Regionale kerncijfers Nederland
Regio's | Perioden | Nabijheid voorzieningen Vrije tijd en cultuur Afstand tot sportterrein (km) | Milieu en bodemgebruik Bodemgebruik Naar functie Oppervlakte Verkeersterrein (ha) | Milieu en bodemgebruik Bodemgebruik Naar functie Oppervlakte Bebouwd terrein (ha) | Milieu en bodemgebruik Bodemgebruik Naar functie Oppervlakte Semi-bebouwd terrein (ha) | Milieu en bodemgebruik Bodemgebruik Naar functie Oppervlakte Recreatieterrein (ha) | Milieu en bodemgebruik Bodemgebruik Naar functie Oppervlakte Agrarisch terrein (ha) | Milieu en bodemgebruik Bodemgebruik Naar functie Oppervlakte Bos en open natuurlijk terrein (ha) | Milieu en bodemgebruik Bodemgebruik Naar functie Percentages Verkeersterrein (% oppervlakte land) | Milieu en bodemgebruik Bodemgebruik Naar functie Percentages Bebouwd terrein (% oppervlakte land) | Milieu en bodemgebruik Bodemgebruik Naar functie Percentages Semi-bebouwd terrein (% oppervlakte land) | Milieu en bodemgebruik Bodemgebruik Naar functie Percentages Recreatieterrein (% oppervlakte land) | Milieu en bodemgebruik Bodemgebruik Naar functie Percentages Agrarisch terrein (% oppervlakte land) | Milieu en bodemgebruik Bodemgebruik Naar functie Percentages Bos en open natuurlijk terrein (% oppervlakte land) | Milieu en bodemgebruik Bodemgebruik Naar functie Per inwoner Verkeersterrein (ha / 1 000 inwoners) | Milieu en bodemgebruik Bodemgebruik Naar functie Per inwoner Bebouwd terrein (ha / 1 000 inwoners) | Milieu en bodemgebruik Bodemgebruik Naar functie Per inwoner Semi-bebouwd terrein (ha / 1 000 inwoners) | Milieu en bodemgebruik Bodemgebruik Naar functie Per inwoner Recreatieterrein (ha / 1 000 inwoners) | Milieu en bodemgebruik Bodemgebruik Naar functie Per inwoner Agrarisch terrein (ha / 1 000 inwoners) | Milieu en bodemgebruik Bodemgebruik Naar functie Per inwoner Bos en open natuurlijk terrein (ha / 1 000 inwoners) |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Nederland | 2024 | |||||||||||||||||||
Noord-Nederland (LD) | 2024 | |||||||||||||||||||
Oost-Nederland (LD) | 2024 | |||||||||||||||||||
West-Nederland (LD) | 2024 | |||||||||||||||||||
Zuid-Nederland (LD) | 2024 | |||||||||||||||||||
Groningen (PV) | 2024 | |||||||||||||||||||
Fryslân (PV) | 2024 | |||||||||||||||||||
Drenthe (PV) | 2024 | |||||||||||||||||||
Overijssel (PV) | 2024 | |||||||||||||||||||
Flevoland (PV) | 2024 | |||||||||||||||||||
Gelderland (PV) | 2024 | |||||||||||||||||||
Utrecht (PV) | 2024 | |||||||||||||||||||
Noord-Holland (PV) | 2024 | |||||||||||||||||||
Zuid-Holland (PV) | 2024 | |||||||||||||||||||
Zeeland (PV) | 2024 | |||||||||||||||||||
Noord-Brabant (PV) | 2024 | |||||||||||||||||||
Limburg (PV) | 2024 | |||||||||||||||||||
Oost-Groningen (CR) | 2024 | |||||||||||||||||||
Delfzijl en omgeving (CR) | 2024 | |||||||||||||||||||
Overig Groningen (CR) | 2024 | |||||||||||||||||||
Noord-Friesland (CR) | 2024 | |||||||||||||||||||
Zuidwest-Friesland (CR) | 2024 | |||||||||||||||||||
Zuidoost-Friesland (CR) | 2024 | |||||||||||||||||||
Noord-Drenthe (CR) | 2024 | |||||||||||||||||||
Zuidoost-Drenthe (CR) | 2024 | |||||||||||||||||||
Zuidwest-Drenthe (CR) | 2024 | |||||||||||||||||||
Noord-Overijssel (CR) | 2024 | |||||||||||||||||||
Zuidwest-Overijssel (CR) | 2024 | |||||||||||||||||||
Twente (CR) | 2024 | |||||||||||||||||||
