Regionale kerncijfers Nederland

Regionale kerncijfers Nederland

Regio's Perioden Bevolking Bevolkingssamenstelling op 1 januari Totale bevolking (aantal) Bouwen en wonen Woningvoorraad Woningen naar eigendom Huurwoningen van woningcorporatie (%) Verkeer en vervoer Motorvoertuigen Personenauto's particulieren (aantal) Verkeer en vervoer Lengte van wegen Rijkswegen (kilometer) Lokalisering Lokaliseringen van gemeenten Regionale eenheden Code (code) Lokalisering Lokaliseringen van gemeenten Regionale eenheden Naam (naam)
Nederland 2024 17.942.942 28,3 7.946.287 5.594
Noord-Nederland (LD) 2024 1.767.380 26,3 868.136 801
Oost-Nederland (LD) 2024 3.788.930 26,5 1.784.371 1.302
West-Nederland (LD) 2024 8.608.638 30,3 3.422.760 2.247
Zuid-Nederland (LD) 2024 3.777.994 26,5 1.871.020 1.244
Groningen (PV) 2024 601.347 28,2 270.559 215
Fryslân (PV) 2024 661.904 26,2 330.842 340
Drenthe (PV) 2024 504.129 24,1 266.735 245
Overijssel (PV) 2024 1.189.033 26,8 562.476 392
Flevoland (PV) 2024 450.826 25,4 195.238 199
Gelderland (PV) 2024 2.149.071 26,5 1.026.657 711
Utrecht (PV) 2024 1.400.057 26,8 575.559 422
Noord-Holland (PV) 2024 2.976.487 31,2 1.131.142 699
Zuid-Holland (PV) 2024 3.840.460 31,7 1.513.841 842
Zeeland (PV) 2024 391.634 21,5 202.218 284
Noord-Brabant (PV) 2024 2.644.739 26,9 1.289.970 877
Limburg (PV) 2024 1.133.255 25,7 581.050 367
Oost-Groningen (CR) 2024 137.920 25,4 75.434 57
Delfzijl en omgeving (CR) 2024 45.106 31,2 23.549 19
Overig Groningen (CR) 2024 418.321 28,7 171.576 139
Noord-Friesland (CR) 2024 328.736 26,2 158.615 87
Zuidwest-Friesland (CR) 2024 142.350 24,7 72.591 136
Zuidoost-Friesland (CR) 2024 190.818 27,2 99.636 118
Noord-Drenthe (CR) 2024 196.060 21,8 102.556 97
Zuidoost-Drenthe (CR) 2024 171.085 25,6 93.024 53
Zuidwest-Drenthe (CR) 2024 136.984 25,4 71.155 94
Noord-Overijssel (CR) 2024 387.623 25,3 180.624 127
Zuidwest-Overijssel (CR) 2024 160.604 27,3 74.986 52
Twente (CR) 2024 640.806 27,5 306.866 213
Veluwe (CR) 2024 722.493 25,0 336.961 313
Achterhoek (CR) 2024 406.785 23,1 215.401 67
Arnhem/Nijmegen (CR) 2024 764.138 30,3 345.020 195
Zuidwest-Gelderland (CR) 2024 255.655 24,3 129.275 135
Utrecht (CR) 2024 1.400.057 26,8 575.559 422
Kop van Noord-Holland (CR) 2024 386.554 24,6 189.200 148
Alkmaar en omgeving (CR) 2024 256.624 23,1 119.142 34
IJmond (CR) 2024 201.325 30,7 94.230 59
Agglomeratie Haarlem (CR) 2024 236.484 26,7 91.742 3
Zaanstreek (CR) 2024 177.941 35,7 74.389 25
Groot-Amsterdam (CR) 2024 1.472.793 35,2 450.391 346
