Nationale rekeningen 2009; Goederen en diensten investeringen
Verklaring van tekens
Tabeltoelichting
In deze publicatie staan gegevens uit de nationale rekeningen over de
investeringen in goederen en diensten. De publicatie geeft een overzicht
van de verdeling van de investeringen over de verschillende bedrijfs-
takken en -klassen. Verder geeft het een overzicht van de goederen en
diensten waarin is geïnvesteerd.
De onderwerpen kunnen in de volgende grootheden worden weergegeven:
- Lopende prijzen, mln euro
- Volumemutaties, %
- Volume-index, 2000 = 100
- Constante prijzen, prijsniveau 2000 = 100, mln euro
- Deflatoren: % mutaties
- Deflatoren: index 2000 = 100
Deze tabel is stopgezet. Gegevens zijn beschikbaar vanaf 1969 tot en met
2009.
Reden stopzetting:
De tabellen van de Nationale rekeningen, te vinden onder macro-economie,
worden opnieuw gestructureerd. De tabellen zijn in een nieuwe
mappenstructuur geplaatst. Een aantal tabellen wordt in de tweede helft van
2011 herzien. Sommige tabellen gaan één op één over in een nieuwe tabel,
andere worden opgesplitst, weer andere (deels) samengevoegd met andere
tabellen. Doelstelling van de herstructurering is om de vindbaarheid van de
cijfers te verhogen. De herstructurering valt samen met de herziening van
de bedrijfsindeling die in de tabellen van de nationale rekeningen wordt
gebruikt. De Nationale rekeningen zijn hiermee overgegaan van de SBI '93
naar de SBI 2008.
Toelichting onderwerpen
- Type van activa
- Onderverdeling van de investeringen in de totale economie, van huishoudens
en vennootschappen en van de overheid naar type goederen waarin is
geïnvesteerd.- Totale economie
- De totale economie bestaat uit de sectoren niet-financiële
vennootschappen, financiële instellingen, overheid, huishoudens en
instellingen zonder winstoogmerk ten behoeve van huishoudens. Het
onderscheid tussen de sectoren wordt bepaald aan de hand van
internationaal vastgestelde regels.- Naar type
- Specificatie van de investeringen naar type van activa.
- Woningen
- Gebouwen die geheel of hoofdzakelijk zijn bestemd voor bewoning (inclusief
bijgebouwen). Voorbeelden zijn: een- en meergezinswoningen (zoals flats en
appartementen) en andere gebouwen die voor permanente bewoning zijn
bestemd. Ook woonboten, aken, woonwagens en caravans die door huishoudens
als hoofdverblijf worden gebruikt behoren tot de woningen.
- Bedrijfsgebouwen
- Andere gebouwen dan woningen bestemd voor de huisvesting van de
onderneming. Inclusief historische monumenten die als bedrijfsgebouwen
worden aangemerkt. Voorbeelden: opslagplaatsen, fabrieksgebouwen, hotels,
restaurants, scholen en ziekenhuizen.
- Grond- weg- en waterbouwkundige werken
- Andere bouwwerken dan gebouwen, met inbegrip van de kosten van de aanleg
van wegen en riolering. Inclusief historische monumenten die niet als
woning of bedrijfsgebouw worden aangemerkt. Voorbeelden: autowegen,
straten, spoorwegen, start- en landingsbanen op vliegvelden, bruggen,
tunnels, waterwegen, havens, telecommunicatie- en
elektriciteitsleidingen. Het bouwrijp maken van grond valt er ook onder.
- Machines en installaties
- Alle machines die gebruikt worden voor de productie. Verder ook de
machines voor algemeen gebruik (zoals kantoormachines en audio- en
telecomapparatuur), werktuigen en vervoermiddelen die incidenteel gebruik
maken van de openbare weg zoals tractoren, graafmachines, heftrucks en
dergelijke.
- Computers
- Gegevensverwerkende en elektronische apparaten voor zover deze door de
gebruiker vrij programmeerbaar zijn. Onder deze rubriek vallen ook
randapparatuur zoals terminals en printers.
- Overige materiële vaste activa
- Bijvoorbeeld meubilair, rekken, silo's, opslagtanks, containers, pallets,
sportartikelen en muziekinstrumenten.
- Software
- Computerprogramma's, programmabeschrijvingen en ondersteunend materiaal
voor systeem- en toepassingsprogrammatuur. Grote uitgaven voor de aankoop,
ontwikkeling of uitbreiding van geautomatiseerde gegevensbestanden die
langer dan een jaar gebruikt zullen worden, vallen ook onder deze rubriek.
- Overige immateriële vaste activa
- Nieuwe informatie of specialistische kennis waarvan het gebruik in het
productieproces is beperkt tot de eenheden die hierover het eigendom
hebben of die van de eigenaar een vergunning voor het gebruik hebben
gekregen.
