Regionale kerncijfers Nederland
Regio's | Perioden | Onderwijs Naar schoolgemeente Leerlingen Speciale scholen (aantal) | Nabijheid voorzieningen Onderwijs Aantal basisonderwijsscholen binnen 3 km (aantal) | Nabijheid voorzieningen Onderwijs Aantal scholen vmbo binnen 5 km (aantal) | Nabijheid voorzieningen Onderwijs Aantal scholen havo/vwo binnen 5 km (aantal) |
---|---|---|---|---|---|
Nederland | 2024 | ||||
Noord-Nederland (LD) | 2024 | ||||
Oost-Nederland (LD) | 2024 | ||||
West-Nederland (LD) | 2024 | ||||
Zuid-Nederland (LD) | 2024 | ||||
Groningen (PV) | 2024 | ||||
Fryslân (PV) | 2024 | ||||
Drenthe (PV) | 2024 | ||||
Overijssel (PV) | 2024 | ||||
Flevoland (PV) | 2024 | ||||
Gelderland (PV) | 2024 | ||||
Utrecht (PV) | 2024 | ||||
Noord-Holland (PV) | 2024 | ||||
Zuid-Holland (PV) | 2024 | ||||
Zeeland (PV) | 2024 | ||||
Noord-Brabant (PV) | 2024 | ||||
Limburg (PV) | 2024 | ||||
Oost-Groningen (CR) | 2024 | ||||
Delfzijl en omgeving (CR) | 2024 | ||||
Overig Groningen (CR) | 2024 | ||||
Noord-Friesland (CR) | 2024 | ||||
Zuidwest-Friesland (CR) | 2024 | ||||
Zuidoost-Friesland (CR) | 2024 | ||||
Noord-Drenthe (CR) | 2024 | ||||
Zuidoost-Drenthe (CR) | 2024 | ||||
Zuidwest-Drenthe (CR) | 2024 | ||||
Noord-Overijssel (CR) | 2024 | ||||
Zuidwest-Overijssel (CR) | 2024 | ||||
Twente (CR) | 2024 | ||||
Veluwe (CR) | 2024 | ||||
Achterhoek (CR) | 2024 | ||||
Arnhem/Nijmegen (CR) | 2024 | ||||
Zuidwest-Gelderland (CR) | 2024 | ||||
Utrecht (CR) | 2024 | ||||
Kop van Noord-Holland (CR) | 2024 | ||||
Alkmaar en omgeving (CR) | 2024 | ||||
IJmond (CR) | 2024 | ||||
Agglomeratie Haarlem (CR) | 2024 | ||||
Zaanstreek (CR) | 2024 | ||||
Groot-Amsterdam (CR) | 2024 | ||||
Het Gooi en Vechtstreek (CR) | 2024 | ||||
Agglomeratie Leiden en Bollenstreek (CR) | 2024 | ||||
Agglomeratie 's-Gravenhage (CR) | 2024 | ||||
Delft en Westland (CR) | 2024 | ||||
Oost-Zuid-Holland (CR) | 2024 | ||||
Groot-Rijnmond (CR) | 2024 | ||||
Zuidoost-Zuid-Holland (CR) | 2024 | ||||
Zeeuwsch-Vlaanderen (CR) | 2024 | ||||
Overig Zeeland (CR) | 2024 | ||||
West-Noord-Brabant (CR) | 2024 | ||||
Midden-Noord-Brabant (CR) | 2024 | ||||
Noordoost-Noord-Brabant (CR) | 2024 | ||||
Zuidoost-Noord-Brabant (CR) | 2024 | ||||
Noord-Limburg (CR) | 2024 | ||||
Midden-Limburg (CR) | 2024 | ||||
Zuid-Limburg (CR) | 2024 | ||||
Flevoland (CR) | 2024 | ||||
Aa en Hunze | 2024 | ||||
Aalburg | 2024 | ||||
Aalsmeer | 2024 | ||||
Aalten | 2024 | ||||
Ter Aar | 2024 | ||||
Aarle-Rixtel | 2024 | ||||
Abcoude | 2024 | ||||
Achtkarspelen | 2024 | ||||
Akersloot | 2024 | ||||
Alblasserdam | 2024 | ||||
Albrandswaard | 2024 | ||||
Alkemade | 2024 | ||||
Alkmaar | 2024 | ||||
Almelo | 2024 | ||||
Almere | 2024 | ||||
Alphen aan den Rijn | 2024 | ||||
Alphen en Riel | 2024 | ||||
Alphen-Chaam | 2024 | ||||
Altena | 2024 | ||||
Ambt Delden | 2024 | ||||
Ambt Montfort | 2024 | ||||
Ameland | 2024 | ||||
Amerongen | 2024 | ||||
Amersfoort | 2024 | ||||
Ammerzoden | 2024 | ||||
Amstelveen | 2024 | ||||
Amsterdam | 2024 | ||||
Andijk | 2024 | ||||
Angerlo | 2024 | ||||