Het Gooi en Vechtstreek (CR) 2024 244.766 26,1 112.048 84
Agglomeratie Leiden en Bollenstreek (CR) 2024 445.756 25,9 180.324 62
Agglomeratie 's-Gravenhage (CR) 2024 917.558 29,9 323.199 93
Delft en Westland (CR) 2024 244.895 32,2 93.923 48
Oost-Zuid-Holland (CR) 2024 348.579 25,4 156.670 57
Groot-Rijnmond (CR) 2024 1.502.582 36,3 592.246 454
Zuidoost-Zuid-Holland (CR) 2024 381.090 29,7 167.479 127
Zeeuwsch-Vlaanderen (CR) 2024 105.612 17,7 59.188 63
Overig Zeeland (CR) 2024 286.022 23,0 143.030 222
West-Noord-Brabant (CR) 2024 651.175 27,3 319.687 324
Midden-Noord-Brabant (CR) 2024 507.474 27,2 241.406 105
Noordoost-Noord-Brabant (CR) 2024 676.914 26,0 340.054 233
Zuidoost-Noord-Brabant (CR) 2024 809.176 27,1 388.823 215
Noord-Limburg (CR) 2024 290.392 23,7 149.265 125
Midden-Limburg (CR) 2024 242.573 21,1 130.518 85
Zuid-Limburg (CR) 2024 600.290 28,2 301.267 158
Flevoland (CR) 2024 450.826 25,4 195.238 199
Aa en Hunze 2024 25.845 19,3 15.052 26 RE01 Noord-Nederland
Aalburg 2024
Aalsmeer 2024 33.279 24,3 15.798 0 RE05 Amsterdam
Aalten 2024 27.308 18,9 14.468 0 RE02 Oost-Nederland
Ter Aar 2024
Aarle-Rixtel 2024
Abcoude 2024
Achtkarspelen 2024 28.226 30,2 15.085 0 RE01 Noord-Nederland
Akersloot 2024
Alblasserdam 2024 20.314 32,7 8.646 7 RE07 Rotterdam
Albrandswaard 2024 26.428 25,0 12.223 5 RE07 Rotterdam
Alkemade 2024
Alkmaar 2024 112.304 28,1 48.483 11 RE04 Noord-Holland
Almelo 2024 74.317 33,5 34.071 25 RE02 Oost-Nederland
Almere 2024 226.500 26,6 91.624 86 RE03 Midden-Nederland
Alphen aan den Rijn 2024 114.966 25,4 53.107 17 RE06 Den Haag
Alphen en Riel 2024
Alphen-Chaam 2024 10.455 12,9 6.268 0 RE08 Zeeland - West-Brabant
Altena 2024 58.277 23,9 29.281 22 RE08 Zeeland - West-Brabant
Ambt Delden 2024
Ambt Montfort 2024
Ameland 2024 3.839 0,0 1.959 0 RE01 Noord-Nederland
Amerongen 2024
Amersfoort 2024 161.852 29,0 65.683 50 RE03 Midden-Nederland
Ammerzoden 2024
Amstelveen 2024 95.014 29,1 33.861 11 RE05 Amsterdam
Amsterdam 2024 931.298 39,6 220.205 131 RE05 Amsterdam
Andijk 2024
Angerlo 2024
Anloo 2024
Anna Paulowna 2024
Apeldoorn 2024 168.211 27,7 77.703 86 RE02 Oost-Nederland
Appingedam 2024
Arcen en Velden 2024
Arnemuiden 2024
Arnhem 2024 167.632 34,4 65.445 43 RE02 Oost-Nederland
Assen 2024 69.701 27,1 32.360 32 RE01 Noord-Nederland
Asten 2024 17.302 20,9 9.219 13 RE09 Oost-Brabant
Avereest 2024
Axel 2024
Baarle-Nassau 2024 7.076 11,1 4.153 0 RE08 Zeeland - West-Brabant
Baarn 2024 25.065 25,0 11.758 10 RE03 Midden-Nederland
Bakel en Milheeze 2024
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