- In cultuur gebrachte activa
- Vee en aanplant van bomen met een regelmatige opbrengst, die onder
rechtstreeks toezicht, verantwoordelijkheid en beheer van institutionele
eenheden staan. Voorbeelden zijn fruitbomen, druivenstokken, fok-, broed-
en kweekdieren (inclusief vis en gevogelte), melkvee en schapen.
- Niet naar type
- Overdrachtskosten op grond en verkoop van gebruikte vaste activa.
- Overdrachtskosten op grond
- Kosten in verband met de eigendomsoverdracht van grond.
- Vennootschappen, huishoudens, IZWh
- Vennootschappen zijn ondernemingen met rechtspersoonlijkheid. Ook grote
zelfstandig opererende ondernemingen zonder rechtspersoonlijkheid
(quasi-vennootschappen) worden tot de vennootschappen gerekend.
Voorbeelden hiervan zijn onder andere grote familiebedrijven en
gemeentelijke vervoersbedrijven. De vennootschappen worden onderscheiden
in niet-financiële vennootschappen en financiële instellingen.
Tot de sector huishoudens behoren alle natuurlijke personen die langer dan
een jaar in Nederland verblijven, ongeacht hun nationaliteit. Omgekeerd
worden Nederlanders die langer dan een jaar in het buitenland verblijven
niet tot de Nederlandse huishoudens gerekend. Huishoudens omvatten niet
alleen op zichzelf of in gezinsverband wonende personen, maar ook personen
in verpleeginrichtingen, bejaardentehuizen, gevangenissen en internaten.
Indien de tot de huishoudens gerekende personen een eigen bedrijf hebben,
wordt dit bedrijf ook tot de huishoudens gerekend. Dit is het geval bij de
zelfstandigen en de eigenwoningbezitters. Grote, zelfstandig opererende
ondernemingen zonder rechtspersoonlijkheid (quasi-vennootschappen) behoren
echter tot de (niet-financiële of financiële) vennootschappen.
Tot de sector instellingen zonder winstoogmerk ten behoeve van huishoudens
(IZWh) behoren stichtingen en verenigingen waarvan de middelen voor het
merendeel afkomstig zijn uit vrijwillige bijdragen van huishoudens en uit
inkomen uit vermogen. Voorbeelden zijn religieuze instellingen,
liefdadigheidsinstellingen, politieke partijen, vakbonden en verenigingen
op het gebied van cultuur, sport en recreatie. De stichtingen en
verenigingen die tot de sector IZWh behoren komen met name voor in de
bedrijfsklassen gezondheids- en welzijnszorg, cultuur, sport en recreatie
en de overige dienstverlening.- Naar type
- Specificatie van de investeringen naar type van activa.
- Woningen
- Gebouwen die geheel of hoofdzakelijk zijn bestemd voor bewoning (inclusief
bijgebouwen). Voorbeelden zijn: een- en meergezinswoningen (zoals flats en
appartementen) en andere gebouwen die voor permanente bewoning zijn
bestemd. Ook woonboten, aken, woonwagens en caravans die door huishoudens
als hoofdverblijf worden gebruikt behoren tot de woningen.
- Bedrijfsgebouwen
- Andere gebouwen dan woningen bestemd voor de huisvesting van de
onderneming. Inclusief historische monumenten die als bedrijfsgebouwen
worden aangemerkt. Voorbeelden: opslagplaatsen, fabrieksgebouwen, hotels,
restaurants, scholen en ziekenhuizen.
- Grond- weg- en waterbouwkundige werken
- Andere bouwwerken dan gebouwen, met inbegrip van de kosten van de aanleg
van wegen en riolering. Inclusief historische monumenten die niet als
woning of bedrijfsgebouw worden aangemerkt. Voorbeelden: autowegen,
straten, spoorwegen, start- en landingsbanen op vliegvelden, bruggen,
tunnels, waterwegen, havens, telecommunicatie- en
elektriciteitsleidingen. Het bouwrijp maken van grond valt er ook onder.
- Machines en installaties
- Alle machines die gebruikt worden voor de productie. Verder ook de
machines voor algemeen gebruik (zoals kantoormachines en audio- en
telecomapparatuur), werktuigen en vervoermiddelen die incidenteel gebruik
maken van de openbare weg zoals tractoren, graafmachines, heftrucks en
dergelijke.
- Computers
- Gegevensverwerkende en elektronische apparaten voor zover deze door de
gebruiker vrij programmeerbaar zijn. Onder deze rubriek vallen ook
randapparatuur zoals terminals en printers.
- Overige materiële vaste activa
- Bijvoorbeeld meubilair, rekken, silo's, opslagtanks, containers, pallets,
sportartikelen en muziekinstrumenten.
