Sociale en maatschappelijke participatie
Frequenter contact met familie bij Nederlandse achtergrond
Personen met een Nederlandse achtergrond hebben iets vaker wekelijks contact met familie dan personen met een westerse of niet-westerse achtergrond. Binnen de vier grote niet-westerse groepen blijkt dat rond 85 procent van de personen met een Surinaamse, Marokkaanse, Turkse of Antilliaanse achtergrond wekelijks contact heeft met familie en zo’n 80 procent wekelijks contact met vrienden. Het aandeel personen met een overig niet-westerse achtergrond dat wekelijks contact heeft met familie is lager (76 procent).
Achtergrond | Familiecontact (% personen van 15 jaar of ouder) |
---|---|
Totaal | 83,4 |
Nederlands | 84,1 |
Westers | 79,6 |
Niet-westers | 81,7 |
Turks | 86,1 |
Marokkaans | 84,6 |
Surinaams | 85,5 |
Antilliaans | 84,4 |
Overig niet-westers | 75,8 |
Westers, eerste generatie | 76,6 |
Niet-westers, eerste generatie | 81,3 |
Westers, tweede generatie | 81,8 |
Niet-westers, tweede generatie | 82,6 |
Personen met Marokkaanse achtergrond geven veel informele hulp
Ongeveer een derde van de personen met een Nederlandse of westerse achtergrond heeft in een periode van vier weken minstens een keer informele hulp gegeven. Informele hulp is onbetaalde hulp die buiten organisaties om in de vrije tijd gegeven wordt aan anderen buiten het eigen huishouden. Bij de personen met een niet-westerse achtergrond is dat 27 procent. Personen met een Turkse, Antilliaanse of overige niet-westerse achtergrond geven minder vaak informele hulp dan diegenen met een Marokkaanse en Surinaamse achtergrond.
De tweede generatie verleent vaker informele hulp dan de eerste generatie. De westerse tweede generatie verschilt niet met personen met een Nederlandse achtergrond.
Achtergrond | Informele hulp (% personen van 15 jaar of ouder) |
---|---|
Totaal | 33,6 |
Nederlands | 34,8 |
Westers | 32,1 |
Niet-westers | 26,7 |
Turks | 24,4 |
Marokkaans | 31,9 |
Surinaams | 29,5 |
Antilliaans | 24,9 |
Overig niet-westers | 24,6 |
Westers, eerste generatie | 28,3 |
Niet-westers, eerste generatie | 23,7 |
Westers, tweede generatie | 34,9 |
Niet-westers, tweede generatie | 32 |
Minst vrijwilligerswerk bij Surinaamse achtergrond
Wie vrijwilligerswerk doet komt in contact met anderen waardoor sociale netwerken kunnen ontstaan die van belang zijn voor de sociale samenhang. Niet-beroepsmatig participeren in georganiseerd verband heeft dus, naast een maatschappelijke, ook een sociale functie.
Bijna de helft van de bevolking verricht vrijwilligerswerk (49 procent). Personen met een Nederlandse achtergrond doen dit vaker dan personen met een buitenlandse achtergrond. Dit verandert niet na correctie voor leeftijd, opleidingsniveau en geslacht.
Van de niet-westerse groepen zijn personen met een Marokkaanse en Antilliaanse achtergrond vaker actief als vrijwilliger dan personen met een Turkse, Surinaamse of overig niet-westerse achtergrond. Van de personen met een Surinaamse herkomst deed 35 procent vrijwilligerswerk; het minst van alle onderscheiden herkomstgroepen. Met 47 procent die vrijwilligerswerk doet, komt de westerse tweede generatie het dichtst in de buurt bij personen met een Nederlandse achtergrond.
Achtergrond | Vrijwilligerswerk (% personen van 15 jaar of ouder) |
---|---|
Totaal | 49,1 |
Nederlands | 51,4 |
Westers | 42,9 |
Niet-westers | 37,9 |
Turks | 36,9 |
Marokkaans | 41,2 |
Surinaams | 34,9 |
Antilliaans | 40,6 |
Overig niet-westers | 38,3 |
Westers, eerste generatie | 37,1 |
Niet-westers, eerste generatie | 36,3 |
Westers, tweede generatie | 47,0 |
Niet-westers, tweede generatie | 40,8 |