Deeltijdwerk in Europa neemt toe, Nederland blijft koploper
In 2013 had de helft van de werkenden in Nederland een deeltijdbaan. Hiermee staat ons land binnen de Europese Unie veruit bovenaan. De afgelopen tien jaar is deeltijdwerk in vrijwel alle Europese landen toegenomen.
In Nederland werkt de helft in deeltijd
De helft van de werkzame bevolking in Nederland werkte in 2013 in deeltijd. Geen enkel ander land komt bij dit aandeel in de buurt. Een groepje landen met onder andere onze buurlanden Duitsland en België volgt op gepaste afstand met ongeveer een kwart deeltijdwerkers.
Deeltijdwerk veel vaker onder jongeren
Jongeren tot 25 jaar werkten in Nederland met 78 procent beduidend vaker in deeltijd dan werkenden van 25 jaar en ouder. Bij werkende jongeren gaat het grotendeels om scholieren en studenten die een bijbaan hebben. Naast Nederlandse jongeren hebben alleen Deense jongeren (66 procent) in meer dan de helft van de gevallen een deeltijdbaan. In de EU als geheel gaat het om één op drie jongeren.
Onder jonge mannen van 15 tot 25 jaar waren de verschillen in het aandeel deeltijdwerkers met andere EU-lidstaten het grootst: in deze groep is het aandeel Nederlandse deeltijdwerkers met 70 procent bijna driemaal zo hoog als het EU-gemiddelde.
Groei van deeltijdwerk in EU
Het aandeel deeltijdwerkers groeide in Nederland net als in vrijwel alle andere Europese landen. Tien jaar geleden ging het nog om 45 procent in Nederland, tegenover 50 procent in 2013. In de EU nam het aandeel deeltijdwerkers toe van 16 naar 20 procent. Onder jongeren steeg het aandeel deeltijdwerkers het snelst: werkte in 2002 nog 22 procent van de Europese jongeren onder de 25 jaar in deeltijd, in 2013 was dat 32 procent.
Aandeel werkenden met een deeltijdbaan, 2013
Lydia Geijtenbeek
Part-time employment as percentage of the total employment, by sex and age, Eurostat