Veluwe (CR) | 2024 | |||||||||||||||||||
Achterhoek (CR) | 2024 | |||||||||||||||||||
Arnhem/Nijmegen (CR) | 2024 | |||||||||||||||||||
Zuidwest-Gelderland (CR) | 2024 | |||||||||||||||||||
Utrecht (CR) | 2024 | |||||||||||||||||||
Kop van Noord-Holland (CR) | 2024 | |||||||||||||||||||
Alkmaar en omgeving (CR) | 2024 | |||||||||||||||||||
IJmond (CR) | 2024 | |||||||||||||||||||
Agglomeratie Haarlem (CR) | 2024 | |||||||||||||||||||
Zaanstreek (CR) | 2024 | |||||||||||||||||||
Groot-Amsterdam (CR) | 2024 | |||||||||||||||||||
Het Gooi en Vechtstreek (CR) | 2024 | |||||||||||||||||||
Agglomeratie Leiden en Bollenstreek (CR) | 2024 | |||||||||||||||||||
Agglomeratie 's-Gravenhage (CR) | 2024 | |||||||||||||||||||
Delft en Westland (CR) | 2024 | |||||||||||||||||||
Oost-Zuid-Holland (CR) | 2024 | |||||||||||||||||||
Groot-Rijnmond (CR) | 2024 | |||||||||||||||||||
Zuidoost-Zuid-Holland (CR) | 2024 | |||||||||||||||||||
Zeeuwsch-Vlaanderen (CR) | 2024 | |||||||||||||||||||
Overig Zeeland (CR) | 2024 | |||||||||||||||||||
West-Noord-Brabant (CR) | 2024 | |||||||||||||||||||
Midden-Noord-Brabant (CR) | 2024 | |||||||||||||||||||
Noordoost-Noord-Brabant (CR) | 2024 | |||||||||||||||||||
Zuidoost-Noord-Brabant (CR) | 2024 | |||||||||||||||||||
Noord-Limburg (CR) | 2024 | |||||||||||||||||||
Midden-Limburg (CR) | 2024 | |||||||||||||||||||
Zuid-Limburg (CR) | 2024 | |||||||||||||||||||
Flevoland (CR) | 2024 | |||||||||||||||||||
Aa en Hunze | 2024 | |||||||||||||||||||
Aalburg | 2024 | |||||||||||||||||||
Aalsmeer | 2024 | |||||||||||||||||||
Aalten | 2024 | |||||||||||||||||||
Ter Aar | 2024 | |||||||||||||||||||
Aarle-Rixtel | 2024 | |||||||||||||||||||
Abcoude | 2024 | |||||||||||||||||||
Achtkarspelen | 2024 | |||||||||||||||||||
Akersloot | 2024 | |||||||||||||||||||
Alblasserdam | 2024 | |||||||||||||||||||
Albrandswaard | 2024 | |||||||||||||||||||
Alkemade | 2024 | |||||||||||||||||||
Alkmaar | 2024 | |||||||||||||||||||
Almelo | 2024 | |||||||||||||||||||
Almere | 2024 | |||||||||||||||||||
Alphen aan den Rijn | 2024 | |||||||||||||||||||
Alphen en Riel | 2024 | |||||||||||||||||||
Alphen-Chaam | 2024 | |||||||||||||||||||
Altena | 2024 | |||||||||||||||||||
Ambt Delden | 2024 | |||||||||||||||||||
Ambt Montfort | 2024 | |||||||||||||||||||
Ameland | 2024 | |||||||||||||||||||
Amerongen | 2024 | |||||||||||||||||||
Amersfoort | 2024 | |||||||||||||||||||
Ammerzoden | 2024 | |||||||||||||||||||
Amstelveen | 2024 | |||||||||||||||||||
Amsterdam | 2024 | |||||||||||||||||||
Andijk | 2024 | |||||||||||||||||||
Angerlo | 2024 | |||||||||||||||||||
Anloo | 2024 | |||||||||||||||||||
Anna Paulowna | 2024 | |||||||||||||||||||
Apeldoorn | 2024 | |||||||||||||||||||
Appingedam | 2024 | |||||||||||||||||||
Arcen en Velden | 2024 | |||||||||||||||||||
Arnemuiden | 2024 | |||||||||||||||||||
Arnhem | 2024 | |||||||||||||||||||
Assen | 2024 | |||||||||||||||||||
Asten | 2024 | |||||||||||||||||||
Avereest | 2024 | |||||||||||||||||||
Axel | 2024 | |||||||||||||||||||
Baarle-Nassau | 2024 | |||||||||||||||||||
Baarn | 2024 | |||||||||||||||||||
Bakel en Milheeze | 2024 | |||||||||||||||||||
Bron: CBS. |
Tabeltoelichting
In deze tabel zijn voor een groot aantal onderwerpen de belangrijkste statistische gegevens weergegeven voor diverse regionale indelingen.
Gegevens beschikbaar vanaf: 1995.