- Software
- Computerprogramma's, programmabeschrijvingen en ondersteunend materiaal
voor systeem- en toepassingsprogrammatuur. Grote uitgaven voor de aankoop,
ontwikkeling of uitbreiding van geautomatiseerde gegevensbestanden die
langer dan een jaar gebruikt zullen worden, vallen ook onder deze rubriek.
- Overige immateriële vaste activa
- Nieuwe informatie of specialistische kennis waarvan het gebruik in het
productieproces is beperkt tot de eenheden die hierover het eigendom
hebben of die van de eigenaar een vergunning voor het gebruik hebben
gekregen.
- In cultuur gebrachte activa
- Vee en aanplant van bomen met een regelmatige opbrengst, die onder
rechtstreeks toezicht, verantwoordelijkheid en beheer van institutionele
eenheden staan. Voorbeelden zijn fruitbomen, druivenstokken, fok-, broed-
en kweekdieren (inclusief vis en gevogelte), melkvee en schapen.
- Niet naar type
- Overdrachtskosten op grond en verkoop van gebruikte vaste activa.
- Overdrachtskosten op grond
- Kosten in verband met de eigendomsoverdracht van grond.
- Verkoop van gebruikte vaste act. (saldo)
- Saldo verkoop van gebruikte vaste activa.
Het totaal aan verkochte gebruikte vaste activa. De
kapitaalgoederenvoorraad neemt toe door de toevoeging van nieuw
geproduceerde en ingevoerde kapitaalgoederen, en neemt af door verkopen
van gebruikte vaste activa. Deze verkopen worden geregistreerd in de kolom
investeringen in vaste activa.
- Overheid
- De sector overheid is het geheel van het Rijk, de provincies, de
gemeenten, de samenwerkingsverbanden op grond van de Wet
Gemeenschappelijke Regelingen, de waterschappen en de publiekrechtelijke
bedrijfsorganisaties. Verder bestaat de overheid uit instellingen die
gecontroleerd en voornamelijk gefinancierd worden door de hiervoor
genoemde eenheden én daarbij niet voor de markt produceren, zoals ProRail,
de Open Universiteit en TNO, en de instanties die de sociale uitkeringen
verstrekken. Tot de overheid behoren ook de overheidsinstellingen die
werkzaam zijn in het buitenland, zoals ambassades. Omgekeerd worden
buitenlandse ambassades en internationale instellingen, zoals Europol en
het Internationaal gerechtshof, niet tot de Nederlandse overheid gerekend.
Vennootschappen maken in principe geen deel uit van de overheid, zelfs al
zijn ze geheel of gedeeltelijk eigendom van overheidsinstellingen, zoals
de NS, Schiphol en DNB (De Nederlandsche Bank). De overheid bestaat uit
verschillende subsectoren:
- Centrale overheid (CO);
- Lokale overheid (LO);
- Wettelijke sociale verzekeringsinstellingen (SV).
Vanuit de bedrijfsklassen gezien bestaat de overheid uit de
bedrijfsklassen overheidsbestuur en sociale verzekering, defensie en
gesubsidieerd onderwijs.
Daarnaast zijn er eenheden in een aantal andere bedrijfsklassen die ook
tot de sector overheid behoren, zoals:
- specifieke activiteiten van gemeenten, zoals reinigingsdiensten
(bedrijfsklasse milieudienstverlening), sociale werkplaatsen
(bedrijfsklasse overige industrie) en medische dienstverlening
(bedrijfsklasse gezondheids- en welzijnszorg) en aparte gemeenschappelijke
regelingen voor deze activiteiten;
- bureaus voor arbeidsbemiddeling, banenpools en het Jeugd Werk
Garantieplan (bedrijfsklasse uitzendbureaus);
- aan universiteiten gelieerde instituten (bedrijfsklasse speur- en
ontwikkelingswerk);
- opvangtehuizen en asielzoekerscentra (bedrijfsklasse gezondheids- en
welzijnszorg);
- ideële organisaties, zoals Oxfam Novib en SNV (bedrijfsklasse overige
dienstverlening n.e.g. (niet elders genoemd)).- Naar type
- Specificatie van de investeringen naar type van activa.
- Woningen
- Gebouwen die geheel of hoofdzakelijk zijn bestemd voor bewoning (inclusief
bijgebouwen). Voorbeelden zijn: een- en meergezinswoningen (zoals flats en
appartementen) en andere gebouwen die voor permanente bewoning zijn
bestemd. Ook woonboten, aken, woonwagens en caravans die door huishoudens
als hoofdverblijf worden gebruikt behoren tot de woningen.
- Bedrijfsgebouwen
- Andere gebouwen dan woningen bestemd voor de huisvesting van de
onderneming. Inclusief historische monumenten die als bedrijfsgebouwen
worden aangemerkt. Voorbeelden: opslagplaatsen, fabrieksgebouwen, hotels,
restaurants, scholen en ziekenhuizen.