Anloo | 2024 | ||||
Anna Paulowna | 2024 | ||||
Apeldoorn | 2024 | ||||
Appingedam | 2024 | ||||
Arcen en Velden | 2024 | ||||
Arnemuiden | 2024 | ||||
Arnhem | 2024 | ||||
Assen | 2024 | ||||
Asten | 2024 | ||||
Avereest | 2024 | ||||
Axel | 2024 | ||||
Baarle-Nassau | 2024 | ||||
Baarn | 2024 | ||||
Bakel en Milheeze | 2024 | ||||
Bron: CBS. |
Tabeltoelichting
In deze tabel zijn voor een groot aantal onderwerpen de belangrijkste statistische gegevens weergegeven voor diverse regionale indelingen.
Gegevens beschikbaar vanaf: 1995.
Status van de cijfers:
De cijfers in deze tabel zijn definitief tenzij is aangegeven in de toelichting bij 'perioden' of 'onderwerp' dat ze voorlopig of nader voorlopig zijn.
Het CBS gaat over op een nieuwe indeling van de bevolking naar herkomst. Voortaan is meer bepalend waar iemand zelf geboren is, naast waar iemands ouders geboren zijn. Daarbij wordt het woord migratieachtergrond niet meer gebruikt. De hoofdindeling westers/niet-westers wordt vervangen door een indeling op basis van werelddelen en veelvoorkomende immigratielanden. Deze indeling wordt geleidelijk ingevoerd in tabellen en publicaties met bevolking naar herkomst.
Voor deze StatLinetabel is besloten dat de indeling naar migratieachtergrond niet meer wordt bijgewerkt vanaf 2023. De nieuwe indeling zal in deze tabel worden opgenomen worden als er voldoende jaren beschikbaar zijn voor een nieuwe reeks. Regionale cijfers naar herkomstland zijn onder meer te vinden in de tabellen 'Bevolking; herkomstland, geboorteland, leeftijd, regio, 1 januari' en 'Kerncijfers wijken en buurten' (vanaf 2023). Koppelingen naar deze tabellen staan in paragraaf 3.
Wijzigingen per 20 september 2024:
Bevolking
Doodsoorzaken: de voorlopige cijfers van 2023 zijn toegevoegd.
Immigratie en emigratie: de definitieve cijfers van 2023 zijn toegevoegd.
Sociale zekerheid
Uitkeringsontvangers: de nader voorlopige cijfers van 2023 zijn toegevoegd.
Nabijheid voorzieningen
De definitieve cijfers voor 2022 zijn herplaatst. Vanaf 2022 is de berekening van de afstanden van adressen naar de (dichtstbijzijnde) voorzieningen verbeterd: de rijrichtingen worden vanaf dan meegenomen bij het bepalen van routes en daarmee afstanden van adressen naar de (dichtstbijzijnde) voorzieningen. In voorgaande jaren gebeurde dit niet of slechts in beperkte mate.
De voorlopige cijfers van 2023 zijn toegevoegd voor de volgende voorzieningen: kinderdagverblijf, grote supermarkt, restaurant, bibliotheek, bioscoop en zwembad.
Milieu en bodemgebruik
Afval van huishoudens: nieuwe nader voorlopige cijfers over 2020, 2021 en 2022 zijn toegevoegd.
Wijzigingen per 31 mei 2024:
Correctie: In 2023 is geconstateerd dat de afleiding van huurwoningen in bezit van woningcorporaties voor de jaren 2019 t/m 2022 niet altijd correct is verlopen, waardoor bij enkele gemeenten in specifieke jaren het aantal huurwoningen in bezit van woningcorporaties is onderschat en het aantal huurwoningen in bezit van overige verhuurders is overschat. De cijfers van 2019 t/m 2022 zijn nu gecorrigeerd.