In deze tabel zijn voor een groot aantal onderwerpen de belangrijkste statistische gegevens weergegeven voor diverse regionale indelingen.

Gegevens beschikbaar vanaf: 1995.

Status van de cijfers:
De cijfers in deze tabel zijn definitief tenzij is aangegeven in de toelichting bij 'perioden' of 'onderwerp' dat ze voorlopig of nader voorlopig zijn.

Het CBS gaat over op een nieuwe indeling van de bevolking naar herkomst. Voortaan is meer bepalend waar iemand zelf geboren is, naast waar iemands ouders geboren zijn. Daarbij wordt het woord migratieachtergrond niet meer gebruikt. De hoofdindeling westers/niet-westers wordt vervangen door een indeling op basis van werelddelen en veelvoorkomende immigratielanden. Deze indeling wordt geleidelijk ingevoerd in tabellen en publicaties met bevolking naar herkomst.
Voor deze StatLinetabel is besloten dat de indeling naar migratieachtergrond niet meer wordt bijgewerkt vanaf 2023. De nieuwe indeling zal in deze tabel worden opgenomen worden als er voldoende jaren beschikbaar zijn voor een nieuwe reeks. Regionale cijfers naar herkomstland zijn onder meer te vinden in de tabellen 'Bevolking; herkomstland, geboorteland, leeftijd, regio, 1 januari' en 'Kerncijfers wijken en buurten' (vanaf 2023). Koppelingen naar deze tabellen staan in paragraaf 3.


Wijzigingen per 22 november 2024:

Bouwen en wonen
Woningen naar eigendom: de definitieve cijfers van 2024 zijn toegevoegd.

Arbeid
Banen van werknemers: de nader voorlopige cijfers van 2022 en de voorlopige cijfers van 2023 zijn toegevoegd. De cijfers van 2021 zijn definitief geworden.

Verkeer en vervoer
Motorvoertuigen: de definitieve cijfers van 2024 zijn toegevoegd.
Lengte van wegen: de definitieve cijfers van 2024 zijn toegevoegd.

Nabijheid voorzieningen
De voorlopige cijfers van 2023 zijn toegevoegd voor de volgende voorzieningen: huisartsenpraktijk, huisartsenpost, ziekenhuis, onderwijs, oprit hoofdverkeersweg en treinstation.

Lokalisering
De indeling Regionale eenheden van de politie per 1 januari 2024 is toegevoegd.


Wijzigingen per 31 mei 2024:
Correctie: In 2023 is geconstateerd dat de afleiding van huurwoningen in bezit van woningcorporaties voor de jaren 2019 t/m 2022 niet altijd correct is verlopen, waardoor bij enkele gemeenten in specifieke jaren het aantal huurwoningen in bezit van woningcorporaties is onderschat en het aantal huurwoningen in bezit van overige verhuurders is overschat. De cijfers van 2019 t/m 2022 zijn nu gecorrigeerd.

Wijzigingen per 18 december 2023:
Correctie: Vanwege een wijziging in de brondata van de studieschulden zijn bij het onderwerp Vermogen de cijfers van 2019 en 2020 aangepast.


Wanneer komen er nieuwe cijfers?
April 2025.

Toelichting onderwerpen

Bevolking
De geregistreerde bevolking van Nederland.
Bevolkingssamenstelling op 1 januari
Bevolking:
De inwoners van een bepaald gebied.

In de bevolkingsaantallen zijn uitsluitend personen begrepen die zijn opgenomen in het bevolkingsregister van een Nederlandse gemeente. In principe wordt iedereen die voor onbepaalde tijd in Nederland woont, opgenomen in het bevolkingsregister van de woongemeente. Personen die tot de bevolking van Nederland behoren, maar voor wie geen vaste woonplaats valt aan te wijzen, zijn opgenomen in het bevolkingsregister van de gemeente 's-Gravenhage. In de bevolkingsregisters zijn niet opgenomen de in Nederland wonende personen waarvoor uitzonderingsregels gelden met betrekking tot opneming in de bevolkingsregisters (bijvoorbeeld diplomaten en NAVO militairen) en personen die niet legaal in Nederland verblijven.
Totale bevolking
Bevolking op 1 januari.

Bevolking:
De inwoners van een bepaald gebied.

In de bevolkingsaantallen zijn uitsluitend personen begrepen die zijn opgenomen in het bevolkingsregister van een Nederlandse gemeente. In principe wordt iedereen die voor onbepaalde tijd in Nederland woont, opgenomen in het bevolkingsregister van de woongemeente. Personen die tot de bevolking van Nederland behoren, maar voor wie geen vaste woonplaats valt aan te wijzen, zijn opgenomen in het bevolkingsregister van de gemeente 's-Gravenhage. In de bevolkingsregisters zijn niet opgenomen de in Nederland wonende personen waarvoor uitzonderingsregels gelden met betrekking tot opneming in de bevolkingsregisters (bijvoorbeeld diplomaten en NAVO militairen) en personen die niet legaal in Nederland verblijven.
Bouwen en wonen
Woningvoorraad
De gegevens zijn vanaf 2012 gebaseerd op de Basisregistraties Adressen en Gebouwen (BAG).
De woningvoorraadcijfers zijn van 1995 tot en met 2011 gebaseerd op de administratieve woningtelling met peildatum 1-1-1992 en de daarna door de gemeenten aan het CBS gemelde mutaties.

