Technische toelichting en begrippen
Taxonomie van vaktermen
- Aanmerkelijk Belang (AB). Net als bij reguliere aandelen in al dan niet beursgenoteerde bedrijven gaat het bij aanmerkelijk belang om een aandelenpakket of stemrecht in een onderneming, maar dan van aanmerkelijke omvang; doorgaans minimaal 5% bij wet, in de praktijk vaak 100%. Voor aanmerkelijk belang geldt een aparte behandeling binnen de inkomstenbelasting. De onderneming in kwestie kan worden beschouwd als een bron van persoonlijke welvaart; afhankelijk van de rechtsvorm levert het aandeelhouderschap aanspraak op vermogen en/of inkomen (in de vorm van dividend oftewel winstuitkering). In dit bericht worden AB-houders vaak kortweg aangeduid als ‘belanghouders’.
- Directeur-Grootaandeelhouder (DGA). Eigenaar van een besloten (BV) of naamloze (NV) vennootschap die als directeur in loondienst is van het eigen bedrijf. In dit bericht worden DGA’s vaak kort doch leesbaar aangeduid als ‘directeuren’.
- Sociaaleconomische categorie (SEC). Indicator van de levensfase en belangrijkste inkomensbron van personen. Niet waargenomen opgepotte winst kan leiden tot misclassificatie van zelfstandigen.
- IIV. Integraal inkomens- en vermogensonderzoek.
- Persoonlijk inkomen. Het persoonlijk inkomen omvat alle bekende inkomensbronnen van individuen. Dit omvat het totaal van inkomen uit arbeid, inkomen uit eigen onderneming, uitkering inkomensverzekeringen en uitkering sociale voorzieningen (m.u.v. kinderbijslag en kindgebonden budget). Premies inkomensverzekeringen (m.u.v. premies voor volksverzekeringen) zijn hierop in mindering gebracht. Bij het bepalen van het persoonlijk inkomen is een aantal bestanddelen die in het besteedbare inkomen van het huishouden wel een rol spelen, buiten beschouwing gelaten. Dat zijn alle bestanddelen waarvan bij meerpersoonshuishoudens niet eenduidig vastgesteld kan worden aan welke persoon in het huishouden deze inkomsten toegerekend moeten worden. Zo zijn inkomsten uit vermogen, de kinderbijslag, het kindgebonden budget en ontvangen gebonden overdrachten, zoals de huurtoeslag, niet bij het persoonlijk inkomen geteld, terwijl betaalde inkomensoverdrachten, premies ziektekostenverzekeringen en belastingen op inkomen en vermogen hierop niet in mindering zijn gebracht.
Kader van inkomensbegrippen
De materiële welvaartspositie van huishoudens en de personen die hiervan deel uitmaken wordt bepaald door hun inkomen, bestedingen, en vermogen. Het inkomen is samengesteld uit een groot aantal bestanddelen. Door deze te groeperen in inkomensbegrippen wordt inzicht verschaft in de vorming en herverdeling van inkomen.
Onderscheid wordt gemaakt in primair inkomen, bruto-inkomen en besteedbaar inkomen. Het primair inkomen bestaat uit de beloning voor arbeid, de opbrengst van vermogen, en het resultaat van een eigen onderneming (de in dit stuk besproken winst). De overheid herverdeelt het primair inkomen van huishoudens door de heffing van premies en belasting aan de ene kant, en door het verstrekken van uitkeringen aan de andere kant. Uit het proces van verwerving en herverdeling resulteert het besteedbaar inkomen, dat het uitgangspunt vormt voor de beschrijving van de CBS inkomensverdeling, zoals onlangs gerapporteerd in Materiële welvaart in Nederland 2020.
Hoewel de inkomensgegevens merendeels worden ontleend aan fiscale registraties, betekent dat niet dat de gehanteerde begrippen fiscaal zijn; doel is juist om de sociaaleconomische realiteit te beschrijven. Het door het CBS gehanteerde conceptuele kader volgt nadrukkelijk de internationale conventies zoals onder meer vastgelegd in de standaarden en aanbevelingen van de Verenigde Naties en OECD.
Details schatting
Doelpopulatie
De huidige analyse spitst zich toe op winstgenieters binnen welvaart-populatie. Hierbij zijn winstgenieters hetzij personen met winst uit eigen onderneming of een oudedagsreserve, hetzij dividenden of winstaanspraak via aanmerkelijk belang. De welvaartpopulatie bestaat uit alle personen wonend in particuliere huishoudens met waargenomen inkomen in Nederland, gepeild op 1 januari van het verslagjaar. Al deze gegevens zijn beschikbaar via het integraal inkomens en vermogensonderzoek (IIV)<link>. In de uitkomsten wordt de nadruk gelegd op 2019; dit is momenteel het meest recente jaargang met definitieve brongegevens.
Bedrijfswinst
De totale bruto bedrijfswinst wordt benaderd als de som van deze balansposten, zoals opgegeven bij de vennootschapsbelasting:
(+) Saldo fiscale winstberekening
(+) Totaal niet of beperkt aftrekbare bedragen
(+) Totaal niet aftrekbare rente
(+) Saldo niet aftrekbare rente en royalty's
(+) Bijtelling winst zeescheepvaart
(-) In boekjaar aftrekbare getemporiseerde rente
De netto bedrijfswinst volgt na toepassing van de belastingtarieven.
Relevante links
- De Correspondent – Waarom de inkomensongelijkheid in Nederland groter is dan we denken
- Volkskrant – De inkomensverdeling is een spectaculaire rechte streep
- Webpublicatie - Herziening van de vermogensstatistiek
- UNSD – Fundamental Principles of National Official Statistics
- OECD – Framework for Statistics on the Distribution of Household Income, Consumption and Wealth OECD – Framework for Statistics on the Distribution of Household Income, Consumption and Wealth
- Webpublicatie - Herziening aanmerkelijk belang
- Belastingdienst - Aanmerkelijk belang
- Belastingdienst - Fiscale voorziening oudedagsreserve voor ondernemers
- Webpublicatie - Inkomensbegrippen (4.5 persoonlijk inkomen, 4.8 voor sociaaleconomische categorie)