Particuliere huishoudens naar samenstelling en grootte, 1 januari

Particuliere huishoudens naar samenstelling en grootte, 1 januari

Leeftijd referentiepersoon Perioden Particuliere huishoudens: samenstelling Totaal particuliere huishoudens (aantal) Particuliere huishoudens: samenstelling Eenpersoonshuishouden (aantal) Particuliere huishoudens: samenstelling Meerpersoonshuishouden Meerpersoonshuishoudens zonder kinderen (aantal) Particuliere huishoudens: samenstelling Meerpersoonshuishouden Meerpersoonshuishoudens met kinderen (aantal) Particuliere huishoudens: grootte Meerpersoonshuishouden 2 personen (aantal) Particuliere huishoudens: grootte Meerpersoonshuishouden 3 personen (aantal) Particuliere huishoudens: grootte Meerpersoonshuishouden 4 personen (aantal) Particuliere huishoudens: grootte Meerpersoonshuishouden 5 of meer personen (aantal)
15 jaar 2024 354 133 220 1 172 33 5 11
16 jaar 2024 1.730 1.488 228 14 190 42 7 3
17 jaar 2024 4.513 4.104 358 51 331 59 6 13
18 jaar 2024 19.954 18.888 939 127 908 119 19 20
19 jaar 2024 39.354 36.774 2.292 288 2.254 249 41 36
20 jaar 2024 54.370 49.665 4.167 538 4.131 446 71 57
21 jaar 2024 64.463 56.986 6.435 1.042 6.342 853 166 116
22 jaar 2024 73.759 62.617 9.319 1.823 9.356 1.311 282 193
23 jaar 2024 85.781 68.715 14.044 3.022 14.100 2.165 502 299
24 jaar 2024 93.356 69.629 19.471 4.256 19.599 2.947 775 406
25 jaar 2024 103.002 70.876 25.955 6.171 26.362 4.076 1.147 541
26 jaar 2024 109.626 69.249 31.581 8.796 32.224 5.612 1.835 706
27 jaar 2024 116.900 67.846 36.801 12.253 37.861 7.487 2.725 981
28 jaar 2024 123.270 65.790 40.395 17.085 41.949 10.019 4.071 1.441
29 jaar 2024 130.825 64.519 42.697 23.609 44.672 13.463 6.138 2.033
30 jaar 2024 132.989 60.950 41.363 30.676 43.835 16.781 8.527 2.896
31 jaar 2024 135.443 57.246 39.099 39.098 42.190 20.193 11.958 3.856
32 jaar 2024 138.299 54.592 35.668 48.039 39.240 23.289 15.942 5.236
33 jaar 2024 139.651 51.219 31.896 56.536 36.115 25.014 20.404 6.899
34 jaar 2024 135.536 46.766 27.236 61.534 31.884 24.507 23.884 8.495
35 jaar 2024 134.187 43.202 23.759 67.226 28.688 24.666 27.408 10.223
36 jaar 2024 133.824 40.721 20.480 72.623 25.931 24.122 30.528 12.522
37 jaar 2024 133.301 38.888 17.601 76.812 23.637 23.275 33.146 14.355
38 jaar 2024 130.703 37.043 15.992 77.668 22.300 21.837 34.075 15.448
39 jaar 2024 129.222 35.811 14.217 79.194 20.765 20.995 35.275 16.376
40 jaar 2024 125.705 34.064 12.794 78.847 19.681 19.881 34.815 17.264
41 jaar 2024 126.057 33.644 12.131 80.282 19.231 19.731 35.490 17.961
42 jaar 2024 127.632 33.212 11.646 82.774 19.556 19.723 36.620 18.521
43 jaar 2024 129.788 33.274 11.767 84.747 20.117 19.853 37.278 19.266
44 jaar 2024 125.843 32.787 11.111 81.945 19.496 19.255 35.921 18.384
45 jaar 2024 125.823 32.368 11.305 82.150 20.074 19.565 35.701 18.115
46 jaar 2024 124.335 32.064 11.391 80.880 20.419 19.227 35.160 17.465
47 jaar 2024 125.548 32.566 11.914 81.068 21.173 19.705 34.853 17.251
48 jaar 2024 126.516 33.184 12.600 80.732 22.280 20.477 33.938 16.637
49 jaar 2024 131.634 34.927 13.625 83.082 23.840 21.800 34.684 16.383
50 jaar 2024 136.068 35.912 15.097 85.059 26.161 23.599 34.610 15.786
51 jaar 2024 146.565 39.448 17.734 89.383 29.672 26.830 35.486 15.129
52 jaar 2024 153.882 41.732 20.850 91.300 33.152 29.579 35.061 14.358
53 jaar 2024 159.591 44.238 24.071 91.282 36.564 31.493 34.022 13.274
54 jaar 2024 163.031 46.122 27.969 88.940 40.580 32.805 31.824 11.700
55 jaar 2024 156.070 44.851 30.311 80.908 41.920 31.868 27.672 9.759
56 jaar 2024 153.971 45.719 34.228 74.024 44.703 31.411 24.010 8.128
57 jaar 2024 154.437 46.957 38.923 68.557 48.819 30.513 21.051 7.097
58 jaar 2024 156.564 49.029 44.178 63.357 53.450 30.365 17.980 5.740
59 jaar 2024 158.793 50.985 50.398 57.410 58.904 28.667 15.330 4.907
60 jaar 2024 155.459 51.213 54.406 49.840 61.811 26.111 12.467 3.857
61 jaar 2024 152.347 51.515 58.156 42.676 64.443 23.382 10.023 2.984
62 jaar 2024 150.039 51.422 61.798 36.819 67.387 20.919 7.948 2.363
63 jaar 2024 145.644 50.757 63.794 31.093 68.588 18.020 6.308 1.971
64 jaar 2024 143.284 51.074 65.995 26.215 70.205 15.567 4.995 1.443
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel bevat informatie over de huishoudens in Nederland naar grootte en samenstelling naar leeftijd van de referentiepersoon, 1 januari.

