Kwartaalrekeningen; waarden 1987 - kw1 2011

Kwartaalrekeningen; waarden 1987 - kw1 2011

Soort gegevens Perioden Bestedingsbenadering van het BBP Beschikbaar voor finale bestedingen Bruto binnenlands product (marktprijzen) (mln euro) Bestedingsbenadering van het BBP Beschikbaar voor finale bestedingen Invoer goederen en diensten (f.o.b.) (mln euro) Bestedingsbenadering van het BBP Finale bestedingen Nationale finale bestedingen Consumptieve bestedingen Consumptieve bestedingen totaal (mln euro) Bestedingsbenadering van het BBP Finale bestedingen Nationale finale bestedingen Consumptieve bestedingen Consumptie huishoudens incl. IZWh (mln euro) Bestedingsbenadering van het BBP Finale bestedingen Nationale finale bestedingen Consumptieve bestedingen Consumptie overheid (mln euro) Bestedingsbenadering van het BBP Finale bestedingen Nationale finale bestedingen Bruto investeringen in vaste activa Investeringen in vaste activa totaal (mln euro) Bestedingsbenadering van het BBP Finale bestedingen Nationale finale bestedingen Bruto investeringen in vaste activa Investeringen door bedrijven (mln euro) Bestedingsbenadering van het BBP Finale bestedingen Nationale finale bestedingen Bruto investeringen in vaste activa Investeringen door overheid (mln euro) Bestedingsbenadering van het BBP Finale bestedingen Nationale finale bestedingen Verandering in voorraden (mln euro) Bestedingsbenadering van het BBP Finale bestedingen Uitvoer goederen en diensten f.o.b. (mln euro)
Prijsniveau 2000, mln euro 2008** 488.543 373.601 345.776 226.192 119.110 104.930 87.233 17.698 1.377 410.470
Prijsniveau 2000, mln euro 2009 1e kwartaal* 115.506 85.084 83.998 54.975 28.894 23.559 18.880 4.690 288 92.786
Prijsniveau 2000, mln euro 2009 2e kwartaal* 117.618 81.571 87.527 54.970 32.346 24.491 19.654 4.832 -3.014 90.250
Prijsniveau 2000, mln euro 2009 3e kwartaal* 114.756 85.552 85.543 55.390 29.924 21.007 16.533 4.475 -1.153 95.064
Prijsniveau 2000, mln euro 2009 4e kwartaal* 121.544 89.699 87.927 55.293 32.402 22.531 17.790 4.728 703 99.940
Prijsniveau 2000, mln euro 2009* 469.416 341.882 344.989 220.632 123.561 91.627 72.889 18.724 -3.176 377.999
Prijsniveau 2000, mln euro 2010 1e kwartaal* 116.086 91.132 84.164 54.588 29.405 20.804 16.456 4.364 1.171 101.446
Prijsniveau 2000, mln euro 2010 2e kwartaal* 120.240 92.924 88.177 55.068 32.866 23.475 18.774 4.697 495 101.133
Prijsniveau 2000, mln euro 2010 3e kwartaal* 116.829 94.767 86.385 55.728 30.406 20.265 15.958 4.308 -248 105.537
Prijsniveau 2000, mln euro 2010 4e kwartaal* 124.565 98.912 88.975 56.029 32.718 22.686 17.929 4.743 745 111.050
Prijsniveau 2000, mln euro 2010* 477.709 377.733 347.691 221.409 125.389 87.222 69.101 18.110 2.163 419.112
Prijsniveau 2000, mln euro 2011 1e kwartaal* 119.771 96.050 84.603 54.693 29.722 23.269 18.459 4.827 1.204 107.231
Prijsniveau 2000, seizoenvrij 2008** 488.543 373.601 345.776 226.192 119.110 104.930 87.233 17.698 1.377 410.470
