Industriebeeld: producentenvertrouwen krabbelt iets op
De ondernemers in de industrie zijn een tikje minder somber geworden. In maart steeg het producentenvertrouwen met 2,1 punten tot -20,8. Vooral over de toekomstige productie waren de ondernemers minder pessimistisch. In februari stond de vertrouwensindicator met -22,9 nog op het laagste niveau ooit. Na de scherpe daling in de laatste vier maanden van 2008 was het producentenvertrouwen in de eerste drie maanden van 2009 betrekkelijk stabiel.
De ondernemers in de industrie behaalden in januari 25 procent minder omzet dan een jaar eerder. In het buitenland werd 29 procent minder omgezet, op de binnenlandse markt 21 procent. De omzetdaling in januari is de grootste afname sinds de start van de reeks begin jaren negentig. In november en december was er al een omzetdaling van zo’n 15 procent.
In het vierde kwartaal van 2008 is het volume van de bruto toegevoegde waarde van de industrie ten opzichte van hetzelfde kwartaal een jaar eerder gekrompen met 5,9 procent.
Producentenvertrouwen
Ondernemers industrie minder somber over toekomstige productie
Het producentenvertrouwen is samengesteld uit drie deelindicatoren: de verwachte productie in de komende drie maanden, het oordeel van de ondernemers over de voorraden gereed product en het oordeel over de orderpositie.
De ondernemers waren in maart minder somber over de verwachte productie dan een maand eerder. Toch was het aantal ondernemers dat een toename van de productie verwachtte nog steeds veel kleiner dan het aantal dat een afname voorzag. Ook over de voorraden gereed product waren de ondernemers minder pessimistisch; een iets kleiner deel van hen beoordeelde de voorraden als groot. Het oordeel over de orderpositie verslechterde verder. Daarmee waren de ondernemers somberder over hun orderpositie dan in de afgelopen twintig jaar.
De ondernemers bleven uiterst pessimistisch over de toekomstige ontwikkeling van de werkgelegenheid in hun branche. Ook gaven zij aan dat de waarde van de orderontvangsten in de afgelopen drie maanden is afgenomen. De index orderpositie (de orderportefeuille uitgedrukt in maanden werk) daalde van 102,2 in februari tot 101,4 in maart.
Uitzonderlijk grote terugval omzet
De omzetdaling van januari is voor vrijwel de helft toe te schrijven aan lagere afzetprijzen. Daarnaast telde januari in 2009 een werkdag minder dan in 2008. Het negatieve effect hiervan op de omzetontwikkeling wordt geraamd op ongeveer 2 procent.
Alle branches behaalden minder omzet dan in januari 2008. De transportmiddelenindustrie kende met 42 procent de grootste teruggang van de omzet. In de aardolie-, chemische, rubber- en kunststofproductenindustrie was de omzetdaling met 37 procent ook meer dan gemiddeld. Deze laatste afname is voor het grootste deel toe te schrijven aan lagere afzetprijzen. De prijsontwikkeling in de aardolieverwerkende industrie hangt sterk samen met de prijs van ruwe aardolie. De prijs van een vat North Sea Brent olie halveerde bijna ten opzichte van die een jaar eerder.
Bruto toegevoegde waarde industrie krimpt sterk
In het vierdekwartaal van 2008 was het volume van de bruto toegevoegde waarde (basisprijzen) van de Nederlandse industrie 5,9 procent kleiner dan dat van het overeenkomstige kwartaal van 2007.
Over heel 2008 kromp het volume van de bruto toegevoegde waarde met 0,1 procent. In 2007 groeide het volume van de bruto toegevoegde waarde van de Nederlandse industrie nog met 3,2 procent.
De Nederlandse economie is in het vierde kwartaal van 2008 gekrompen met 0,6 procent. Voor het eerst in vijf jaar was het volume van het bruto binnenlands product (bbp) kleiner dan een jaar eerder. De teruggang van de Nederlandse economie komt vooral door het inzakken van de export. Het volume van de uitvoer van goederen en diensten was 3,3 procent kleiner dan een jaar eerder. De uitvoer van in Nederland geproduceerde goederen is sterk teruggelopen. Het niveau van de wederuitvoer veranderde nauwelijks. Alleen de export van diensten was hoger dan in het vierde kwartaal van 2007. De invoer van goederen en diensten nam met 0,3 procent af.
In het hele jaar 2008 groeide de Nederlandse economie met 2,1 procent. Deze groei ligt in de buurt van de groeicijfers van 2001, 2004 en 2005, maar is duidelijk minder dan de voorspoedige jaren 2006 en 2007. In 2007 groeide de Nederlandse economie met 3,5 procent.