Grote verschillen in dynamiek bedrijfstakken
De energiesector was in 2008 de meest dynamische branche, er kwamen 130 bedrijven bij. De toename is het resultaat van 235 toetreders en 105 uittreders, respectievelijk 29 en 13 procent van het totale aantal energiebedrijven in 2008. Bij de overheid en het openbaar bestuur waren deze veranderingen het kleinst.
Bedrijven, toetreders en uittreders in 2008
Flinke toename energiebedrijven, minder financiële instellingen
Van alle energiebedrijven, zijn de meeste toetreders producenten van elektriciteit. Maar ook het aantal ondernemingen met activiteiten in de handel van energie of het transporteren ervan, is fors toegenomen.
In de bedrijfstak met de financiële instellingen was het aantal uittreders hoger dan het aantal toetreders. Het verschil was overigens zeer beperkt. Het percentage uittreders in deze bedrijfstak was 16,6 procent, tegenover 16,5 procent toetreders.
Veel nieuwe eenpitters
In de periode 2006-2009 steeg het aantal bedrijven en instellingen in Nederland met jaarlijks 5 procent. Deze stijging heeft zich vooral voltrokken bij bedrijven met één werkzame persoon, de zogeheten eenpitters. Deze groei is voor een deel te verklaren door de verlichting van de administratieve lasten. Veel kleine ondernemers geven de economie over het algemeen nieuwe impulsen door middel van uitvindingen of nieuwe producten.
Toetredingspercentage op 1-1-2008 en eenjarig continueringspercentage, per bedrijfstak
A Landbouw
B Visserij
C Delfstoffenwinning
D Industrie
E Energie
F Bouwnijverheid
G Reparatie en handel
H Horeca
I Vervoer, opslag en communicatie
J Financiële instellingen
K Zakelijke dienstverlening
L Overheid en openbaar bestuur
M Onderwijs
N Gezondheids- en welzijnszorg
O Milieudienstverlening, cultuur en recreatie
Toetredings- en continueringspercentage per bedrijfstak
Het toetredingspercentage en de continueringspercentage in bedrijfstakken geven een indruk van de dynamische structuur in de Nederlandse economie. De bedrijfstakken met een laag toetredingspercentage en een hoge continueringskans zijn onder meer de horeca, landbouw, industrie en de overheid. De bouwnijverheid daarentegen is een branche met een hoge dynamiek en in dit klimaat weten betrekkelijk veel bedrijven te overleven. Blijkbaar is dit een markt met een goede kans van slagen voor een startende ondernemer. De gehele commerciële en zakelijke dienstverlening kenmerkt zich door de lage toetredingsdrempels. In deze branches is het relatief eenvoudiger een bedrijf op te richten. Overleven in deze sectoren is echter een stuk lastiger dan gemiddeld. De visserij is een branche met weinig nieuwe toetreders. Het lage continueringspercentage geeft aan dat de situatie in deze markt relatief minder gunstig was vergeleken met de andere bedrijfstakken.
Toetredingspercentage op 1-1-2008 en eenjarig continueringspercentage, per provincie
Hogere dynamiek in de randstad
Het toetredingspercentage en de continueringskans in regio’s geven een indruk van de regionale marktsituatie. Daarbij moet rekening worden gehouden met het feit dat bedrijven die nieuw zijn voor een regio niet alleen nieuw hoeven te zijn opgericht, maar ook kunnen zijn verhuisd vanuit een andere regio. In de Randstadprovincies verhuizen relatief meer bedrijven en worden meer bedrijven opgericht dan in de rest van Nederland. Maar daartegenover staat dat een bedrijf gevestigd in één van de Randstadprovincies, ook letterlijk sneller ‘verdwijnt’ uit het straatbeeld. In Flevoland zijn naar verhouding veel nieuwe bedrijven gevestigd, maar deze zijn na één jaar ook relatief sneller verdwenen of verhuisd naar een andere locatie in Nederland.
Rico Konen
Bron:
Bedrijven; economische activiteit en grootte
Bedrijven; vestigingen per regio naar economische activiteit