Inkomens- en vermogensrekeningen; sectorgegevens, 1988-2011

Inkomens- en vermogensrekeningen; sectorgegevens, 1988-2011

Sectoren Perioden Kerncijfers Bevolking en arbeid Gemiddelde bevolking (x 1 000) Kerncijfers Bevolking en arbeid Gemiddeld aantal huishoudens (x 1 000) Kerncijfers Bevolking en arbeid Arbeidsvol. werkz. pers. (1000 arb.jrn.) (1000 arbeidsjaren) Kerncijfers Bevolking en arbeid Arbeidsvolume werknemers (1000 arb.jrn.) (1000 arbeidsjaren)
Totale economie 2011* 16.691 7.492 6.752,3 5.909,1
Buitenland 2011*
Niet-financiële vennootschappen 2011* 4.100,0
Financiële instellingen 2011* 209,0
···Monetaire financiële instellingen 2011* 99,6
···Verzekeringsinst. en pensioenfondsen 2011* 49,9
···Overige financiële instellingen 2011* 59,5
Overheid (geconsolideerd) 2011* 1.082,2
Overheid (niet geconsolideerd) 2011* 1.082,2
···Centrale overheid 2011* 252,7
···Lokale overheid 2011* 802,1
···Wettelijke sociale verzekeringsinst. 2011* 27,4
Huishoudens 2011* 16.691 7.492 459,1
Inst. zonder winstoogmerk t.b.v. Huish. 2011* 58,9
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel bevat de gegevens van het rekeningenstelsel in de vorm van sectortabellen. Deze gegevens zijn bedoeld om voor (sub) sectoren een gedetailleerd en overzichtelijk beeld te geven van de totale beschikbare middelen en bestedingen (inclusief de financiële middelen en bestedingen). De saldi zijn terug te vinden in de rubriek macro-
economische saldi.

Bij de overheid zijn ook gegevens opgenomen waarin de onderlinge transacties zijn geconsolideerd, waardoor de werkelijke inkomsten en uitgaven van de overheid tot uitdrukking komen.

Bovendien geeft deze serie een overzicht van alle economische deelprocessen zoals productie, inkomensverdeling en financiering. Op deze wijze krijgt men een beschrijving van de rol die elke sector speelt, bijvoorbeeld de overheid bij inkomensverdeling en kredietinstellingen bij financiering. Vervolgens ziet men de omvang en samenhang van de
verschillende economische activiteiten en hun relatie met de rest van de economie en het buitenland.

In 2005 zijn de nationale rekeningen herzien aan de hand van conceptuele wijzigingen op de internationale richtlijnen van de Europese Unie (ESR 1995). Bovendien zijn nieuwe statistische inzichten en nieuwe bronnen in deze revisie 2001 verwerkt.

De hierboven genoemde macro-economische variabelen worden voornamelijk in waarde in werkelijke prijzen weergegeven, uitgedrukt in miljoenen euro.

Frequentie: Stopgezet

Gegevens beschikbaar vanaf: 1988

Status van de cijfers:
De cijfers vanaf 1988 zijn definitief. De twee meest recente jaren hebben
nog een (nader) voorlopig karakter.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Deze tabel is stopgezet per 09-10-2012 en vervangen door de tabel Lopende transacties naar sectoren.

Toelichting onderwerpen

Kerncijfers
Cijfers die de belangrijkste ontwikkelingen uit de nationale rekeningen
weergeven.
Bevolking en arbeid
Bevolking: Alle personen van eigen of vreemde nationaliteit die duurzaam
in het land gevestigd zijn, ook al verblijven ze tijdelijk in een ander
land.
Arbeid: De inzet van menselijke capaciteit voor het produceren van
goederen en diensten.
Gemiddelde bevolking
De som van de 12 maandelijkse begin- en eindstanden van de bevolking
gedeeld door 24.
De cijfers zijn gebaseerd op informatie die het Centraal Bureau voor de
Statistiek (CBS) ontvangt uit de Gemeentelijke Basisadministratie
persoonsgegevens (GBA).
Gemiddeld aantal huishoudens
Gemiddelde van het aantal huishoudens per 1 januari van twee opeenvolgende
jaren.
De gegevens voor de gemiddelde aantal huishoudens zijn tot en met 1994
gebaseerd op gegevens afkomstig uit de Enquête Beroepsbevolking (EBB).
Vanaf 1995 zijn de particuliere huishoudens afkomstig uit de vernieuwde
Huishoudensstatistiek.
Deze aantallen zijn gebaseerd op integrale gegevens afkomstig uit de
Gemeentelijke Basisadministratie persoonsgegevens (GBA) aangevuld met
informatie afkomstig uit de Enquête Beroepsbevolking (EBB),
die gegevens bevat over personen en huishoudens op adressen.
Arbeidsvol. werkz. pers. (1000 arb.jrn.)
Arbeidsvolume van werkzame personen (1 000 arbeidsjaren).
De hoeveelheid arbeid die in een bepaalde periode is ingezet. Het
arbeidsvolume kan worden uitgedrukt in banen, arbeidsjaren of gewerkte
uren. Werkzame personen zijn alle personen die een baan hebben bij een in
Nederland gevestigd bedrijf of bij een particulier huishouden in
Nederland. Tot de werkzame personen behoren alle personen die betaalde
arbeid verrichten, ook al is het maar voor één of enkele uren per week,
ook als zij arbeid verrichten die op zichzelf genomen legaal is, maar
waarvan de beloning aan de registratie door fiscus en sociale
zekerheidsautoriteiten wordt onttrokken ('zwarte arbeid'); of tijdelijk
geen arbeid verrichten maar wel doorbetaald krijgen (bijvoorbeeld bij
ziekte of vorstverlet); of als zij tijdelijk onbetaald verlof hebben
opgenomen. Werkzame personen kunnen worden onderscheiden in werknemers en
zelfstandigen. Werknemers zijn personen die in een bepaalde periode arbeid
verrichten voor loon of salaris, in geld of in natura. Zelfstandigen zijn
personen die een inkomen ontvangen door voor eigen rekening of risico
arbeid te verrichten in het bedrijf of het beroep dat zij zelfstandig
uitoefenen. Ook meewerkende gezinsleden worden tot zelfstandigen gerekend,
tenzij zij een arbeidsovereenkomst zijn aangegaan.
Arbeidsvolume werknemers (1000 arb.jrn.)
Arbeidsvolume van werknemers (1 000 arbeidsjaren).
De hoeveelheid arbeid uitgevoerd door werknemers die in een bepaalde
periode is ingezet. Het arbeidsvolume kan worden uitgedrukt in banen,
arbeidsjaren of gewerkte uren. Werknemers zijn personen die in een
bepaalde periode arbeid verrichten voor loon of salaris, in geld of in
natura.