast de reguliere basisscholen ook de scholen voor kinderen van mensen zonder vaste woon- of verblijfplaats,
de zogenaamde rijdende scholen en de ligplaatsscholen voor varende kleuters. Het speciaal basisonderwijs en de speciale scholen zijn niet meegenomen.
Aantal basisonderwijsscholen binnen 3 km
Het gemiddeld aantal scholen (vestigingen) voor basisonderwijs binnen 3 km over de weg voor alle inwoners van een gebied.
.
Het basisonderwijs omvat naast de reguliere basisscholen ook de scholen voor kinderen van mensen zonder vaste woon- of verblijfplaats, de zogenaamde rijdende scholen en de ligplaatsscholen voor varende kleuters.
Het speciaal basisonderwijs en de speciale scholen zijn niet meegenomen
Afstand tot school vmbo
De gemiddelde afstand berekend over de weg van alle inwoners in een gebied tot de dichtstbijzijnde school (vestiging) voor voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs waar leerlingen door de overheid bekostigd voltijd onderwijs kunnen volgen.
Aantal scholen vmbo binnen 5 km
Het gemiddeld aantal scholen voor voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs binnen 5 km over de weg voor alle inwoners van een gebied.
.
Het betreft het voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs waar leerlingen door de overheid bekostigd voltijd onderwijs kunnen volgen.
Afstand tot school havo/vwo
De gemiddelde afstand berekend over de weg van alle inwoners in een gebied tot de dichtstbijzijnde school voor hoger algemeen voortgezet onderwijs of voorbereidend wetenschappelijk onderwijs waar leerlingen door de overheid bekostigd onderwijs kunnen volgen.
Aantal scholen havo/vwo binnen 5 km
Het gemiddeld aantal scholen voor hoger algemeen voortgezet onderwijs of voorbereidend wetenschappelijk onderwijs binnen 5 km over de weg voor alle inwoners van een gebied.
.
Het betreft het hoger algemeen voortgezet onderwijs of voorbereidend wetenschappelijk onderwijs waar leerlingen door de overheid bekostigd onderwijs kunnen volgen.