Oordeel en verwachtingen: metaal-, elektrotechnische en transportmiddelenindustrie

Uit de Conjunctuurtest van juli 2009 blijkt dat het beeld in de metaal-, elektrotechnische en transportmiddelenindustrie onveranderd slecht is. De orderontvangsten zijn opnieuw afgenomen en de oordelen zijn nog steeds somber. In hun verwachtingen zijn de ondernemers pessimistisch.

Negatieve stemming

Volgens de ondernemers zijn de orderontvangsten in de afgelopen drie maanden afgenomen. De index orderpositie is gedaald en komt uit op 99,7 (juli 2000=100). Het oordeel over de totale en buitenlandse orderpositie is nog steeds zeer slecht. Het oordeel over de voorraad gereed product veranderde niet.

Orderpositie, oordeel 1 en index 2

Orderpositie, oordeel en index

1) oordeel orderpositie = saldo van het percentage ondernemers dat positief of negatief oordeelt
2) index orderpositie = ontvangen orders uitgedrukt in maanden werk, geïndexeerd

Ondernemers onveranderd pessimistisch in hun verwachtingen

De ondernemers realiseerden naar eigen zeggen de afgelopen drie maanden een lagere productie. Ze verwachten voor de maanden juli tot en met september opnieuw een afname van de productie. De ondernemers verwachten lagere afzetprijzen voor de komende drie maanden. Over de toekomstige personeelssterkte zijn de ondernemers net zo pessimistisch gestemd als een maand eerder. Van de ondernemers verwacht per saldo 42 procent een afname van het aantal werknemers.

Verwachting voor juli tot en met september 2009

Verwachting voor juli tot en met september 2009

Flinke toename bezettingsgraad

Uit de kwartaalvragen van de Conjunctuurtest blijkt dat volgens de ondernemers in het tweede kwartaal de concurrentiepositie op de binnenlandse markt verslechterd is. De concurrentiepositie binnen en buiten de EU is licht verslechterd ten opzichte van het vorige kwartaal. Voor het derde kwartaal 2009 verwachten de ondernemers opnieuw een afname van de buitenlandse afzet. De bezettingsgraad is in het tweede kwartaal gestegen en komt uit op 72,4 procent. Het aantal ondernemers dat de productiecapaciteit als (te) groot beoordeelt, is dit kwartaal flink afgenomen. Van de ondernemers geeft 41 procent op dat te weinig vraag als productiebelemmering, terwijl 46 procent  geen productiebelemmering heeft.