Status van de cijfers:
De cijfers in deze tabel zijn definitief tenzij is aangegeven in de toelichting bij 'perioden' of 'onderwerp' dat ze voorlopig of nader voorlopig zijn.
Het CBS gaat over op een nieuwe indeling van de bevolking naar herkomst. Voortaan is meer bepalend waar iemand zelf geboren is, naast waar iemands ouders geboren zijn. Daarbij wordt het woord migratieachtergrond niet meer gebruikt. De hoofdindeling westers/niet-westers wordt vervangen door een indeling op basis van werelddelen en veelvoorkomende immigratielanden. Deze indeling wordt geleidelijk ingevoerd in tabellen en publicaties met bevolking naar herkomst.
Voor deze StatLinetabel is besloten dat de indeling naar migratieachtergrond niet meer wordt bijgewerkt vanaf 2023. De nieuwe indeling zal in deze tabel worden opgenomen worden als er voldoende jaren beschikbaar zijn voor een nieuwe reeks. Regionale cijfers naar herkomstland zijn onder meer te vinden in de tabellen 'Bevolking; herkomstland, geboorteland, leeftijd, regio, 1 januari' en 'Kerncijfers wijken en buurten' (vanaf 2023). Koppelingen naar deze tabellen staan in paragraaf 3.
Wijzigingen per 20 september 2024:
Bevolking
Doodsoorzaken: de voorlopige cijfers van 2023 zijn toegevoegd.
Immigratie en emigratie: de definitieve cijfers van 2023 zijn toegevoegd.
Sociale zekerheid
Uitkeringsontvangers: de nader voorlopige cijfers van 2023 zijn toegevoegd.
Nabijheid voorzieningen
De definitieve cijfers voor 2022 zijn herplaatst. Vanaf 2022 is de berekening van de afstanden van adressen naar de (dichtstbijzijnde) voorzieningen verbeterd: de rijrichtingen worden vanaf dan meegenomen bij het bepalen van routes en daarmee afstanden van adressen naar de (dichtstbijzijnde) voorzieningen. In voorgaande jaren gebeurde dit niet of slechts in beperkte mate.
De voorlopige cijfers van 2023 zijn toegevoegd voor de volgende voorzieningen: kinderdagverblijf, grote supermarkt, restaurant, bibliotheek, bioscoop en zwembad.
Milieu en bodemgebruik
Afval van huishoudens: nieuwe nader voorlopige cijfers over 2020, 2021 en 2022 zijn toegevoegd.
Wijzigingen per 31 mei 2024:
Correctie: In 2023 is geconstateerd dat de afleiding van huurwoningen in bezit van woningcorporaties voor de jaren 2019 t/m 2022 niet altijd correct is verlopen, waardoor bij enkele gemeenten in specifieke jaren het aantal huurwoningen in bezit van woningcorporaties is onderschat en het aantal huurwoningen in bezit van overige verhuurders is overschat. De cijfers van 2019 t/m 2022 zijn nu gecorrigeerd.
Wijzigingen per 18 december 2023:
Correctie: Vanwege een wijziging in de brondata van de studieschulden zijn bij het onderwerp Vermogen de cijfers van 2019 en 2020 aangepast.
Wanneer komen er nieuwe cijfers?
November 2024.
Toelichting onderwerpen
- Nabijheid voorzieningen
- - De gemiddelde afstanden voor de inwoners van Nederland van hun woonadres naar de dichtstbijzijnde voorzieningen (bijvoorbeeld school, huisarts of bibliotheek);
- Het aantal voorzieningen dat zich binnen een bepaalde afstand van het woonadres bevindt. Deze gegevens zijn berekend als gemiddelde over alle personen van het gebied.
Voorziening
Een locatie (pand, ruimte, terrein of plek) die bezocht kan worden door personen.
Afstand
De gemiddelde afstand van alle inwoners in een gebied tot de dichtstbijzijnde voorziening, berekend over de (verharde) autoweg.
Inwoner
Persoon behorende tot de bevolking van een bepaald gebied.
Waarnemingsmethode
De afstand tot het (dichtstbijzijnde) bezoekadres van een voorziening wordt per bewoond adres berekend over de verharde (auto)weg. Om de berekeningen te vereenvoudigen wordt de afstand niet exact van het woonadres tot aan het adres van de voorziening berekend, maar wordt elk adres op het dichtstbijzijnde projectiepunt in de eigen straat geprojecteerd. Deze projectiepunten liggen vanaf 2018 om de 100 meter op het wegennetwerk. (Voor 2018 lagen deze projectpunten om de 25 meter op het wegennetwerk.) Als afstand tussen het adres en de voorziening wordt de afstand via de weg tussen de twee geprojecteerde adressen op het wegennetwerk gehanteerd. Verbindingen via het buitenland worden niet meegenomen.