Prijsniveau 2000, seizoenvrij 2009 1e kwartaal* 117.875 85.590 86.256 55.666 30.428 24.234 19.436 4.798 -485 93.008
Prijsniveau 2000, seizoenvrij 2009 2e kwartaal* 116.378 83.433 86.101 55.073 30.837 23.256 18.486 4.719 -1.344 92.484
Prijsniveau 2000, seizoenvrij 2009 3e kwartaal* 117.337 85.745 86.305 55.004 31.100 22.510 17.832 4.693 -1.121 95.245
Prijsniveau 2000, seizoenvrij 2009 4e kwartaal* 117.826 87.114 86.326 54.889 31.195 21.628 17.137 4.513 -227 97.264
Prijsniveau 2000, seizoenvrij 2009* 469.416 341.882 344.989 220.632 123.561 91.627 72.889 18.724 -3.176 377.999
Prijsniveau 2000, seizoenvrij 2010 1e kwartaal* 118.234 92.134 86.562 55.296 31.069 21.388 16.950 4.435 374 101.772
Prijsniveau 2000, seizoenvrij 2010 2e kwartaal* 119.483 95.176 86.831 55.250 31.348 22.336 17.682 4.574 2.194 103.899
Prijsniveau 2000, seizoenvrij 2010 3e kwartaal* 119.584 94.751 87.037 55.298 31.506 21.690 17.190 4.537 -248 105.713
Prijsniveau 2000, seizoenvrij 2010 4e kwartaal* 120.408 95.673 87.262 55.564 31.465 21.806 17.278 4.564 -158 107.727
Prijsniveau 2000, seizoenvrij 2010* 477.709 377.733 347.691 221.409 125.389 87.222 69.101 18.110 2.163 419.112
Prijsniveau 2000, seizoenvrij 2011 1e kwartaal* 121.439 97.123 86.970 55.264 31.480 23.935 19.031 4.884 330 107.550
Werkelijke prijzen 2008** 596.226 407.836 423.076 270.751 152.325 122.688 101.913 20.775 1.860 456.438
Werkelijke prijzen 2009 1e kwartaal* 142.937 88.250 103.970 66.074 37.896 28.464 22.883 5.581 -402 99.155
Werkelijke prijzen 2009 2e kwartaal* 143.350 85.155 107.438 65.116 42.322 29.163 23.424 5.739 -2.929 94.833
Werkelijke prijzen 2009 3e kwartaal* 137.446 88.754 104.512 65.559 38.953 24.930 19.711 5.219 -1.076 97.834
Werkelijke prijzen 2009 4e kwartaal* 148.246 92.426 109.319 65.836 43.483 26.349 20.796 5.553 877 104.127
Werkelijke prijzen 2009* 571.979 354.585 425.239 262.585 162.654 108.906 86.814 22.092 -3.530 395.949
Werkelijke prijzen 2010 1e kwartaal* 144.014 98.315 105.511 66.231 39.280 25.268 20.045 5.223 781 110.769
Werkelijke prijzen 2010 2e kwartaal* 149.343 104.086 110.430 66.429 44.001 28.282 22.594 5.688 1.153 113.564
Werkelijke prijzen 2010 3e kwartaal* 143.025 104.536 107.624 67.286 40.338 24.232 19.109 5.123 -87 115.792
Werkelijke prijzen 2010 4e kwartaal* 155.095 109.147 112.871 67.922 44.949 26.839 21.169 5.670 1.175 123.357
Werkelijke prijzen 2010* 591.477 416.084 436.436 267.868 168.568 104.621 82.917 21.704 3.022 463.482
Werkelijke prijzen 2011 1e kwartaal* 151.037 112.593 107.689 67.583 40.106 28.403 22.560 5.843 768 126.770
Werkelijke prijzen, seizoenvrij 2008** 596.226 407.836 423.076 270.751 152.325 122.688 101.913 20.775 1.860 456.438
Werkelijke prijzen, seizoenvrij 2009 1e kwartaal* 144.092 88.979 105.987 66.232 39.749 28.862 23.195 5.714 -523 98.537
Werkelijke prijzen, seizoenvrij 2009 2e kwartaal* 141.893 85.629 105.560 65.208 40.369 27.629 22.039 5.555 -1.301 95.840
Werkelijke prijzen, seizoenvrij 2009 3e kwartaal* 142.558 88.194 106.328 65.440 41.028 26.756 21.240 5.498 -1.178 99.140
