Industriebeeld: producentenvertrouwen verder onderuit
De stemming onder ondernemers in de industrie is in november verder verslechterd. Met name over de toekomstige productie waren de producenten negatiever. Het producentenvertrouwen daalde van -3,2 in oktober naar -4,8 in november. Zo pessimistisch zijn de ondernemers bijna twee jaar niet geweest.
De industrie behaalde in september 13 procent meer omzet dan een jaar eerder. In augustus bedroeg de groei 16 procent. De door de industrie verkochte producten waren bijna 10 procent duurder dan in september 2010. De gemiddelde dagproductie van de Nederlandse industrie was in september ruim 2 procent groter dan in september 2010. Daarmee is de productiegroei iets sterker dan in augustus.
In het derde kwartaal van 2011 groeide de Nederlandse economie met 1,1 procent ten opzichte van dezelfde periode een jaar eerder.
Productiegroei en producentenvertrouwen
Ondernemers veel somberder over toekomstige productie
Het producentenvertrouwen is samengesteld uit drie deelindicatoren: de verwachte productie in de komende drie maanden, het oordeel over de orderpositie en het oordeel over de voorraden gereed product.
De daling van het producentenvertrouwen in november kan geheel worden toegeschreven aan een veel pessimistischere kijk op de toekomstige productie. Deze deelindicator verslechterde ten opzichte van oktober aanzienlijk. Daarentegen verbeterde het oordeel over de orderpositie iets. Het oordeel over de voorraden veranderde nagenoeg niet.
Het aantal ondernemers dat verwacht de personeelsomvang in de komende drie maanden uit te breiden was in november voor de vijfde maand op rij kleiner dan het aantal dat verwacht het personeelsbestand in te krimpen. In deze periode is de groep die een krimp voorziet steeds iets groter geworden.
De ondernemers gaven aan dat de waarde van hun orderontvangsten in de afgelopen drie maanden iets is afgenomen. Met 100,5 was de index orderpositie (orders uitgedrukt in maanden werk) in november wel iets hoger dan in oktober.
Toename voorraden blijft groot
De ondernemers in de industrie hielden in september 11 procent meer voorraad gereed product aan dan in september 2010. De voorraden zijn al negen maanden onafgebroken hoger dan een jaar eerder. De index van de voorraden gereed product (2005=100) kwam in september uit op 107,4 tegen 110,1 in augustus.
Sterkste omzettoename in transportmiddelenindustrie
De transportmiddelenindustrie behaalde in september 37 procent meer omzet en de aardolie-, chemische, rubber- en kunststofproductenindustrie 24 procent meer. Ook in de basismetaal- en metaalproductenindustrie was de omzet hoger dan in september 2010, maar hier was de toename minder groot (8 procent). De voedings- en genotmiddelenindustrie realiseerde 7 procent meer omzet. In deze branche viel de toename volledig toe te schrijven aan hogere prijzen. De omzet van de elektrotechnische en machine-industrie was een fractie lager dan een jaar eerder.
In september werd door de gehele industrie op buitenlandse markten 15 procent meer omzet behaald dan een jaar eerder en op de binnenlandse markt 10 procent meer. De toename van de in het buitenland gerealiseerde omzet is al ruim anderhalf jaar groter dan die van de omzet in eigen land.
Productie transportmiddelenindustrie groeit het meest
Met 20 procent nam de productie in september 2011 het meest toe in de transportmiddelenindustrie vergeleken met een jaar eerder. Ook in de elektrotechnische en machine-industrie (5 procent) en de voedings- en genotmiddelenindustrie (4 procent) was de productie hoger. De basismetaal- en metaalproductenindustrie en de aardolie-, chemische, rubber- en kunststofproductenindustrie produceerden een fractie minder dan een jaar eerder.
Economische groei loopt terug
In het derde kwartaal van 2011 groeide de Nederlandse economie met 1,1 procent ten opzichte van dezelfde periode een jaar eerder. Daarmee was de groei kleiner dan in het tweede kwartaal, toen deze 1,6 procent bedroeg. Ten opzichte van het tweede kwartaal nam het bruto binnenlands product (bbp) in het derde kwartaal met 0,3 procent af. Hierbij is rekening gehouden met werkdag- en seizoeneffecten. In de voorgaande twee jaar is de economie telkens gegroeid ten opzichte van het voorafgaande kwartaal.
De goederenproducenten leverden 2,5 procent meer productie dan een jaar eerder. Met 5,4 procent was de productiegroei het grootst in de delfstoffenwinning. Bij de industrie bedroeg de toename 2,6 procent.
De investeringen namen met 4,6 procent toe ten opzichte van een jaar eerder. Daarmee was de investeringsgroei nagenoeg gelijk aan een kwartaal eerder.
De consumptie van huishoudens was 1,1 procent lager dan in het derde kwartaal van 2010. De huishoudens besteedden ruim 2 procent minder aan goederen. Daar tegenover stond een kleine toename van de bestedingen aan diensten. De overheidsconsumptie was 0,2 procent lager dan een jaar eerder.
De uitvoer groeide met 4,0 procent en de invoer met 3,8 procent. Daarmee was zowel de toename van de uitvoer als die van de invoer kleiner dan in het tweede kwartaal. De groei van de wederuitvoer was kleiner dan in het tweede kwartaal, de groei van de uitvoer van Nederlands product bleef nagenoeg gelijk.