Hierbij wordt rekening gehouden met ongelijkvloerse kruisingen en veerponten. Ook is rekening gehouden met eenrichtingsverkeer op Rijks- en Provinciewegen en in toenemende mate met eenrichtingsverkeer op overige wegen, voor zover door gemeenten aangegeven in het Nationaal Wegen Bestand. Bij de overgang naar nieuwe software zijn de rijrichtingen als restrictie bij het bepalen van de routes voor de verslagjaren 2018 t/m 2021 niet meegenomen. Vanaf verslagjaar 2022 zijn de rijrichtingen (weer) meegenomen in de berekeningen en daarmee afstanden van adressen naar de (dichtstbijzijnde) voorzieningen.
De gemiddelde afstand per gebied tot een voorziening wordt berekend door het gemiddelde te nemen van de berekende afstand van alle adressen in dat gebied. Daarbij wordt het aantal bewoners van elk adres gebruikt als weegfactor, zodat een dichtbevolkte straat zwaarder meetelt in het gemiddelde voor het gebied. De dichtstbijzijnde voorziening hoeft daarbij niet binnen ditzelfde gebied te liggen.
Het gemiddeld aantal voorzieningen binnen een vaste afstand per gebied wordt berekend door het gemiddelde te nemen van de berekende aantallen voorzieningen per persoon, voor alle personen in dat gebied. Hoe meer voorzieningen aanwezig zijn binnen de vaste afstand, des te meer keuze de inwoners van het gebied voor deze voorziening hebben. De vaste afstanden zijn bepaald op 1, 3, 5, 10, 20 of 50 kilometer. Afhankelijk van de dichtheid van voorzieningen worden hieruit de meest relevante afstand gekozen voor publicatie in de tabel.- Vrije tijd en cultuur
- Afstand tot sportterrein
- De gemiddelde afstand berekend over de weg van alle inwoners in een gebied tot het dichtstbijzijnde sportterrein.
Terrein in gebruik voor sportactiviteiten, zoals sportveld, sporthal, zwembad, kunstijsbaan, motorcrossbaan en bos in het sportterrein, inclusief bijbehorende parkeerplaatsen en tribunes. Het terrein heeft een omvang van minimaal 0,5 hectare.
- Milieu en bodemgebruik
- Bodemgebruik
- Naar functie
- Gebruik van de beschikbare ruimte van Nederland en de veranderingen die zich daarin voordoen.
Luchtfoto's zijn vanaf 1989 de primaire bron bij de inventarisatie van het bodemgebruik. Waar nodig worden stadsplattegronden en andere (digitale) informatiebronnen geraadpleegd.
Tot 2000 is de werkwijze als volgt.
De diverse vormen van bodemgebruik worden vastgelegd op een topografische ondergrond, schaal 1 : 10 000, en vervolgens met behulp van een Geografisch Informatie Systeem (GIS) opgeslagen (gedigitaliseerd).
Uiteindelijk worden per gemeente de oppervlakten van de bodemgebruiks- categorieën berekend. Bij volgende inventarisaties kan veelal worden volstaan met het overnemen van de wijzigingen in de toestand van het bodemgebruik.
Alleen waar de topografische ondergrond ingrijpend is gewijzigd vindt vernieuwing daarvan plaats. Vanaf 1996 is voor het eerst gebruik gemaakt van digitale luchtfoto's. Deze digitale luchtfoto's worden op het beeldscherm afgebeeld.
Daar wordt de bodemgebruikskaart van de vorige inventarisatie op geprojecteerd. Vervolgens worden de wijzigingen in het bodemgebruik opgezocht en direct met behulp van de software aangebracht.
Met ingang van het jaar 2000 is de methodiek nogmaals ingrijpend gewijzigd.
Voor dat peiljaar is voor het eerst gebruik gemaakt van de basisgeometrie uit de digitale topografische kaart 1: 10 000, de zogenaamde TOP10Vector, van de Topografische Dienst.
Andere geografische bestanden (buiten de bestanden van het CBS) sluiten ook vaak aan bij de Top10Vector.
Dat maakt de uitwisseling van het Bestand BodemGebruik (BBG) met geografische informatie uit andere bronnen eenvoudiger. De nieuwste topografische gegevens worden ook geautomatiseerd in het BBG verwerkt.
De 37 verschillende vormen van bodemgebruik zijn ondergebracht in zes hoofdgroepen. De totale oppervlakte van deze zes hoofdgroepen kan afwijken van de gepubliceerde totale oppervlakte land omdat dat cijfer namelijk jaren eerder is afgeleid uit een vorig bestand Bodemgebruik.