Werkelijke prijzen, seizoenvrij 2009 4e kwartaal* 143.435 91.782 107.364 65.705 41.508 25.658 20.341 5.325 -527 102.433
Werkelijke prijzen, seizoenvrij 2009* 571.979 354.585 425.239 262.585 162.654 108.906 86.814 22.092 -3.530 395.949
Werkelijke prijzen, seizoenvrij 2010 1e kwartaal* 145.373 99.130 107.656 66.330 41.329 25.663 20.372 5.341 627 110.186
Werkelijke prijzen, seizoenvrij 2010 2e kwartaal* 148.041 104.676 108.563 66.626 41.979 26.757 21.226 5.483 2.823 114.860
Werkelijke prijzen, seizoenvrij 2010 3e kwartaal* 148.401 103.820 109.501 67.172 42.453 26.008 20.581 5.409 -195 117.129
Werkelijke prijzen, seizoenvrij 2010 4e kwartaal* 149.662 108.458 110.715 67.741 42.807 26.192 20.739 5.471 -233 121.307
Werkelijke prijzen, seizoenvrij 2010* 591.477 416.084 436.436 267.868 168.568 104.621 82.917 21.704 3.022 463.482
Werkelijke prijzen, seizoenvrij 2011 1e kwartaal* . . . . . . . . . .
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel bevat kwartaal- en jaargegevens over de productiecomponenten, de bestedingencategorieën en de inkomensbestanddelen van het bruto binnenlands product van Nederland. Het bruto binnenlands product is een belangrijk macro-economisch begrip. De volume-ontwikkeling van het bruto binnenlands product is de maatstaf voor de economische groei van een land. Het is in de nationale rekeningen en dus ook in de kwartaalrekeningen gebruikelijk om het bruto binnenlands product vanuit drie gezichtspunten te benaderen, vanuit de productie, vanuit de bestedingen en vanuit het inkomen.

Daarnaast zijn er ook nog gegevens over de inkomenstransacties met het buitenland. Die maken het mogelijk berekeningen te maken over het bruto nationaal inkomen (bni). Deze gegevens zijn gegroepeerd onder het onderwerp 'nationaal vorderingensaldo'. Ten slotte zijn er detailgegevens van variabelen uit de eerste vier onderwerpen beschikbaar. Deze zijn gepresenteerd onder 'detailgegevens'.

Gegevens beschikbaar vanaf:
1987 tot en met eerste kwartaal 2011.

Status van de cijfers:
De cijfers vanaf 1987 zijn definitief. Gegevens van 2008 tot en met het 1e kwartaal 2011 hebben de status voorlopig.
Aangezien deze tabel is stopgezet, worden de gegevens niet meer definitief gemaakt.

Wijzigingen per 25 juni 2011:
Geen, deze tabel is stopgezet.
De tabellen van de Nationale rekeningen, te vinden onder macro-economie, worden opnieuw gestructureerd. De tabellen zijn in een nieuwe mappenstructuur geplaatst. Een aantal tabellen wordt in de tweede helft van 2011 herzien. Sommige tabellen gaan één op één over in een nieuwe tabel, andere worden opgesplitst, weer andere (deels) samengevoegd met andere tabellen. Doelstelling van de herstructurering is om de vindbaarheid van de cijfers te verhogen. De herstructurering valt samen met de herziening van de bedrijfsindeling die in de tabellen van de nationale rekeningen wordt gebruikt. De nationale rekeningen zijn hiermee overgegaan van de SBI '93 naar de SBI 2008.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Niet meer van toepassing.

