Sociaaleconomische categorieën

Indeling van een persoon in een sociaaleconomische categorie. Om de score op deze variabele te bepalen worden alle inkomsten in de verslagmaand uit de verschillende inkomensbronnen die iemand heeft, met elkaar vergeleken. Het hoogste bedrag is in principe bepalend voor de sociaaleconomische categorie. Het gaat zodoende om een zwaartepuntbepaling. Daarnaast wordt meegenomen of een persoon ingeschreven staat bij een onderwijsinstelling. Dat is mede bepalend voor de sociaaleconomische categorie.

De volgende sociaaleconomische categorieën worden onderscheiden:

  • werknemers;
  • directeur-grootaandeelhouders;
  • zelfstandigen;
  • overig actief;
  • ontvanger werkloosheidsuitkering;
  • ontvanger bijstandsuitkering;
  • ontvanger uitkering overige sociale voorziening;
  • ontvanger uitkering ziekte/arbeidsongeschiktheid;
  • ontvanger pensioenuitkering;
  • nog niet schoolgaand/scholier/student met (niet substantieel) inkomen;
  • nog niet schoolgaand/scholier/student zonder inkomen;
  • overig zonder inkomen.

De eerstgenoemde vier categorieën betreffen werkenden.