Het bodemgebruik (BBG) wordt doorgaans vastgesteld over een verslagjaar wat drie tot vier jaar vóór het lopende jaar ligt. Dat komt door de lange productietijd van het BBG. Voor actuele cijfers van het bodemgebruik per gemeente, wordt dan het BBG van een eerder verslagjaar gecombineerd met meer recente gemeentegrenzen.
Bij het gebruik van het BBG van een eerder verslagjaar dan het jaar van de gebruikte gemeentegrenzen, kunnen er verschillen ontstaan in de totalen per regio ten opzichte van de gemeentelijke cijfers van het BBG-jaar zelf. Dit wordt veroorzaakt doordat het CBS met ingang van 1 januari 2011 is overgegaan op het burgerlijke gemeentegrenzenbestand, wat kleine wijzigingen heeft in de gemeentelijke oppervlakte ten opzichte van eerdere jaren.
De verschillen in oppervlakte per gemeente komen voornamelijk voor in gemeenten met landsgrenzen. Hierdoor kan bijvoorbeeld een stukje buitenland worden toegevoegd aan de gemeente, maar ook een stukje van die gemeente als buitenland worden aangemerkt. Bij de combinatie van deze nieuwe gemeentegrenzen met een eerder jaar van het BBG worden daardoor beide stukjes niet meer geteld in het totaal van de gemeente, omdat het BBG het ene stuk als buitenland aangeeft en het andere stuk als niet liggend binnen de gemeentegrens. Dit kan ook gevolgen hebben voor de totalen van bovenliggende regio's zoals COROP, provincies of landsdelen.- Oppervlakte
- Vormen van bodemgebruik in zes hoofdgroepen.
De totale oppervlakte van deze zes hoofdgroepen kan afwijken van de gepubliceerde totale oppervlakte land omdat dat cijfer namelijk jaren eerder is afgeleid uit een vorig bestand Bodemgebruik.- Verkeersterrein
- Terrein in gebruik voor spoor-, weg- en luchtverkeer.
De hoofdgroep Verkeersterrein bevat de groepen:
- Spoorterrein;
- Wegverkeersterrein;
- Vliegveld.
Spoorterrein
Terrein in gebruik voor vervoer en transport per rail.
Tot spoorterrein wordt gerekend:
- spoorweg, tot de voet van de spoordijk, bij een ingesneden baan inclusief de taluds;
- doodlopend zijspoor naar bedrijfsterrein;
- rangeerterrein;
- spoorwegemplacement inclusief stationsgebouwen en bijbehorende parkeerterreinen.
Niet tot spoorterrein wordt gerekend:
- smalspoor, dit wordt gerekend tot de aangrenzende vorm van grondgebruik
Wegverkeersterrein
Terrein in gebruik voor vervoer en transport over het hoofdwegennetwerk.
Tot wegverkeersterrein wordt gerekend:
- wegen die volgens de TOP10NL (voorheen TOP10vector) specificatie de functie van vervoersader hebben. Daarbij betreft het de wegen met gele, oranje, rode of paarse wegkleur op de Top25RASTER.
- groen in aansluitingen van wegen en binnen klaverbladen;
- parkeerplaats;
- busstation;
- benzinestation;
- opslagplaats van onder andere Rijks- en Provinciale Waterstaat voor onderhoud.
Niet tot wegverkeersterrein wordt gerekend:
- ingesloten groen groter dan 1 ha in gebruik als landbouwgrond of bos;
- ingesloten water groter dan 1 ha;
- hoofdweg in aanbouw.
Ondergrens: Geen, moet echter wel deel uitmaken van het wegennetwerk en toegankelijk zijn voor algemeen autoverkeer.
Vliegveld
Terrein in gebruik voor vervoer en transport door de lucht.
Tot vliegveld wordt gerekend:
- Verharde en onverharde start- en rolbanen;
- bijbehorende gebouwen en parkeerterreinen.
Niet tot vliegveld wordt gerekend:
- onverharde grond binnen de omheining van het vliegveld (geen start- of rolbaan);
- bij het vliegveld gelegen terrein(en) met dienstverlenende bedrijven.
Met ingang van BBG2017 worden niet-verharde terreinen (zoals grasland) bij bodemgebruik meegerekend als vliegveld voor zover daar in kader van het vliegen direct functioneel gebruik van gemaakt wordt. Het betreft terreinen die gebruikt worden als start- of landingsbaan of als opstelterrein voor vliegtuigen zoals zweefvliegtuigen en ultralight-vliegtuigen.
- Bebouwd terrein
- Terrein in gebruik voor wonen, werken, winkelen, uitgaan, cultuur en openbare voorzieningen.
De hoofdgroep Bebouwd terrein bevat de groepen:
- Woonterrein;
- Terrein voor detailhandel en horeca;
- Terrein voor openbare voorzieningen;
- Terrein voor sociaal-culturele voorzieningen;
- Bedrijventerrein.