De verandering van de bron van de gegevens (BAG) vanaf 2012 betekent ook een aantal verschillen in definities en classificaties. De belangrijkste zijn:
- Tijdelijke bouwwerken (bouwwerken met een aangeduide instandhoudingtermijn in de verleende bouwvergunning) werden in de woningvoorraadregistratie niet als woonruimte aangemerkt. De BAG kent dit onderscheid niet. Tijdelijke bouwwerken c.q. objecten worden in het vervolg meegeteld in de voorraden.
- Wooneenheden (onzelfstandige woningen), zoals studentenflats, werden in de woningvoorraadregistratie aangemerkt als aparte categorie woonruimten. In de BAG worden ze alleen als woning gezien als ze een eigen adres hebben.
- Recreatiewoningen werden in de woningvoorraadregistratie waargenomen als aparte categorie woonruimten. De recreatiewoningen kunnen in de BAG aangemerkt worden als woning of als niet-woning met een logiesfunctie.
- De bewoningscapaciteit (aantal huisvestingsplaatsen voor permanente bewoning) van bijzondere woongebouwen, zoals verpleeghuizen en gezinsvervangende tehuizen, was in de woningvoorraadregistratie ook een aparte categorie woonruimten. Per adres van het bijzondere woongebouw was de bewoningscapaciteit bekend. In de BAG is informatie over de bewoningscapaciteit niet meer voorhanden. Daarnaast worden bijzondere woongebouwen in de BAG niet altijd aangeduid met een woonfunctie. Net als de recreatiewoningen worden dergelijke objecten dan niet meer meegeteld in de voorraad woningen.
Woningen naar eigendom
Peildatum: 1 januari van het betreffende jaar.

De afleiding van de eigendomssituatie van woningen vindt als volgt plaats:
De eigendomssituatie wordt afgeleid via koppeling op woning en bewoner tussen de registraties Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG), Basisregistratie Personen (BRP) en Inkomens Informatie Systeem (IIS).
In 2012 kon voor 81 procent van de woningvoorraad deze methode voor de eigendomssituatie worden toegepast, in 2015 is dit gestegen naar 93 procent.

Voor de woningen waarbij via deze methode geen eigendom kan worden afgeleid wordt de eigendomssituatie afgeleid via koppeling van de woning aan de Kadasterregistratie
of:
via een door de gemeente toegekend nummer als aanvulling op het Rechtspersonen Samenwerkingsverbanden Informatie Nummer (RSIN)
of:
via het totaal aantal woningen dat een eigenaar met eenzelfde Burgerservicenummer (BSN) of RSIN in zijn bezit heeft.
Als geen van deze methoden kan worden toegepast dan wordt de eigendomssituatie getypeerd als onbekend.

Tot en met verslagjaar 2011 werd de volgende werkwijze gehanteerd:
Na koppeling van de woningen uit het woningregister met de woningen uit de WOZ-registratie (Wet Onroerende Zaken) is op basis van de WOZ-registratie bepaald of de eigenaar van de woning ook de bewoner was. Voor de woningen waarbij de eigenaar niet de bewoner was, is op basis van gegevens uit de GBA (Gemeentelijke Basisadministratie) gekeken of de woningen door iemand anders bewoond werd. Als dat het geval was, zijn deze woningen aangeduid als huurwoningen.
Huurwoningen van woningcorporatie
Huurwoningen in eigendom van 'toegelaten instellingen volkshuisvesting'. Het betreft huurwoningen waarvan is vastgesteld dat de eigenaar een toegelaten instelling is. Het betreft niet het aantal sociale huurwoningen, omdat er alleen is vastgesteld wie de eigenaar is en er niet is gekeken naar de hoogte van de huurprijs.

