Realisaties: aardolie-, chemische, rubber- en kunststofproductenindustrie
In juni heeft de aardolie-, chemische, rubber- en kunststofproductenindustrie ten opzichte van juni 2008 grote omzet- en productieverliezen geleden. De waarde van de ontvangen orders daalde flink en de afzetprijs was fors lager dan een jaar eerder.
Omzet, productie en afzetprijs (juni 2009)
Stevige omzetdaling
In juni 2009 nam de omzet van de aardolie-, chemische, rubber- en kunststofproductenindustrie met ruim 35 procent af. Ook in de zes daaraan voorafgaande maanden was de daling van de omzet telkens meer dan 30 procent. De forse omzetdaling is een direct gevolg van de verandering van de prijs van ruwe olie op de wereldmarkt. Daarnaast zorgt het slechte economische klimaat er voor dat de productiecapaciteit niet volledig wordt benut. Op de binnenlandse markt was het omzetverlies bijna 45 procent en op de buitenlandse afzetmarkt werd in juni circa 30 procent minder omgezet.
Van de vier onderliggende branches werd in de aardolie-industrie de grootste omzetdaling gemeten. De omzet in deze subbranche was in juni vrijwel gehalveerd. De omzet van de chemische industrie was 30 procent lager. De farmaceutische industrie had een omzetafname van 6 procent. De rubber- en kunststofproductenindustrie had bijna 15 procent minder omzet. De lagere omzet in deze subbranche is vooral het gevolg van een kleinere afzet. De omzetkrimp van de drie overige subbranches was juist grotendeels het gevolg van lagere afzetprijzen.
In het tweede kwartaal van 2009 daalden de afzetprijzen in dezelfde orde van grootte als in juni. Ook de ontwikkelingen in het binnen- en het buitenland waren vrijwel hetzelfde als die van juni.
Lagere waarde orderontvangsten
In de chemische industrie was de waarde van de orderontvangsten in juni bijna 30 procent lager. Dit is een forse teruggang. De ontwikkelingen in het binnenland en het buitenland ontliepen elkaar in de chemie nauwelijks. De waarde van de orderontvangsten in de farmaceutische industrie was in juni ruim 5 procent lager dan een jaar eerder. Op de voor deze subbranche erg belangrijke buitenlandse markt was het verlies bijna 6 procent. Op de thuismarkt werd een verlies van ruim 4,5 procent geleden.
In het tweede kwartaal daalde de waarde van de orderontvangsten op de thuismarkt met ruim 2 procent. In het buitenland was de waarde 11 procent lager.
Afzetprijs beduidend lager
De aardolie-, chemische, rubber- en kunststofproductenindustrie rekende in juni, vergeleken met een jaar eerder, bijna 30 procent minder voor haar producten. De prijsontwikkeling in deze branche hangt sterk samen met de prijs van ruwe aardolie. Een vat North Sea Brent olie kostte in juni, omgerekend in euro’s, ruim 40 procent minder dan een jaar eerder.
In april en mei daalden de prijzen in dezelfde mate als in juni. Het tweede kwartaal kende dus ook een prijsdaling van bijna 30 procent.
Productie opnieuw kleiner
Het volume van de gemiddelde dagproductie van de aardolie-, chemische, rubber- en kunststofproductenindustrie was in juni 12 procent kleiner dan in de overeenkomstige maand van 2008.
De ontwikkelingen in het tweede kwartaal liggen in lijn met de ontwikkelingen in juni.
Volume bruto toegevoegde waarde fors kleiner
Het volume van de bruto toegevoegde waarde in de aardolie-, chemische, rubber- en kunststofproductenindustrie was in het eerste kwartaal van 2009 ruim 14 procent kleiner dan in het eerste kwartaal van 2008. In het vierde kwartaal van 2008 was dit volume ook al fors kleiner. Hier ging een periode van ruim drie jaar aan vooraf waarin het volume elk kwartaal groter was dan het jaar ervoor.