Woonterrein
Terrein dat voornamelijk voor het wonen bestemd is, inclusief primaire woonvoorzieningen.
Tot woonterrein worden gerekend:
- terrein met bestemming wonen;
- primaire voorzieningen als (buurt)winkels, scholen voor kleuter- en basisonderwijs;
- bijkantoren van onder andere banken;
- groenvoorziening kleiner dan 1 hectare;
- straten en parkeerplaatsen;
- erven, tuinen;
- trapveldjes en speelplaatsen;
- woonwagenkamp (exclusief wrakkenopslagplaatsen > 0,1 hectare).
Wanneer woonwijken in bos zijn gelegen, wordt het gehele terrein als woongebied aangemerkt indien er van een stratenpatroon sprake is.
Terrein voor detailhandel en horeca
Terrein in gebruik voor geconcentreerde detailhandel en horeca activiteiten.
Tot terrein voor detailhandel en horeca wordt gerekend:
- winkelcentrum, veelal gelegen in en/of aan voetgangersgebied (ook al wordt daarboven gewoond);
- goederenmarkt;
- terrein met bedrijven in de horecasector;
- bijbehorende parkeerterreinen
Door nieuwe en betere bronnen zijn de cijfers voor deze categorie per 2003 verbeterd. Dit heeft wel gevolgen voor de vergelijkbaarheid in de tijd.
Terrein voor openbare voorzieningen
Terrein in gebruik voor het algemeen nut, zoals gemeentehuizen, politiebureaus en nutsbedrijven.
Tot terrein voor openbare voorziening wordt gerekend:
- ministerie;
- gemeentehuis (stadskantoor), kantoor openbare werken enzovoort;
- grenskantoor (douane enzovoort);
- provinciehuis;
- politiebureau, brandweerkazerne, rechtbank, gevangenis;
- nutsbedrijf (gas, water, elektriciteit, stadsverwarming en centrale antenne-inrichtingen) inclusief het daarbij behorende terrein;
- waterzuiveringsinstallatie en vuilverbrandingsinstallatie, evenals de opslagplaatsen;
- opslagterrein ten behoeve van Rijk, Provincie en Gemeente, met uitzondering van opslagterrein voor het onderhoud van wegen;
- militair object, zoals munitiedepot, kazerne, mobilisatiecomplex, radarpost en schietbaan;
- fort (voormalig)
- bijbehorende parkeerterreinen en bos- of heesterstroken.
Openbare voorzieningen worden in de topografische kaart in de regel met een afrastering afgebakend.
Als begrenzing van een object wordt dan de afrastering aangehouden.
Terrein voor sociaal-culturele voorzieningen
Terrein in gebruik voor sociale en culturele voorzieningen zoals ziekenhuizen, universiteiten en musea.
Tot terrein voor sociaal-culturele voorziening wordt gerekend:
- onderwijsinstelling voor het voortgezet en hoger onderwijs;
- internaat;
- conferentieoord;
- ziekenhuis, sanatorium, verpleeghuis, psychiatrisch ziekenhuis, inrichting voor zwakzinnigen en dergelijke;
- kerk, klooster, museum (ook voor het publiek toegankelijke kastelen), exclusief openluchtmuseum;
- schouwburg, bioscoop, concert- en congresgebouw;
- cultureel centrum;
- wijkgebouw, verenigingsgebouw, jeugdsociëteit;
- sociale werkplaats;
- bijbehorende parkeerplaatsen, tuinen en bos- of heesterstroken.
Sociaal-culturele voorzieningen worden in de topografische kaart soms met een afrastering afgebakend.
Als begrenzing van een object wordt dan de afrastering aangehouden.
Bedrijventerrein
Terrein in gebruik voor nijverheid, handel en zakelijke dienstverlening.
Tot bedrijfsterrein wordt gerekend:
- fabrieksterrein;
- haventerrein;
- veilingterrein;
- tentoonstellingsterrein;
- veemarkt (al dan niet overdekt);
- groothandelscomplex;
- terrein met banken en verzekeringsmaatschappijen en dergelijke;
- bijbehorend opslagterrein en parkeergelegenheid;
- garage (inclusief parkeergarage);
- garage van busmaatschappij;
- kantoorgebouw;
- bijbehorende parkeerterreinen;
Niet tot deze categorie behoren ingesloten braak-, en/of niet bouwrijpe bedrijfsterreinen, deze worden tot bouwterrein gerekend.
- Semi-bebouwd terrein
- Terrein met een zekere mate van verharding dat niet in gebruik is als verkeersterrein of bebouwd terrein.
De hoofdgroep Semi-bebouwd terrein bevat de groepen:
- Stortplaats;
- Wrakkenopslagplaats;
- Begraafplaats;
- Delfstofwinplaats;
- Bouwterrein;
- Semi-verhard overig terrein.