- Grond- weg- en waterbouwkundige werken
- Andere bouwwerken dan gebouwen, met inbegrip van de kosten van de aanleg
van wegen en riolering. Inclusief historische monumenten die niet als
woning of bedrijfsgebouw worden aangemerkt. Voorbeelden: autowegen,
straten, spoorwegen, start- en landingsbanen op vliegvelden, bruggen,
tunnels, waterwegen, havens, telecommunicatie- en
elektriciteitsleidingen. Het bouwrijp maken van grond valt er ook onder.
- Machines en installaties
- Alle machines die gebruikt worden voor de productie. Verder ook de
machines voor algemeen gebruik (zoals kantoormachines en audio- en
telecomapparatuur), werktuigen en vervoermiddelen die incidenteel gebruik
maken van de openbare weg zoals tractoren, graafmachines, heftrucks en
dergelijke.
- Computers
- Gegevensverwerkende en elektronische apparaten voor zover deze door de
gebruiker vrij programmeerbaar zijn. Onder deze rubriek vallen ook
randapparatuur zoals terminals en printers.
- Overige materiële vaste activa
- Bijvoorbeeld meubilair, rekken, silo's, opslagtanks, containers, pallets,
sportartikelen en muziekinstrumenten.
- Software
- Computerprogramma's, programmabeschrijvingen en ondersteunend materiaal
voor systeem- en toepassingsprogrammatuur. Grote uitgaven voor de aankoop,
ontwikkeling of uitbreiding van geautomatiseerde gegevensbestanden die
langer dan een jaar gebruikt zullen worden, vallen ook onder deze rubriek.
- Overige immateriële vaste activa
- Nieuwe informatie of specialistische kennis waarvan het gebruik in het
productieproces is beperkt tot de eenheden die hierover het eigendom
hebben of die van de eigenaar een vergunning voor het gebruik hebben
gekregen.
- Niet naar type
- Overdrachtskosten op grond en verkoop van gebruikte vaste activa.
- Overdrachtskosten op grond
- Kosten in verband met de eigendomsoverdracht van grond.
- Verkoop van gebruikte vaste act. (saldo)
- Saldo verkoop van gebruikte vaste activa.
Het totaal aan verkochte gebruikte vaste activa. De
kapitaalgoederenvoorraad neemt toe door de toevoeging van nieuw
geproduceerde en ingevoerde kapitaalgoederen, en neemt af door verkopen
van gebruikte vaste activa. Deze verkopen worden geregistreerd in de kolom
investeringen in vaste activa.
- Wel/niet productgroepen
- Specificatie van de variabelen naar productgroepen en niet naar
productgroepen te specificeren posten.- Naar productgroepen
- Specificatie van de variabelen naar productgroepen.
- Totaal productgroepen
- Totaal van de naar productgroepen gespecificeerde posten.
- Niet naar productgroepen
- Niet naar productgroepen te specificeren posten.
- Totaal niet naar productgroepen
- Totaal van de niet naar productgroepen gespecificeerde posten.
- Posten niet naar productgroep
- Afzonderlijke posten niet naar productgroep te verdelen.
- Niet toegerekende goederen en diensten
- Goederen en diensten die niet naar productgroep worden toegerekend.
- Loondiensten, veredeling en handelsd.
- Loondiensten, veredeling en handelsdiensten.
Loondiensten zijn een vergoeding voor het uitvoeren van een deel van het
productieproces dat door de eigenlijke producent wordt uitbesteed aan een
gespecialiseerd bedrijf. Veredeling betreft goederen die door een
producent naar het buitenland worden gestuurd om een deelbewerking te
ondergaan, waarna ze weer terugkomen voor verdere bewerking bij de
eigenlijke producent. Handelsdiensten betreffen aan de handel gerelateerde
diensten aan een niet-ingezetene (uitvoer) of van een niet-ingezetene
(invoer). Deze diensten zijn inclusief diensten van goederenmakelaars,
bemiddelaars, (handels)agenten etc. en diensten voor de verkoop van
goederen bij veilingen) en exclusief bemiddeling van vervoersdiensten.
- Niet-aftrekbare toegerekende BTW
- Het btw-bedrag dat door bedrijven aan de overheid moet worden afgedragen.
Deze btw wordt geraamd op basis van de onderliggende goederen- en
dienstentransacties en de daarop rustende tarieven.
- Verkoop van gebruikte vaste activa
- Het totaal aan verkochte gebruikte vaste activa. De
kapitaalgoederenvoorraad neemt toe door de toevoeging van nieuw
geproduceerde en ingevoerde kapitaalgoederen, en neemt af door verkopen
van gebruikte vaste activa. Deze verkopen worden geregistreerd in de kolom
investeringen in vaste activa.