Wijzigingen per 18 december 2023:
Correctie: Vanwege een wijziging in de brondata van de studieschulden zijn bij het onderwerp Vermogen de cijfers van 2019 en 2020 aangepast.
Wanneer komen er nieuwe cijfers?
November 2024.
Toelichting onderwerpen
- Onderwijs
- Het aantal leerlingen/studenten en geslaagden/afgestudeerden op instellingen waar het onderwijs door de overheid bekostigd is (regulier onderwijs). Deze reeks loopt vanaf het schooljaar 2000/'01.
TELLING ONDERWIJSSOORTEN
Behalve bij het hoger beroepsonderwijs en het wetenschappelijk onderwijs zijn de gegevens over het aantal leerlingen gebaseerd op de jaarlijkse tellingen van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen (OCW) en het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV).
De gegevens over het aantal studenten bij het hoger beroepsonderwijs en het wetenschappelijk onderwijs zijn gebaseerd op uitkomsten van het 'Project één cijfer Hoger Onderwijs'. In dit project werken het CBS, de Informatie Beheer Groep (IB-groep), de HBO-raad, de VSNU (Vereniging van Universiteiten), Cfi (een agentschap van het Ministerie van OCW) en het Ministerie van OCW samen om bij publicaties over het hoger onderwijs van dezelfde bronbestanden gebruik te maken en met uniforme definities en berekeningsmethoden tot een gecoördineerde standtelling te komen. Essentieel is dat genoemde instanties dezelfde afslag van het Centraal Register Inschrijvingen Hoger Onderwijs (CRIHO) hanteren. In onderling overleg is daar een aantal kenmerken aan toegevoegd.
REGIONALE GEGEVENS
Voorheen waren alle regionale gegevens over het onderwijs vermeld per gemeente van de (hoofd)vestiging. Door invoering van het onderwijsnummer is het nu mogelijk de gegevens te verstrekken naar de woongemeente van de leerling of student. Alleen bij het primair onderwijs (basisonderwijs, speciaal basisonderwijs en speciale scholen) zijn de leerlingen nog geteld naar de gemeente van de vestiging van de school.
TELDATUM
De teldatum voor het wetenschappelijk onderwijs is 1 december en voor de overige schoolsoorten 1 oktober. Dat betekent dat de gegevens over bijvoorbeeld het schooljaar 2005/'06 betrekking hebben op de situatie per 1 december 2005 of 1 oktober 2005.
SCHOOL- OF STUDIEJAAR VERSUS STATISTIEKJAAR
Een extra bijkomstigheid is dat in deze tabel een school- of studiejaar vertaald wordt naar een kalenderjaar en dat gemeentelijke herindelingen worden doorgevoerd per 1 januari. Een schooljaar bij het voortgezet of beroepsonderwijs loopt over twee kalenderjaren van 1 augustus tot en met 31 juli en een studiejaar bij het hoger onderwijs loopt over twee kalenderjaren van 1 september tot en met 31 augustus.
In deze tabel staan de onderwijsgegevens bij het jaar waarin het school- of studiejaar begint, dus voor het schooljaar 2005/'06 bij 2005.- Naar schoolgemeente
- Een schoolgemeente beschrijft de groep leerlingen die naar school gaat op een vestiging die in de betreffende gemeente dan wel regio staat.
- Leerlingen
- Het aantal leerlingen op instellingen waar het primair onderwijs (basisonderwijs, speciaal basisonderwijs en speciale scholen) door de overheid bekostigd is (regulier onderwijs) naar gemeente van de vestiging van de school.
- Speciale scholen
- Speciale scholen zijn bedoeld voor basis- en voortgezet onderwijs aan zeer moeilijk lerende of opvoedbare kinderen, dove en slechthorende kinderen, visueel gehandicapte kinderen en langdurig zieken.
De leerlingen kunnen op deze scholen blijven totdat ze 20 jaar zijn.
- Nabijheid voorzieningen
- - De gemiddelde afstanden voor de inwoners van Nederland van hun woonadres naar de dichtstbijzijnde voorzieningen (bijvoorbeeld school, huisarts of bibliotheek);
- Het aantal voorzieningen dat zich binnen een bepaalde afstand van het woonadres bevindt. Deze gegevens zijn berekend als gemiddelde over alle personen van het gebied.
Voorziening
Een locatie (pand, ruimte, terrein of plek) die bezocht kan worden door personen.