Stortplaats
Terrein voor opslag van afval.
Tot stortplaats wordt gerekend:
- Stortplaats;
- Bijbehorende gebouwen, parkeerterreinen en bos- of heesterstroken.
Wrakkenopslagplaats
Terrein voor de opslag en/of sloop van autowrakken.
Tot wrakkenopslagplaats wordt gerekend:
- terrein voor opslag van autowrakken;
- sloperij;
- bijbehorende gebouwen, parkeerterreinen en bos- of heesterstroken.
Niet tot wrakkenopslagplaats wordt gerekend:
- terrein in gebruik voor de schrootverwerkende industrie.
Ondergrens is 0,1 hectare.
Begraafplaats
Terrein in gebruik voor begraven en cremeren.
Tot begraafplaats wordt gerekend:
- terrein voor het begraven van mensen of dieren;
- crematorium;
- bijbehorende gebouwen, parken, tuinen, parkeerterreinen en bos- of heesterstroken.
Ondergrens is 0,1 hectare.
Delfstofwinplaats
Terrein voor het winnen van grondstoffen uit de bodem.
Tot delfstofwinplaats wordt gerekend:
- Terrein voor diepte- en oppervlakwinning van grondstoffen;
- de tot dat terrein behorende gebouwen, parkeergelegenheden, opslagplaatsen van winningsproducten en afvalstoffen;
- bijbehorende parkeerterreinen.
Tot grondstoffen worden gerekend:
- aardgas;
- aardolie;
- gesteente;
- grind;
- klei;
- leem;
- mergel;
- veen;
- zand;
- zout.
Winplaatsen van aardgas en aardolie zijn op de topografische kaart in de regel met een afrastering afgebakend.
Als begrenzing van een object wordt dan de afrastering aangehouden.
Ondergrens is 0,5 hectare.
Bouwterrein
Terrein in gebruik als bouwlocatie.
Tot bouwterrein wordt gerekend:
- terrein waarop wordt gebouwd of voorbereidende bouwsporen voorkomen;
- braakliggende grond in bedrijfsterrein.
Semi-verhard overig terrein
Overig semi-bebouwd terrein met een zekere mate van verharding.
Tot semi-verhard overig terrein wordt gerekend:
- niet met gras begroeide dijk;
- in zee lopende pier;
- braakliggend terrein voor zover dit niet als bouwterrein kan worden beschouwd;
- niet meer in gebruik zijnde spoorbaan.
Voor aan land vastzittende, in water gelegen pieren en strekdammen geldt een ondergrens van 0,1 hectare.
- Recreatieterrein
- Terrein bestemd voor recreatief gebruik.
De hoofdgroep Recreatieterrein bevat de groepen:
- Park en plantsoen;
- Sportterrein;
- Volkstuin;
- Dagrecreatief terrein;
- Verblijfsrecreatief terrein.
Park en plantsoen
Terrein met groenvoorziening in gebruik voor ontspanning.
Tot park en plantsoen wordt gerekend:
- terrein voor het publiek opengesteld bestaande uit gazons, speel- en ligweiden, paden, bosschages, bloemperken, heesterbeplanting en waterpartijen;
- groenstroken.
Delen van het park die zijn te typeren als bos (ook indien groter dan 1hectare) worden als park of plantsoen geclassificeerd.
Sportterrein
Terrein in gebruik voor sportactiviteiten.
Tot sportterrein wordt gerekend:
- terrein voor veldsport inclusief draf- en rensport, golfterrein;
- zwembad, (kunst)ijsbaan;
- sporthal en manege;
- permanente motorcrossbaan (ook provisorisch ingericht);
- bijbehorende tribunes, parkeerterreinen en bos- of heesterstroken;
- bos voor zover gelegen in het sportterrein.
Ondergrens is 0,5 hectare.
Volkstuin
Terrein voor niet-commerciële sier- en groenteteelt.
Tot volkstuin wordt gerekend:
- in complexen gelegen volkstuinen;
- veelal langgerekte complexen pal langs de spoorwegen;
- schooltuinen;
- bijbehorende parkeerterreinen en bos- of heesterstroken.
Ondergrens is 0,1 hectare.
Dagrecreatief terrein
Terrein in gebruik voor dagrecreatie zoals dierentuinen, openluchtmusea en pretparken.
Tot dagrecreatief terrein wordt gerekend:
- dagcamping;
- dierentuin en safaripark;
- sprookjestuin;
- pretpark;
- openluchtmuseum;
- jachthavens exclusief het water, maar inclusief terrein voor aanverwante bedrijvigheid, met een minimale oppervlakte van 0,1 hectare;
- bijbehorende parkeerterreinen en bos- of heesterstroken.
