Oordeel en verwachtingen: aardolie-, chemische-, rubber- en kunststofproductenindustrie
Uit de Conjunctuurenquête Nederland van april 2014 blijkt dat het beeld in de aardolie-, chemische-, rubber- en kunststofproductenindustrie positiever is dan een maand eerder. Het oordeel van de ondernemers over de orderpositie verslechterde weliswaar, maar de verwachtingen voor de komende drie maanden zijn positief.
Orderontvangsten toegenomen
Volgens de ondernemers waren de orderontvangsten in de periode januari – maart 2014 een stuk hoger dan in de periode oktober – december 2013. Ook de productie is in die periode flink toegenomen. De werkvoorraad, uitgedrukt in de index orderpositie, kwam in maart bijna 0,5 procentpunt hoger uit op 100,1 (september 2011=100). De omvang van de totale orderpositie beoordeelden de ondernemers als te klein, gelet op de tijd van het jaar. Het oordeel over de voorraad gereed product verbeterde in april iets.
Orderpositie, oordeel 1) en index 2)
1) oordeel orderpositie = saldo van het percentage ondernemers dat positief of negatief oordeelt.
2) index orderpositie = ontvangen orders uitgedrukt in maanden werk, geïndexeerd.
Onvoldoende vraag blijft grootste probleem
Volgens de ondernemers is hun concurrentiepositie in het eerste kwartaal van 2014 op zowel de binnenlandse afzetmarkt als de buitenlandse afzetmarkt buiten de EU iets verslechterd. Op de buitenlandse afzetmarkt binnen de EU verbeterde deze echter. De bezettingsgraad van de productie-installaties lag in april op 81,5 procent, bijna 2 procentpunt hoger dan drie maanden eerder. De ondernemers vinden de omvang productiecapaciteit in april te groot. Het aantal ondernemers dat aangeeft dat onvoldoende vraag de productie belemmert daalde van 15 procent in januari tot 13 procent in april.
Stijging productie en inkopen verwacht
Over de ontwikkeling van het economisch klimaat voor hun bedrijf in de komende drie maanden zijn de ondernemers positief gestemd. Zij voorzien een flinke groei van de productie en daarbij denken ze ook meer inkooporders te plaatsen. Verder verwachten ze stabiele afzetprijzen. Over de werkgelegenheid zijn de ondernemers voor de derde maand op rij minder negatief. Per saldo verwacht nog maar 1,4 procent van hen minder personeel in te zetten.