Toelichting onderwerpen

Bestedingsbenadering van het BBP
De gegevens van de bestedingsbenadering van het bruto binnenlands product
(bbp) worden in dit deel van de publicatie Kwartaalrekeningen
gepresenteerd. Het openingsmenu laat de bestedingsvariabelen ofwel de
goederen- en dienstentotalen zien. Centraal staat hierbij de samenhang
tussen het bbp en de bestedingsvariabelen. De som van gezinsconsumptie,
overheidsconsumptie, investeringen in vaste activa van bedrijven en
overheid en de voorraadmutaties is gelijk aan de nationale bestedingen.
De nationale bestedingen plus de uitvoer van goederen en diensten minus
de invoer levert het bbp op. Het eerste menu geeft een overzicht van de
variabelen die beschikbaar zijn. Selectie van een variabele leidt opnieuw
tot een menu. Op het volgende niveau kan de gewenste dimensie (volume,
waarde, enz.) van de variabele gekozen worden.
Beschikbaar voor finale bestedingen
Het binnenlands product (bruto, marktprijzen) plus de invoer van goederen
en diensten.
Bruto binnenlands product (marktprijzen)
Het bruto binnenlands product (bbp) is het eindresultaat van de
productieve activiteiten van de ingezeten productie-eenheden. Het is
gelijk aan de toegevoegde waarde tegen basisprijzen van alle
bedrijfsklassen samen, aangevuld met enkele transacties die niet naar
bedrijfsklassen worden verdeeld. De toegevoegde waarde (basisprijzen) per
bedrijfsklasse is gelijk aan het verschil tussen de productie
(basisprijzen) en het intermediair verbruik (aankoopprijzen).
De onverdeelde transacties betreffen het saldo van productgebonden
belastingen en subsidies en het verschil toegerekende en afgedragen BTW
(belasting over de toegevoegde waarde). Het bbp is ook gelijk aan de
waarde van het in Nederland gevormde inkomen.
Invoer goederen en diensten (f.o.b.)
De invoer van goederen betreft de voor ingezetenen bestemde goederen, die
vanuit het buitenland in het economisch gebied van Nederland zijn
gebracht.
Hiertoe behoren ook voor verwerking in het productieproces benodigde
grondstoffen, halffabrikaten, brandstoffen en voor investeringen bestemde
vaste activa. De invoer omvat verder goederen die, zonder noemenswaardige
bewerking te hebben ondergaan, weer zijn uitgevoerd (wederuitvoer).
De invoer van diensten heeft onder meer betrekking op de uitgaven van
Nederlandse bedrijven in het buitenland, zoals vervoerskosten, bankkosten
en zakenreizen. Bij de overheid gaat het onder meer om uitgaven van
Nederlandse ambassades en consulaten in het buitenland.
De invoer door huishoudens bestaat onder meer uit ingevoerde
consumptiegoederen en de directe consumptieve bestedingen van Nederlandse
toeristen, grensbewoners, diplomaten en militairen in het buitenland.
Finale bestedingen
Het totaal van consumptieve bestedingen, investeringen in vaste activa
(bruto), veranderingen in voorraden en uitvoer.
Nationale finale bestedingen
Het totaal van consumptieve bestedingen, investeringen in vaste activa
(bruto) en veranderingen in voorraden.
Consumptieve bestedingen
Uitgaven voor goederen en diensten die worden gebruikt voor de
rechtstreekse bevrediging van individuele behoeften of wensen of van de
collectieve behoeften van leden van de gemeenschap. De consumptieve
bestedingen kunnen zowel op het eigen grondgebied als in het buitenland
worden gedaan.
Consumptieve bestedingen vinden plaats door huishoudens, instellingen
zonder winstoogmerk ten behoeve van huishoudens en de overheid.
Consumptieve bestedingen totaal
Consumptieve bestedingen: Uitgaven voor goederen en diensten die worden
gebruikt voor de rechtstreekse bevrediging van individuele behoeften of
wensen of van de collectieve behoeften van leden van de gemeenschap. De
consumptieve bestedingen kunnen zowel op het eigen grondgebied als in het
buitenland worden gedaan.