Inhoud tabel:
Particuliere huishoudens naar leeftijd van de referentiepersoon en samenstelling;
Particuliere huishoudens naar leeftijd van de referentiepersoon en grootte.

Gegevens beschikbaar vanaf: 1995

Status van de cijfers:
Alle in de tabel opgenomen cijfers zijn definitief.

Wijzigingen 22 mei 2024:
De cijfers per 1 januari 2024 zijn toegevoegd.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
In het derde kwartaal van 2025 worden de cijfers per 1 januari 2025 toegevoegd.

Toelichting onderwerpen

Particuliere huishoudens: samenstelling
Particulier huishouden:
Eén of meer personen die samen een woonruimte bewonen en zichzelf, dus niet-bedrijfsmatig, voorzien in de dagelijkse levensbehoeften.

Trendbreuk (personen in) particuliere huishoudens
Door de verbeterde waarneming van personen in institutionele huishoudens treedt vanaf 2014 een trendbreuk op in de ontwikkeling van het aantal eenpersoonshuishoudens/alleenstaanden. Circa 35 duizend personen die eerst voornamelijk als alleenstaanden getypeerd waren, verschuiven nu naar de institutionele huishoudens. Het aantal alleenstaanden steeg daardoor van 2013 op 2014 met maar duizend personen. Van 2012 op 2013 was die stijging nog 41 duizend personen. Ook de totale stijging van het aantal huishoudens liep als gevolg hiervan terug van 57 duizend van 2012 op 2013 naar 21 duizend van 2013 op 2014.
Vanaf 2011 is er voor de samenstelling van huishoudensgegevens gebruik gemaakt van een nieuwe productiemethode. In deze nieuwe methode worden voor het bepalen van de huishoudenssamenstelling naast de gegevens uit het gemeentelijke bevolkingsregister ook belastingdienstgegevens over samenwonende paren gebruikt. De uitkomsten op basis van de nieuwe methode sluiten goed aan op de voorgaande uitkomsten, maar er treden vanaf 2011 wel kleine verschuivingen op in het aantal huishoudens naar samenstelling. De grootste verandering betreft het aantal overige huishoudens en de niet-gehuwde paren. In 2011 valt het aantal overige huishoudens 10 duizend lager uit dan in 2010. Het aantal niet gehuwde paren valt navenant hoger uit.

Samenstelling huishouden:
Typering van een particulier huishouden op basis van de onderlinge relaties van de personen binnen het huishouden.
Totaal particuliere huishoudens
Eenpersoonshuishouden
Een particulier huishouden bestaande uit één persoon.
Meerpersoonshuishouden
Een particulier huishouden bestaande uit twee of meer personen.
Meerpersoonshuishoudens zonder kinderen
Meerpersoonshuishouden zonder thuiswonende kinderen.

Thuiswonend kind:
Persoon ongeacht leeftijd of burgerlijke staat die een kind-ouderrelatie heeft met één of twee tot het huishouden behorende ouders.
Adoptie- en stiefkinderen in het huishouden worden wel gezien als thuiswonende kinderen, maar pleegkinderen niet.

Meerpersoonshuishoudens met kinderen
Meerpersoonshuishouden met thuiswonende kinderen.

Thuiswonend kind:
Persoon ongeacht leeftijd of burgerlijke staat die een kind-ouderrelatie heeft met één of twee tot het huishouden behorende ouders.
Adoptie- en stiefkinderen in het huishouden worden wel gezien als thuiswonende kinderen, maar pleegkinderen niet.

Particuliere huishoudens: grootte
Particulier huishouden:
Eén of meer personen die samen een woonruimte bewonen en zichzelf, dus niet-bedrijfsmatig, voorzien in de dagelijkse levensbehoeften.

Trendbreuk (personen in) particuliere huishoudens
Door de verbeterde waarneming van personen in institutionele huishoudens treedt vanaf 2014 een trendbreuk op in de ontwikkeling van het aantal eenpersoonshuishoudens/alleenstaanden. Circa 35 duizend personen die eerst voornamelijk als alleenstaanden getypeerd waren, verschuiven nu naar de institutionele huishoudens. Het aantal alleenstaanden steeg daardoor van 2013 op 2014 met maar duizend personen. Van 2012 op 2013 was die stijging nog 41 duizend personen. Ook de totale stijging van het aantal huishoudens liep als gevolg hiervan terug van 57 duizend van 2012 op 2013 naar 21 duizend van 2013 op 2014.
Vanaf 2011 is er voor de samenstelling van huishoudensgegevens gebruik gemaakt van een nieuwe productiemethode. In deze nieuwe methode worden voor het bepalen van de huishoudenssamenstelling naast de gegevens uit het gemeentelijke bevolkingsregister ook belastingdienstgegevens over samenwonende paren gebruikt. De uitkomsten op basis van de nieuwe methode sluiten goed aan op de voorgaande uitkomsten, maar er treden vanaf 2011 wel kleine verschuivingen op in het aantal huishoudens naar samenstelling. De grootste verandering betreft het aantal overige huishoudens en de niet-gehuwde paren. In 2011 valt het aantal overige huishoudens 10 duizend lager uit dan in 2010. Het aantal niet gehuwde paren valt navenant hoger uit.

Huishoudensgrootte:
Aantal personen dat deel uitmaakt van het particulier huishouden.
Meerpersoonshuishouden
Een particulier huishouden bestaande uit twee of meer personen.
2 personen
3 personen
4 personen
5 of meer personen