Realisaties: elektrotechnische en machine-industrie
Juni 2010 was voor de elektrotechnische en machine-industrie een goede maand. Zowel de omzet als de waarde van de orderontvangsten lagen op een duidelijk hoger niveau dan twaalf maanden eerder. Mede daardoor was ook het productievolume fors groter. De producten van deze branche waren een fractie duurder dan vorig jaar.
Omzet, orders, productie en afzetprijs (juni 2010)
Forse omzetgroei
Per gemiddelde werkdag heeft de elektrotechnische en machine-industrie in juni 2010 bijna een kwart meer afgezet. Door licht gestegen prijzen en doordat juni in 2010 een werkdag extra telde ten opzichte van 2009, kwam de omzet ruim 30 procent hoger uit.
Vooral de machine-industrie deed goede zaken. De omzet in deze subbranche was 45 procent hoger dankzij een forse omzetgroei van ruim 60 procent op de exportmarkt.
De elektrotechnische en elektrische apparatenindustrie boekte een omzetwinst van ruim 8 procent. De buitenlandse verkopen trokken duidelijk aan met een groei van 17 procent. Op de Nederlandse markt hadden bedrijven in deze subbranche het echter moeilijker. Hier werd ten opzichte van vorig jaar ruim 8 procent van de omzet ingeleverd.
In het tweede kwartaal was de omzetgroei in de elektrotechnische en machine-industrie 20 procent. De extra omzet kwam met een toename van ruim 30 procent volledig voor rekening van het buitenland. Nederlandse klanten kochten ten opzichte van het tweede kwartaal van 2009 bijna 5 procent minder.
Hogere orderontvangsten
Voor de elektrotechnische en machine-industrie is het beeld van de ontwikkeling van de orderontvangsten identiek aan dat van de omzet. Net zoals bij de omzet was ook de waarde van de ontvangen orders in juni fors hoger dan vorig jaar, ongeveer 35 procent.
Ondernemers in de machine-industrie konden voor de helft meer aan orders bijschrijven vergeleken met juni 2009. Deze extra vraag kwam net zoals bij de omzet, met een toename van 60 procent, grotendeels uit het buitenland.
Ondernemers in de elektrotechnische en elektrische apparatenindustrie ontvingen voor een kleine 8 procent meer aan orders. De buitenlandse klanten plaatsen voor 16 procent meer aan orders, terwijl Nederlandse klanten juist voor 9 procent minder bestelden.
Mede door deze resultaten zijn er in het tweede kwartaal voor bijna een kwart meer aan orders ontvangen door de elektrotechnische en machine-industrie. De buitenlandse klanten waren volledig verantwoordelijk voor deze groei. De Nederlandse bedrijven zijn nog niet meer gaan investeren na de crisis van vorig jaar.
Afzetprijzen iets hoger
In een jaar tijd zijn de producten van de elektrotechnische en machine-industrie 1 procent duurder geworden. Voor buitenlandse klanten zijn de afzetprijzen in juni vrijwel gelijk gebleven, terwijl ze voor Nederlandse klanten met bijna 2,5 procent zijn gestegen.
De prijsontwikkeling in juni is representatief voor het gehele tweede kwartaal. Wel is er een kleine prijsstijging zichtbaar voor producten die verkocht zijn aan buitenlandse klanten.
Hogere productie
In juni is er in de elektrotechnische en machine-industrie fors meer geproduceerd. Per gemiddelde werkdag was het productievolume 21 procent groter dan vorig jaar juni. Over het gehele tweede kwartaal kwam de productiegroei uit op 17 procent.
Omzet, productie en afzetprijs (3-maandsvoortschrijdendgemiddelde)