Consumptieve bestedingen vinden plaats door huishoudens, instellingen
zonder winstoogmerk ten behoeve van huishoudens en de overheid.
Consumptie huishoudens incl. IZWh
Consumptie door huishoudens inclusief IZWh.
Uitgaven door huishoudens (inclusief instellingen zonder winstoogmerk
(IZW) ten behoeve van huishoudens) voor goederen en diensten die worden
gebruikt voor de rechtstreekse bevrediging van individuele behoeften of
wensen of van de collectieve behoeften van leden van de gemeenschap. De
consumptieve bestedingen kunnen zowel op het eigen grondgebied als in het
buitenland worden gedaan.
Consumptie overheid
Bij de consumptieve bestedingen door de overheid doet zich een probleem
voor dat verband houdt met het karakter van de overheidsproductie.
Slechts een deel van de diensten van de overheid wordt daadwerkelijk
verkocht (marktproductie). Het grootste deel van de overheidsproductie
wordt betaald uit de algemene middelen en gratis beschikbaar gesteld aan
alle sectoren (niet-marktproductie). Daarom stuit het toerekenen ervan
aan sectoren op grote problemen. Een dergelijke toerekening wordt dan ook
niet gemaakt. Afgesproken is dat de overheid beschouwd moet worden als
consument van de door haarzelf geproduceerde diensten.
De consumptieve bestedingen worden onderscheiden in collectieve
consumptie en individuele consumptie.
Bruto investeringen in vaste activa
Uitgaven voor geproduceerde materiële of immateriële activa die langer dan
een jaar in het productieproces worden gebruikt, zoals gebouwen, woningen,
machines, vervoermiddelen en dergelijke. Tot de investeringen in vaste
activa behoren ook:
- het onderhanden werk in de bouwnijverheid, dat tot de investeringen in
vaste activa van de opdrachtgever is gerekend. Het gaat hierbij om
woningen, bedrijfsgebouwen, weg- en waterbouwkundige werken etc.;
- militaire bouwwerken die op soortgelijke wijze als door civiele
producenten worden gebruikt, zoals vliegvelden en ziekenhuizen;
- verbeteringen aan gebruikte vaste activa, die veel verder gaan dan wat
voor gewoon onderhoud en gewone reparaties nodig is;
- de bij de aankoop van nieuwe en gebruikte vaste activa gemaakte kosten,
zoals overdrachtskosten en kosten van makelaars, architecten, notarissen
en taxateurs.
Op het niveau van de totale economie (en de sectoren) worden de
investeringen gecorrigeerd voor de aan- en verkopen van gebruikte vaste
activa.
Investeringen in vaste activa totaal
Investeringen in vaste activa: Uitgaven voor geproduceerde materiële of
immateriële activa die langer dan een jaar in het productieproces worden
gebruikt. Voorbeelden zijn gebouwen, woningen, machines, vervoermiddelen
en dergelijke. Tot de investeringen in vaste activa behoren ook:
- het onderhanden werk in de bouwnijverheid, dat tot de investeringen in
vaste activa van de opdrachtgever is gerekend. Het gaat hierbij om
woningen, bedrijfsgebouwen, weg- en waterbouwkundige werken etc.;
- militaire bouwwerken die op soortgelijke wijze als door civiele
producenten worden gebruikt, zoals vliegvelden en ziekenhuizen;
- verbeteringen aan gebruikte vaste activa, die veel verder gaan dan wat
voor gewoon onderhoud en gewone reparaties nodig is;
- de bij de aankoop van nieuwe en gebruikte vaste activa gemaakte kosten,
zoals overdrachtskosten en kosten van makelaars, architecten, notarissen
en taxateurs.
Op het niveau van de totale economie (en de sectoren) worden de
investeringen gecorrigeerd voor de aan- en verkopen van gebruikte vaste
activa.