Huurwoningen: woningen die niet bewoond worden door de eigenaar van de woning of niet in gebruik zijn als tweede woning. Hierbij gaat het om woningen waarvan het aannemelijk is dat de woning bestemd is voor de huurmarkt.
Toegelaten instellingen: woningbouwvereniging, woningstichting, woningcorporatie.
Sociale huurwoningen: woningen met een huur onder de liberalisatiegrens.
Verkeer en vervoer
Motorvoertuigen
Gemotoriseerde voertuigen voor het wegverkeer.
Hieronder vallen personenauto's, bedrijfsmotorvoertuigen (bestelauto's, vrachtauto's, trekkers, speciale voertuigen, bussen), motorfietsen en voertuigen met een bromfietskenteken.
Aanhangers, opleggers, op rails rijdende voertuigen, en fietsen met trapondersteuning vallen niet onder de motorvoertuigen.

De gegevens zijn ontleend aan de Statistiek van de Motorvoertuigen. Deze gegevens zijn gebaseerd op de kentekenregistratie van RDW. Met behulp van deze registratie zijn tellingen gemaakt van alle voertuigen met actuele, houderschapsplichtige kentekens die op 1 januari in het kentekenbestand voorkomen.

Tot en met 2018 werden ook enkele niet-verzekerde voertuigen meegenomen.
Vanaf 2019 zijn de cijfers berekend op basis van een nieuwe verbeterde selectiemethode, waarbij alleen voertuigen zijn meegenomen, die op basis van verzekering, deel mochten nemen aan het verkeer.

De uitkomsten zijn beschikbaar vanaf 2000, voertuigen met een bromfietskenteken vanaf 2007.
Personenauto's particulieren
Personenauto's in bezit bij natuurlijke personen (particulieren). Dit cijfer is exclusief de personenauto's op naam van bedrijven. Hierdoor wordt de vertekening opgeheven die ontstaat door de concentratie van (lease)bedrijven in enkele regio's.
Lengte van wegen
Als uitgangspunt voor lengte van wegen is het Nationale Wegenbestand (NWB) van Rijkswaterstaat gebruikt. Dit is mede gedaan met behulp van de meest recente kaartbladen van Top10NL (voorheen Top10Vector) van van het Kadaster (voorheen Topografische Dienst Kadaster). Voor de indeling naar gemeenten is de gemeentelijke codering van de wegvakken uit het NWB gebruikt. Fiets- en voetpaden zijn uitgesloten.

In verband met het gebruik van nieuwe programmatuur bij de berekening van de cijfers voor de lengte der wegen (toegepast voor de jaren 2018 en later), is er in beperkte mate sprake van trendbreuk tussen de jaren 2017 en 2018.

Het NWB is in samenwerking met de gemeenten, de provincies en Rijkswaterstaat een verbeterslag aan het uitvoeren.
Hierbij zijn in 2021 eerder niet geclassificeerde wegen gewijzigd naar fietspaden.
De fietspaden worden niet meegenomen in de lengteberekening van de autowegen, daarom is er in 2021 een afname in de lengte van de autowegen.

Rijkswegen
Totale lengte van wegen beheerd door het Rijk.
Dit gegeven is beschikbaar vanaf 2001.
Lokalisering
De rubriek 'Lokalisering' bevat de namen en coderingen van een aantal door het CBS onderhouden gebiedsindelingen. Deze indelingen zijn ook opgenomen in de StatLinepublicaties Gebieden in Nederland.

Hiermee kan een gebruiker zelf overzichten maken. Zo kunnen door het samentellen van gemeentelijke cijfers over het aantal personenauto's of eenpersoonshuishoudens uitkomsten worden verkregen voor veiligheidsregio's.
Ook kan zo bijvoorbeeld het aantal banen per arbeidsmarktregio worden berekend.

Optellen van gemeentelijke cijfers tot totalen voor een bepaald gebied is echter niet altijd mogelijk. Voor sommige onderwerpen ontbreken bij een aantal gemeenten cijfers om redenen van statistische betrouwbaarheid, geheimhouding of niet aanwezig zijn van gegevens in het basismateriaal (non-respons).
Lokaliseringen van gemeenten
Dit onderdeel bevat informatie over de relatie tussen de gemeentelijke indeling (het laagste bestuurlijk niveau) en diverse onderverdelingen van het Nederlandse grondgebied op bovengemeentelijk niveau.
Regionale eenheden
RE = Regionale eenheid
De indeling in regionale eenheden is ingevoerd per 1 januari 2013 en berust op de Politiewet 2012. De regionale eenheden zijn onderverdeeld in districten en basisteams.
Code
Codes van de regionale eenheden.
Naam
Namen van de politie regionale eenheden.