Industriebeeld: ondernemers weer minder somber
Ondernemers in de industrie waren in november minder somber gestemd dan in oktober. Het producentenvertrouwen steeg van -7,8 naar -5,6. Sinds het dieptepunt in februari (-22,9) toont deze indicator een duidelijk herstel, maar de stemming is nog wel negatief.
De ondernemers in de industrie behaalden in september 21 procent minder omzet dan een jaar eerder. De afname van de industriële omzet is vanaf juni elke maand iets kleiner dan de voorgaande maand. De lagere omzet in september komt voor ruim de helft door lagere afzetprijzen. De gemiddelde dagproductie van de Nederlandse industrie was in september bijna 8 procent lager dan in september 2008. Deze afname is kleiner dan die in augustus, toen de productie ruim 9 procent kromp. De industriële productie lag in het eerste half jaar van 2009 circa 13 procent lager dan een jaar eerder; sindsdien is de afname elke maand kleiner geworden.
In het derde kwartaal van 2009 is het volume van de bruto toegevoegde waarde van de industrie ten opzichte van hetzelfde kwartaal van 2008 gekrompen met 6,3 procent. Dat is een minder harde terugval dan in de eerste twee kwartalen van 2009. In het eerste kwartaal was het volume van de bruto toegevoegde waarde 14,1 procent kleiner en in het tweede kwartaal was het volume 12,8 procent kleiner.
Productiegroei en producentenvertrouwen
Ondernemers positiever over te verwachten productie
Het producentenvertrouwen is samengesteld uit drie deelindicatoren: de verwachte productie in de komende drie maanden, het oordeel over de voorraden gereed product en het oordeel over de orderpositie.
Het aantal ondernemers dat verwachtte dat de productie in de komende drie maanden zal toenemen was voor het eerst in meer dan een jaar tijd groter dan het aantal dat een afname voorzag. Ook over hun voorraden gereed product waren de ondernemers optimistischer dan in oktober. Het oordeel over de orderpositie veranderde nauwelijks en bleef zeer negatief.
In november waren de ondernemers iets positiever over de waarde van de orderontvangsten in de voorgaande drie maanden dan in oktober. Over de toekomstige ontwikkeling van de werkgelegenheid in hun branche waren zij daarentegen onverminderd somber.
Afname omzet in alle branches
Alle branches behaalden in september minder omzet. In de transportmiddelenindustrie liep de omzet met ruim 42 procent het sterkst terug. In de elektrotechnische en machine-industrie en de voedings- en genotmiddelenindustrie was de afname van de omzet met circa 6 procent het kleinst.
Op de binnenlandse markt was de omzet 18 procent lager dan in september 2008 en op de buitenlandse markt 24 procent.
Groot productieverlies transportmiddelenindustrie
In alle branches was de productie lager dan in september 2008. De terugval was het grootst in de transportmiddelenindustrie, daar werd bijna 34 procent minder geproduceerd. In de voedings- en genotmiddelenindustrie en de aardolie-, chemische en rubber- en kunststofproductenindustrie was de afname met circa 2,5 procent het kleinst.
Krimp bruto toegevoegde waarde industrie kleiner
De Nederlandse economie is in het derde kwartaal van 2009 met 3,7 procent gekrompen ten opzichte van een jaar eerder. Deze krimp is aanzienlijk kleiner dan die in het eerste halfjaar. Vergeleken met het tweede kwartaal groeide de economie weer, na vier kwartalen met een negatieve kwartaal-op-kwartaalgroei. De export was aanzienlijk lager dan een jaar geleden maar ook hier is de daling veel minder dan in het eerste halfjaar. De investeringen vielen wel verder terug. Huishoudens blijven terughoudend bij hun uitgaven. De overheidsbestedingen namen als enige wel toe. Het aantal banen was ruim 140 duizend lager dan een jaar geleden.
In het derde kwartaal van 2009 was het volume van de uitvoer van goederen en diensten 8,1 procent lager dan in hetzelfde kwartaal van 2008. Deze daling is groot, maar veel kleiner dan in beide voorgaande kwartalen waarin de daling rond 12 procent lag. De relatieve verbetering betreft zowel de uitvoer van Nederlands product als de wederuitvoer. De invoer van goederen en diensten was ruim 9 procent lager dan een jaar eerder. Vooral de invoer van duurzame consumptiegoederen en investeringsgoederen is lager.
Vooral dankzij de verbeterde exportprestatie was de teruggang van de industriële productie veel minder groot dan in het eerste halfjaar. Ook de handel en de transport profiteerden hiervan waardoor ook in die bedrijfstakken de daling minder groot was. In de industrie was het herstel het grootst in de chemie en in de basismetaal en machinebouw.