Inkomen uit arbeid van studenten
Het gaat om studenten die ten minste één week inkomen uit arbeid of eigen onderneming gehad hebben. De gegevens zijn afkomstig van het Inkomenspanelonderzoek (IPO). In de eerste figuur zijn alleen de neveninkomsten geteld van studenten in het hoger onderwijs die het gehele jaar recht hadden op een beurs of lening volgens de Wet Studiefinanciering (WSF).
Onder inkomen uit arbeid wordt verstaan het loon en salaris, inclusief de werknemers- en werkgeversbijdrage in de premies voor de sociale verzekeringen, tantième, spaarloon en de beloning van arbeid die niet in dienstbetrekking is verricht. Ook de waarde van het privégebruik van de auto van de werkgever is hiertoe gerekend. Inkomen uit eigen onderneming bestaat uit het fiscale resultaat uit onderneming vermeerderd met het bedrag van de investeringsaftrek.
De gegevens over de gewerkte uren en beroepen zijn afkomstig uit de Enquête Beroepsbevolking. In de tweede en derde figuur zijn alleen de gegevens geteld van studenten in het hoger onderwijs die het gehele jaar recht hadden op een beurs of lening volgens de Wet Studiefinanciering (WSF).
Informatie over beroepen is gepresenteerd aan de hand van de internationale beroepenclassificatie (ISCO 2008) als gepubliceerd door de International Labour Organisation. Om uitspraken te kunnen doen over substantiële groepen is er in dit artikel voor gekozen te publiceren op basis van de eerste drie cijfers van deze 4-cijferige ISCO 2008 beroepenclassificatie.