Industriebeeld: producentenvertrouwen doet opnieuw een stapje terug
Het producentenvertrouwen deed in mei een stapje terug. De vertrouwensindicator kwam uit op 3,1 tegen 4,6 in april. Dit komt door een flinke verslechtering van het oordeel over de orderpositie. Mei was de tweede maand op rij waarin de stemming onder ondernemers in de industrie iets verslechterde. In maart bereikte het producentenvertrouwen met 5,8 nog het hoogste niveau in drie jaar tijd.
De ondernemers in de industrie behaalden in maart 17 procent meer omzet dan in maart 2010. Dit is weliswaar een iets minder sterke toename dan die in februari, maar de omzetgroei was die maand met 24 procent ongekend groot. De door de industrie verkochte producten waren in maart bijna 13 procent duurder dan een jaar eerder. De gemiddelde dagproductie van de Nederlandse industrie lag in maart ruim 3 procent hoger dan in maart 2010. Deze toename is beduidend kleiner dan die in februari, toen de productie met ruim 9 procent groeide.
In het eerste kwartaal van 2011 groeide de Nederlandse economie met 3,2 procent ten opzichte van dezelfde periode een jaar eerder.
Productiegroei en producentenvertrouwen
Flinke verslechtering oordeel orderpositie
Het producentenvertrouwen is samengesteld uit drie deelindicatoren: het oordeel over de orderpositie, de verwachte productie in de komende drie maanden en het oordeel over de voorraden gereed product.
Het oordeel over de orderpositie verslechterde in mei aanzienlijk. Het oordeel over de voorraden gereed product verbeterde daarentegen iets. De verwachting over de productie in de komende drie maanden veranderde nauwelijks.
Net als in de voorgaande maanden verwachtten de ondernemers in mei dat de verkoopprijzen in de komende drie maanden zullen stijgen. Het aantal ondernemers dat een toename van de personeelsomvang verwachtte was even groot als het aantal dat een afname voorzag. Met 104,5 was de index orderpositie (orders uitgedrukt in maanden werk) iets lager dan in april.
Voorraadgroei houdt aan
De ondernemers in de industrie hielden in maart ruim 6 procent meer voorraad gereed product aan dan in maart 2010. Dit is de derde maand op rij dat de voorraden eindproduct hoger zijn dan een jaar eerder. Hierbij moet wel in ogenschouw worden genomen dat in de eerste maanden van 2010 de terugval in de voorraden met circa 15 procent op zijn grootst was. De index van de voorraden gereed product (2005=100) kwam uit op 101,8. Dit is bijna 1 punt hoger dan in februari.
Omzet groeit in alle branches
De omzet nam bij de aardolie-, chemische, rubber- en kunststofproductenindustrie met 24 procent het meest toe, bij de voedings- en genotmiddelenindustrie met 10 procent het minst. De groei in beide branches viel bijna geheel toe te schrijven aan hogere prijzen. De ondernemers in de elektrotechnische- en machine-industrie en basismetaal- en metaalproductenindustrie realiseerden 23 procent meer omzet, die in de transportmiddelenindustrie 18 procent.
De omzet op de binnenlandse markt was in maart 12 procent hoger dan een jaar eerder. Op de buitenlandse markt was de toename bijna twee keer zo groot.
Spreiding in productiegroei blijft aanzienlijk
In alle bedrijfsklassen was de productiegroei minder sterk dan vorige maand, maar de spreiding in productiegroei bleef aanzienlijk. Met 32 procent was de productietoename het grootst in de transportmiddelenindustrie. De elektrotechnische en machine-industrie en basismetaal- en metaalproductenindustrie leverden 7 procent meer productie dan in maart 2010. In de aardolie-, chemische, rubber- en kunststofproductenindustrie nam de productie eveneens toe. In de voedings- en genotmiddelenindustrie nam de productie met 4 procent af.
Forse groei bruto toegevoegde waarde industrie
De economische groei in het eerste kwartaal van 2011 is de hoogste in drie jaar. Vergeleken met het vierde kwartaal van 2010 nam het bruto binnenlands product (bbp) in het eerste kwartaal met 0,9 procent toe. Hierbij is rekening gehouden met werkdag- en seizoeneffecten.
De goederenproducenten leverden in het eerste kwartaal 5,5 procent meer productie. Hier deden vooral de bouwnijverheid en de industrie, met een groei van 8,4 procent, goede zaken. De bouwproductie lag maar liefst 12,9 procent boven het niveau van een jaar eerder. Het weer was zeer zacht vergeleken met het eerste kwartaal van 2010. De productie van commerciële dienstverleners was 3,0 procent hoger. Bij de overheid en de zorg was de stijging met 1,4 procent gematigd.
De investeringen in vaste activa groeiden met 11,9 procent. De uitvoer nam met 5,7 procent toe en de invoer met 5,4 procent. Door huishoudens werd iets meer besteed dan in het eerste kwartaal van 2010.