Hoe mobiel is werkend Nederland?
In 2003 hadden ruim 3,29 miljoen Nederlanders een volledige baan. Een jaar later had nog 86 procent dezelfde baan en woonde ook nog in hetzelfde huis. Bijna 5 procent had een andere baan en ruim 8 procent was verhuisd. Slechts 0,8 procent verwisselden zowel van baan als huis.
Doorsnee fulltimer ruim 40 jaar
Gemiddeld waren medewerkers met een volledige baan 40,3 jaar oud. Ze werkten 8,7 jaar bij de huidige werkgever en hadden een dagloon van bijna 96 euro. Verder woonden ze op gemiddeld 12 kilometer van de werkplek. Een vierde van de fulltime werknemers was vrouwelijk en meer dan 70 procent had een geregistreerd partner met gemiddeld één kind. Een kwart van de fulltimers had een partner met een volledige baan.
Mobiliteit van baan en woning, 2003-2004
Jongeren mobieler
Jongeren zijn het meest mobiel. Het aandeel werkenden dat naar een andere baan gaat, daalt naar mate de leeftijd stijgt. Voor jongeren tussen de 15 en de 24 jaar ligt het percentage job-hoppers op bijna 11 procent, terwijl van de 55-plussers nog maar 1,9 procent van baan wisselt. Ook verhuizen jongeren vaker. Ruim 17 procent van de jongeren zoekt en vindt een nieuwe woonruimte, tegen 2,9 procent van de ouderen. Het hoger percentage bij de jongeren komt omdat ze het ouderlijk huis verlaten of na hun studie verhuizen. Van degene die zowel een nieuwe baan aannam als een nieuwe woning betrok, behoorde 2,6 procent tot de jeugdigen en slechts 0,1 procent tot de mensen aan het eind van hun loopbaan.
Aandeel werkenden vrouwen, geregistreerd partnerschap en partners met beiden een volledige baan, 2004
Arbeidsparticipatie
Werknemers tussen de 15 en de 24 werken gemiddeld 2,4 jaar bij hun huidige werkgever. Dit aantal jaren loopt op naarmate de fulltime medewerker ouder wordt om uiteindelijk uit te komen op 15,4 jaar voor de groep 55-64 jarigen. De gemiddelde afstand tussen wonen en werken is onafhankelijk van de leeftijd. De jeugd woont met gemiddeld 10 kilometer het dichtst bij de werkplek. Fulltimers tussen de 25 en 35 jaar wonen met 12,9 kilometer het verst van hun werk. Omdat het loon stijgt met leeftijd en ervaring verdienen jeugdigen een dagloon van 49 euro. Dit loopt op tot 113 euro bij de hoogste leeftijdsgroep. De arbeidsparticipatie van jeugdige vrouwen met een volledige werkkring is met 38 procent flink hoger dan de 18 procent bij de 55-plussers. Het geregistreerd partnerschap loopt op naar mate men ouder is van 24 procent bij de jongste leeftijdsgroep tot 82 procent in de hoogste leeftijdsgroep. Bij de jongeren wonen de meesten nog thuis en tellen daardoor als kinderen. Van de overige leeftijdsgroepen is het gemiddelde kindertal van ongeveer 1, 3 het grootst bij de werkenden tussen de 35 en de 55 jaar. Tweeverdieners met beiden een volledige werkring komen met 36 procent het vaakst voor in de leeftijdsgroep van 25 tot 34 jaar.
Reden mobiliteit
Hoe langer mensen bij een bedrijf werken of hoe groter het bedrijf is, des te minder is men geneigd om van baan te wisselen. Dit zien we ook terug bij vrouwen en ouderen. Aan de andere kant verkassen hoogopgeleiden (HBO/WO) makkelijker van werkgever. Dit geldt ook voor mensen met een grote woon-werkafstand. Het verhuisgedrag is over het algemeen lager bij gehuwden met kinderen, terwijl een grote woonwerk afstand en een hoger salaris de verhuisbereidheid vergemakkelijkt. Daarnaast komen verhuizingen ook minder voor bij ouderen. Hoogopgeleiden en werknemers met een partner met een volledige werkkring zijn eerder bereid te verhuizen. De bereidheid om zowel van baan als van woonplaats te veranderen, daalt naar mate het aantal dienstjaren stijgt, een bedrijf groter of de leeftijd hoger is. Dat geldt ook voor gehuwden met kinderen. Een hoger salaris leidt eerder tot een verandering van zowel baan als woonplaats. Dit leidt ertoe dat individuen met een beter betaalde baan eerder beslissen om hun loopbaan bij een andere werkgever voort te zetten. Ook grote woonwerkafstanden bevorderen de bereidheid om binnen een jaar zowel van baan als van woonplaats te veranderen.
leeftijdsklasse | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|
15-24 | 25-34 | 35-44 | 45-54 | 55-64 | 15-64 | |
gemiddelde leeftijd | 22,1 | 29,9 | 39,5 | 49,3 | 57,2 | 40,3 |
aantal dienstjaren bij de huidige werkgever | 2,4 | 4,3 | 8,2 | 12,7 | 15,4 | 8,7 |
woon-werk afstand in km | 10,0 | 12,9 | 12,6 | 10,9 | 11,3 | 12,0 |
gemiddeld fiscale dagloon [2002] | � 49,91 | � 80,53 | � 101,43 | � 108,41 | � 112,98 | � 95,58 |
gemiddeld aantal kinderen per huishouden | 1,3 | 0,6 | 1,3 | 1,2 | 0,4 | 1,0 |
aandeel vrouwen in fulltime beroepsbevolking | 38% | 33% | 21% | 21% | 16% | 25% |
aandeel beide partners met een volledige baan | 17% | 36% | 23% | 22% | 15% | 25% |
geregistreed partnerschap | 24% | 64% | 77% | 80% | 82% | 71% |
verandert nog van baan als van woning | 69,4% | 77,4% | 88,2% | 93,1% | 95,1% | 86,1% |
verandert van baan | 10,9% | 6,9% | 4,6% | 3,0% | 1,9% | 4,9% |
verandert van woning | 17,2% | 14,0% | 6,7% | 3,8% | 2,9% | 8,2% |
verandert van baan en woning | 2,6% | 1,6% | 0,5% | 0,2% | 0,1% | 0,8% |
Bron: CBS |
Hub Beunen en Kristin Kronenberg
Bron: The determinants of job and residential mobility in the Netherlands (working paper), Kristin Kronenberg and Martin Carree, Universiteit Maastricht.