De volgende terreinen worden eveneens tot deze categorie gerekend als ze geen deel uitmaken van park en plantsoen:
- speeltuinen;
- picknickplaatsen;
- hertenkampen;
- kinderboerderijen;
- midgetgolfterreinen;
- speelweiden.
Ondergrens: Voor jachthavens geldt een ondergrens van 0,1 hectare voor het landgedeelte.
Verblijfsrecreatief terrein
Terrein in gebruik voor een meerdaags recreatief verblijf, zoals camping, bungalowparken en jeugdherbergen.
Tot verblijfsrecreatief terrein wordt gerekend:
- kampeer- en caravanterrein, kampeerboerderij;
- camping;
- terrein met tweede woningen;
- bungalowpark en vakantiehuizen;
- jeugdherberg;
- bijbehorende parkeerterreinen en bos- of heesterstroken.
Verblijfsrecreatieve terreinen worden in de topografische kaart soms met een afrastering afgebakend.
Als begrenzing van een object wordt dan de afrastering aangehouden.
- Agrarisch terrein
- Terrein bestemd voor agrarisch gebruik.
De hoofdgroep Agrarisch terrein bevat de groepen:
- Terrein voor glastuinbouw;
- Overig agrarisch terrein.
Terrein voor glastuinbouw
Terrein in gebruik voor agrarische bedrijfsvoering onder staand glas.
Tot terrein voor glastuinbouw wordt gerekend:
- terrein in gebruik voor de teelt van gewassen onder staand glas;
- in- en aanliggende waterbassins.
Overig agrarisch terrein
Agrarisch terrein niet in gebruik voor glastuinbouw, zoals grasland, tuinland, bouwland of boomgaard.
Tot overig agrarisch terrein wordt gerekend:
- grasland (hooi- en weiland) inclusief de met gras begroeide dijken en uiterwaarden;
- terrein bestemd voor veehouderij;
- hoogstam- zowel als laagstamboomgaard, inclusief onderteelt, verzorgingspaden en windsingels;
- terrein beteeld met akkerbouw- en tuinbouwgewassen;
- terrein in gebruik voor de teelt van kleinfruit;
- verspreide bebouwing met bijbehorende erven en tuinen, voor zover die te midden van of langs een terrein voor landbouwactiviteiten liggen;
- natuurlijk grasland.
- Bos en open natuurlijk terrein
- Terrein in gebruik als bos of open natuurlijk terrein.
De hoofdgroep Bos en open natuurlijk terrein bevat de groepen:
- Bos;
- Open droog natuurlijk terrein;
- Open nat natuurlijk terrein.
Bos
Terrein begroeid met bomen bestemd voor houtproductie en/of natuurbeheer.
Tot bos wordt gerekend:
- terrein zodanig begroeid met bomen, dat de kruinen een min of meer gesloten geheel vormen dan wel zullen gaan vormen;
- kapvlakte;
- brandgang;
- bospad;
- boomkwekerij;
- houtopslagplaats;
- verspreide bebouwing, voor zover die in het bos ligt;
- populierenweide.
Niet tot bos worden gerekend:
- beboste delen van parken;
- niet in het bos gelegen boomkwekerijen;
- woongebieden (met stratenpatroon) en terreinen voor verblijfsrecreatie die in bos gelegen zijn.
Voor bossen wordt een minimale breedte van 25 meter gehanteerd. Smallere uitlopers worden meegerekend als bos mits het aangrenzende bos zonder die uitlopers minimaal 1 hectare groot is.
Open droog natuurlijk terrein
Open terrein met een droge ondergrond, met als belangrijkste functie natuur.
Tot open droog natuurlijk terrein wordt gerekend:
- droog heideterrein;
- met grasachtig gewas begroeid natuurlijk terrein (niet voor agrarisch gebruik);
- duin;
- zandverstuiving;
- zandplaat;
- strand.
Open nat natuurlijk terrein
Open terrein met een natte ondergrond met als belangrijkste functie natuur.
Tot open nat natuurlijk terrein wordt gerekend:
- nat heideterrein;
- riet en biezen (ook indien in cultuur);
- kwelder, schor of gors (bij gemiddeld hoogwater niet onderlopend);
- drooggevallen grond, mits onbegroeid;
- blauwgrasland.
Niet tot open nat natuurlijk terrein wordt gerekend:
- griend;
- nat bos.
- Percentages
- Verkeersterrein
- Bebouwd terrein
- Semi-bebouwd terrein
- Recreatieterrein
- Agrarisch terrein
- Bos en open natuurlijk terrein
- Per inwoner
- Verkeersterrein
- Bebouwd terrein
- Semi-bebouwd terrein
- Recreatieterrein
- Agrarisch terrein
- Bos en open natuurlijk terrein