Investeringen door bedrijven
Uitgaven door vennootschappen, huishoudens en instellingen zonder
winstoogmerk ten behoeve van huishoudens voor geproduceerde materiële of
immateriële activa die langer dan een jaar in het productieproces worden
gebruikt. Voorbeelden zijn gebouwen, woningen, machines, vervoermiddelen
en dergelijke. Tot de investeringen in vaste activa behoren ook:
- verbeteringen aan gebruikte vaste activa, die veel verder gaan dan wat
voor gewoon onderhoud en gewone reparaties nodig is;
- de bij de aankoop van nieuwe en gebruikte vaste activa gemaakte kosten,
zoals overdrachtskosten en kosten van makelaars, architecten, notarissen
en taxateurs.
Investeringen door overheid
Uitgaven door de overheid voor geproduceerde materiële of immateriële
activa die langer dan een jaar in het productieproces worden gebruikt.
Voorbeelden zijn gebouwen, woningen, machines, vervoermiddelen en
dergelijke. Tot de investeringen in vaste activa behoren ook:
- het onderhanden werk in de bouwnijverheid, dat tot de investeringen in
vaste activa van de opdrachtgever is gerekend. Het gaat hierbij om
woningen, bedrijfsgebouwen, weg- en waterbouwkundige werken etc.;
- militaire bouwwerken die op soortgelijke wijze als door civiele
producenten worden gebruikt, zoals vliegvelden en ziekenhuizen;
- verbeteringen aan gebruikte vaste activa, die veel verder gaan dan wat
voor gewoon onderhoud en gewone reparaties nodig is;
- de bij de aankoop van nieuwe en gebruikte vaste activa gemaakte kosten,
zoals overdrachtskosten en kosten van makelaars, architecten, notarissen
en taxateurs.
Verandering in voorraden
Alle grondstoffen, halffabrikaten, onderhanden werk en eindproducten, die
op een bepaald moment bij de producenten aanwezig zijn.
Een uitzondering is het onderhanden werk in de bouwnijverheid, dat tot de
investeringen in vaste activa van de opdrachtgever is gerekend, en niet
tot veranderingen in voorraden in de bouwnijverheid. Het gaat hierbij om
nog niet voltooide woningen, bedrijfsgebouwen en weg- en waterbouwkundige
werken.
Positieve veranderingen in de voorraden ontstaan wanneer in het
verslagjaar goederen zijn geproduceerd, die nog niet zijn verkocht. Ook
ontstaan toevoegingen aan voorraden wanneer goederen in het verslagjaar
zijn gekocht, maar nog niet in het productieproces verbruikt. Negatieve
veranderingen in voorraden ontstaan wanneer goederen aan bestaande
voorraden worden onttrokken om verkocht of in het productieproces
verbruikt te worden.
De waardering van de veranderingen in voorraden gebeurt zodanig, dat er
geen winsten of verliezen op voorraden door prijsveranderingen ontstaan.
Beginvoorraad en eindvoorraad van elk goed worden voor dit doel tegen
dezelfde prijs gewaardeerd, namelijk grondstoffen tegen de in de periode
geldende gemiddelde inkoopprijs, eindproducten tegen de gemiddelde
verkoopprijs en het onderhanden werk tegen de gemiddelde kostprijs. Met
deze waarderingsmethode wordt zoveel mogelijk voorkomen dat de
productiewaarde en daarmee de toegevoegde waarde worden beïnvloed door
prijsveranderingen van de voorraden gedurende de periode van waarneming.
Uitvoer goederen en diensten f.o.b.
Tot de uitvoer van goederen worden de goederen gerekend, die door
ingezetenen vanuit het economisch gebied van Nederland aan het buitenland
zijn geleverd. De uitvoer van diensten omvat onder meer de diensten van
Nederlandse vervoerbedrijven in het buitenland, aan het buitenland bewezen
havendiensten, scheepsreparatie en de uitvoering van werken in het
buitenland door Nederlandse aannemers. Onder de uitvoer vallen eveneens de
bestedingen in Nederland door buitenlandse toeristen, grensbewoners en
diplomaten.