Afstand
De gemiddelde afstand van alle inwoners in een gebied tot de dichtstbijzijnde voorziening, berekend over de (verharde) autoweg.
Inwoner
Persoon behorende tot de bevolking van een bepaald gebied.
Waarnemingsmethode
De afstand tot het (dichtstbijzijnde) bezoekadres van een voorziening wordt per bewoond adres berekend over de verharde (auto)weg. Om de berekeningen te vereenvoudigen wordt de afstand niet exact van het woonadres tot aan het adres van de voorziening berekend, maar wordt elk adres op het dichtstbijzijnde projectiepunt in de eigen straat geprojecteerd. Deze projectiepunten liggen vanaf 2018 om de 100 meter op het wegennetwerk. (Voor 2018 lagen deze projectpunten om de 25 meter op het wegennetwerk.) Als afstand tussen het adres en de voorziening wordt de afstand via de weg tussen de twee geprojecteerde adressen op het wegennetwerk gehanteerd. Verbindingen via het buitenland worden niet meegenomen.
Hierbij wordt rekening gehouden met ongelijkvloerse kruisingen en veerponten. Ook is rekening gehouden met eenrichtingsverkeer op Rijks- en Provinciewegen en in toenemende mate met eenrichtingsverkeer op overige wegen, voor zover door gemeenten aangegeven in het Nationaal Wegen Bestand. Bij de overgang naar nieuwe software zijn de rijrichtingen als restrictie bij het bepalen van de routes voor de verslagjaren 2018 t/m 2021 niet meegenomen. Vanaf verslagjaar 2022 zijn de rijrichtingen (weer) meegenomen in de berekeningen en daarmee afstanden van adressen naar de (dichtstbijzijnde) voorzieningen.
De gemiddelde afstand per gebied tot een voorziening wordt berekend door het gemiddelde te nemen van de berekende afstand van alle adressen in dat gebied. Daarbij wordt het aantal bewoners van elk adres gebruikt als weegfactor, zodat een dichtbevolkte straat zwaarder meetelt in het gemiddelde voor het gebied. De dichtstbijzijnde voorziening hoeft daarbij niet binnen ditzelfde gebied te liggen.
Het gemiddeld aantal voorzieningen binnen een vaste afstand per gebied wordt berekend door het gemiddelde te nemen van de berekende aantallen voorzieningen per persoon, voor alle personen in dat gebied. Hoe meer voorzieningen aanwezig zijn binnen de vaste afstand, des te meer keuze de inwoners van het gebied voor deze voorziening hebben. De vaste afstanden zijn bepaald op 1, 3, 5, 10, 20 of 50 kilometer. Afhankelijk van de dichtheid van voorzieningen worden hieruit de meest relevante afstand gekozen voor publicatie in de tabel.- Onderwijs
- Aantal basisonderwijsscholen binnen 3 km
- Het gemiddeld aantal scholen (vestigingen) voor basisonderwijs binnen 3 km over de weg voor alle inwoners van een gebied.
Het basisonderwijs omvat alleen de basisscholen zoals bekend bij de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO). Het speciaal basisonderwijs en de speciale scholen zijn niet meegenomen.
Voor de cijfers over onderwijs is met ingang van verslagjaar 2018 een nieuwe methode gebruikt: in de huidige methodiek wordt voor de scholen in het reguliere basisonderwijs gebruik gemaakt van bestanden van de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO). Hierdoor kunnen de cijfers vanaf 2018 licht afwijken van de voorgaande jaren.
De cijfers gelden voor januari van het betreffende schooljaar.
- Aantal scholen vmbo binnen 5 km
- Het gemiddeld aantal scholen voor voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs binnen 5 km over de weg voor alle inwoners van een gebied.
Het betreft het voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs waar leerlingen door de overheid bekostigd voltijd onderwijs kunnen volgen.
De cijfers gelden voor januari van het betreffende schooljaar.
- Aantal scholen havo/vwo binnen 5 km
- Het gemiddeld aantal scholen voor hoger algemeen voortgezet onderwijs of voorbereidend wetenschappelijk onderwijs binnen 5 km over de weg voor alle inwoners van een gebied.
Het betreft het hoger algemeen voortgezet onderwijs of voorbereidend wetenschappelijk onderwijs waar leerlingen door de overheid bekostigd onderwijs kunnen volgen.
De cijfers gelden voor januari van het betreffende schooljaar.