Samenstelling vermogens van huishoudens, 1993-2000
Vermogens(bestanddelen) | Kenmerken van huishoudens | Perioden | Aantal huishoudens met bestanddeel (x 1000) | Percentage huishoudens met bestanddeel (%) |
---|---|---|---|---|
Banktegoeden | Totaal huishoudens | 2000 | 6.649 | 97,0 |
Banktegoeden | Eenpersoonshuishouden | 2000 | 2.253 | 95,6 |
Banktegoeden | Meerpersoonshuishouden | 2000 | 4.396 | 97,7 |
Banktegoeden | Laagste 25%-groep van inkomens | 2000 | 1.583 | 92,4 |
Banktegoeden | 2e 25%-groep van inkomens | 2000 | 1.671 | 97,5 |
Banktegoeden | 3e 25%-groep van inkomens | 2000 | 1.692 | 98,7 |
Banktegoeden | Hoogste 25%-groep van inkomens | 2000 | 1.703 | 99,3 |
Schulden | Totaal huishoudens | 2000 | 4.194 | 61,2 |
Schulden | Eenpersoonshuishouden | 2000 | 958 | 40,6 |
Schulden | Meerpersoonshuishouden | 2000 | 3.237 | 72,0 |
Schulden | Laagste 25%-groep van inkomens | 2000 | 567 | 33,1 |
Schulden | 2e 25%-groep van inkomens | 2000 | 838 | 48,9 |
Schulden | 3e 25%-groep van inkomens | 2000 | 1.284 | 74,9 |
Schulden | Hoogste 25%-groep van inkomens | 2000 | 1.505 | 87,8 |
Schulden i.v.m. eigen woning | Totaal huishoudens | 2000 | 2.927 | 42,7 |
Schulden i.v.m. eigen woning | Eenpersoonshuishouden | 2000 | 434 | 18,4 |
Schulden i.v.m. eigen woning | Meerpersoonshuishouden | 2000 | 2.492 | 55,4 |
Schulden i.v.m. eigen woning | Laagste 25%-groep van inkomens | 2000 | 139 | 8,1 |
Schulden i.v.m. eigen woning | 2e 25%-groep van inkomens | 2000 | 481 | 28,1 |
Schulden i.v.m. eigen woning | 3e 25%-groep van inkomens | 2000 | 1.001 | 58,4 |
Schulden i.v.m. eigen woning | Hoogste 25%-groep van inkomens | 2000 | 1.306 | 76,2 |
Schulden i.v.m. overig onroerend goed | Totaal huishoudens | 2000 | 125 | 1,8 |
Schulden i.v.m. overig onroerend goed | Eenpersoonshuishouden | 2000 | 17 | 0,7 |
Schulden i.v.m. overig onroerend goed | Meerpersoonshuishouden | 2000 | 108 | 2,4 |
Schulden i.v.m. overig onroerend goed | Laagste 25%-groep van inkomens | 2000 | 13 | 0,8 |
Schulden i.v.m. overig onroerend goed | 2e 25%-groep van inkomens | 2000 | 14 | 0,8 |
Schulden i.v.m. overig onroerend goed | 3e 25%-groep van inkomens | 2000 | 27 | 1,6 |
Schulden i.v.m. overig onroerend goed | Hoogste 25%-groep van inkomens | 2000 | 71 | 4,1 |
Overige schulden | Totaal huishoudens | 2000 | 2.265 | 33,0 |
Overige schulden | Eenpersoonshuishouden | 2000 | 650 | 27,5 |
Overige schulden | Meerpersoonshuishouden | 2000 | 1.616 | 35,9 |
Overige schulden | Laagste 25%-groep van inkomens | 2000 | 471 | 27,5 |
Overige schulden | 2e 25%-groep van inkomens | 2000 | 491 | 28,6 |
Overige schulden | 3e 25%-groep van inkomens | 2000 | 608 | 35,4 |
Overige schulden | Hoogste 25%-groep van inkomens | 2000 | 696 | 40,6 |
Bron: CBS. |
Tabeltoelichting
In deze publicatie is de samenstelling van vermogens van huishoudens
weergegeven. Daarbij worden huishoudens onderscheiden naar kenmerken
als samenstelling van het huishouden, voornaamste bron van inkomen,
leeftijd van de hoofdkostwinner, 25%-groep van besteedbare
huishoudensinkomens, vermogensklasse, 10%-groep van vermogens en
provincie. De uitkomsten hebben betrekking op alle particuliere
huishoudens in Nederland. Personen die in tehuizen of inrichtingen
verblijven, zijn buiten beschouwing gebleven.
De resultaten zijn gebaseerd op gegevens uit het Inkomenspanelonderzoek
(IPO). Het IPO bestaat uit een steekproef van ongeveer 75 duizend
huishoudens met ruim 200 duizend personen. Van deze huishoudens worden
ieder jaar gegevens verzameld. De vermogensgegevens zijn voornamelijk
afkomstig van de administratie van de belastingdienst. Zoals bij alle
steekproefonderzoeken kunnen uitkomsten in het algemeen afwijken van de
werkelijke maar onbekende waarden van de te onderzoeken
populatiegrootheden. Hiermee dient bij interpretatie van de gegevens
rekening te worden gehouden.
Gegevens beschikbaar vanaf: 1993
Status van de cijfers:
De cijfers zijn definitief
Frequentie : Stopgezet.
Toelichting onderwerpen
- Aantal huishoudens met bestanddeel
- Aantal huishoudens met het vermogen(sbestanddeel).
- Percentage huishoudens met bestanddeel
- Aantal huishoudens met het vermogen(sbestanddeel) in procenten van het
totaal aantal huishoudens per categorie.