Inkomens- en vermogensrekeningen; sectorgegevens, 1988-2011
Verklaring van tekens
Tabeltoelichting
Deze tabel bevat de gegevens van het rekeningenstelsel in de vorm van sectortabellen. Deze gegevens zijn bedoeld om voor (sub) sectoren een gedetailleerd en overzichtelijk beeld te geven van de totale beschikbare middelen en bestedingen (inclusief de financiële middelen en bestedingen). De saldi zijn terug te vinden in de rubriek macro-
economische saldi.
Bij de overheid zijn ook gegevens opgenomen waarin de onderlinge transacties zijn geconsolideerd, waardoor de werkelijke inkomsten en uitgaven van de overheid tot uitdrukking komen.
Bovendien geeft deze serie een overzicht van alle economische deelprocessen zoals productie, inkomensverdeling en financiering. Op deze wijze krijgt men een beschrijving van de rol die elke sector speelt, bijvoorbeeld de overheid bij inkomensverdeling en kredietinstellingen bij financiering. Vervolgens ziet men de omvang en samenhang van de
verschillende economische activiteiten en hun relatie met de rest van de economie en het buitenland.
In 2005 zijn de nationale rekeningen herzien aan de hand van conceptuele wijzigingen op de internationale richtlijnen van de Europese Unie (ESR 1995). Bovendien zijn nieuwe statistische inzichten en nieuwe bronnen in deze revisie 2001 verwerkt.
De hierboven genoemde macro-economische variabelen worden voornamelijk in waarde in werkelijke prijzen weergegeven, uitgedrukt in miljoenen euro.
Frequentie: Stopgezet
Gegevens beschikbaar vanaf: 1988
Status van de cijfers:
De cijfers vanaf 1988 zijn definitief. De twee meest recente jaren hebben
nog een (nader) voorlopig karakter.
Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Deze tabel is stopgezet per 09-10-2012 en vervangen door de tabel Lopende transacties naar sectoren.
Toelichting onderwerpen
- Productie, inkomensverd. en financiering
- Overzicht van middelen en bestedingen die voortkomen uit de productie van
goederen en diensten, de inkomensverdeling en kapitaaloverdrachten.- Verandering van schulden
- Veranderingen in diverse type van schulden aan andere sectoren en het
buitenland.- Totale verandering van schulden
- Veranderingen in diverse type van schulden aan andere sectoren en het
buitenland.
- Monetair goud en bijz. trekkingsrechten
- Monetair goud en bijzondere trekkingsrechten.
Monetair goud omvat al het goud dat niet voor industriële doeleinden is
bestemd en niet in de vorm van kostbaarheden wordt aangehouden. Monetair
goud komt alleen voor bij De Nederlandsche Bank (DNB), en wordt beschouwd
als een schuld van het buitenland.
De bijzondere trekkingsrechten (SDR's) zijn de door het Internationale
Monetaire Fonds (IMF) gecreëerde internationale deviezenreserves. Zij zijn
als vordering opgenomen bij DNB.
- Chartaal geld
- Alle bankbiljetten en munten in omloop. Als schuld komt deze transactie
uitsluitend voor bij de centrale overheid (muntuitgifte), de monetaire
financiële instellingen (De Nederlandsche Bank, in omloop gebrachte
bankbiljetten) en het buitenland (vreemde valuta). Het tegoed op de
chippers en dergelijke maakt geen onderdeel uit van het chartale geld.
- Girale deposito's
- Alle rekeningcourant tegoeden (zowel in euro's als in vreemde valuta) bij
banken, waarover door middel van cheques, overschrijving of op andere
wijze (tegoed op chippers) onmiddellijk en volledig kan worden beschikt.
Als schuld komt deze post uitsluitend voor bij de monetaire financiële
instellingen en het buitenland.
- Spaartegoeden (in euro's)
- Deze spaartegoeden omvatten alle tegoeden in euro's van particulieren bij
banken in de vorm van gewone spaarrekeningen, termijnspaarrekeningen,
premiespaarrekeningen en termijndeposito's.
- Overige deposito's
- Alle deposito's (in euro's en in vreemde valuta) bij binnen- en
buitenlandse banken waarover niet onmiddellijk en volledig kan worden
beschikt. Als schuld komt deze transactie uitsluitend voor bij de
monetaire financiële instellingen en het buitenland.
- Kortlopende waardepapieren
- Alle waardepapieren met een looptijd tot maximaal een jaar, waarvan de
verkoopprijs vantevoren is vastgesteld. In deze prijs is meestal de door
de schuldenaar te betalen rente al verrekend.
De waardepapieren kunnen op of vanaf een bij uitgifte vastgestelde datum
in geld worden omgezet. Deze transactie omvat schatkistpapier ten laste
van zowel de Nederlandse overheid als van buitenlandse overheden,
spaarbewijzen aan toonder en verhandelbare depositocertificaten,
uitgegeven door ingezeten en niet-ingezeten banken.
- Obligaties
- Alle verhandelbare waardepapieren met een looptijd van minimaal een jaar.
De waarde van deze waardepapieren wordt over het algemeen op de beurs
bepaald, de rente wordt meestal door middel van coupons betaalbaar
gesteld. Tot de obligaties horen ook pandbrieven, door banken geëmitteerde
'notes' en converteerbare obligaties (zolang deze niet in aandelen zijn
omgezet).
- Kortlopende leningen
- Alle kredieten waarvan de afgesproken looptijd doorgaans korter is dan een
jaar, behalve deposito's. Hieronder vallen onder meer kortlopende leningen
bij financiële instellingen, kortlopend consumptief krediet,
rekeningcourant verhoudingen (uitgezonderd giraal geld), wissels en
schuldbekentenissen.
- Langlopende leningen
- Alle kredieten met een afgesproken looptijd van minimaal een jaar, behalve
deposito's. Het gaat hierbij met name om langlopende leningen op
schuldbekentenis (voornamelijk aangegaan bij institutionele beleggers),
hypothecaire leningen en langlopend consumptief krediet.
- Aandelen en overige deelnemingen
- Alle vorderingen die een gehele of gedeeltelijke aanspraak verlenen op de
eventuele winst en het eventuele nettovermogen bij liquidatie. Hiertoe
wordt ook de waarde van de investeringen door de overheid in de
overheidsbedrijven gerekend.
- Overige verzekeringstech. voorzieningen
- Overige verzekeringstechnische voorzieningen.
Bedragen die huishoudens tegoed hebben van verzekeringsinstellingen en
pensioenfondsen. Dit komt door:
- vooruitbetaalde premies, dit zijn premies die al zijn betaald, maar die
betrekking hebben op de volgende periode;
- voorzieningen voor openstaande aanspraken, dat wil zeggen de aanspraken
die zich in de verslagperiode hebben voorgedaan maar die nog niet zijn
afgewikkeld.
- Handelskred. en transit. posten
- Handelskredieten en transitorische posten.
De transacties in het rekeningenstelsel worden in de meeste gevallen
geregistreerd op een moment dat niet samenvalt met het moment waarop ze
financieel worden afgewikkeld. Uit dit tijdverschil vloeien vorderingen en
schulden voort die onder deze transactie worden verantwoord. Zo worden
verkopen geregistreerd op het moment van levering. Op dat moment ontstaat
een vordering van de leverancier op de afnemer (leverancierskrediet) die
pas teniet wordt gedaan op het moment dat de afnemer tot betaling
overgaat. Andere componenten van deze transactie zijn: vooruitbetalingen
op leveringen (afnemerskrediet) en te betalen of te ontvangen lonen, rente
en premies.