Realisaties: aardolie-, chemische, rubber- en kunststofproductenindustrie
Januari 2009 was een beroerde maand voor de aardolie-, chemische, rubber- en kunststofproductenindustrie. De omzet was fors lager dan in januari 2008 en de waarde van de ontvangen orders daalde flink. Deze ontwikkelingen gaan samen met een beduidend lagere prijs van ruwe olie.
Omzet en orders, januari 2009
Fors lagere omzet
De omzet van de aardolie-, chemische, rubber- en kunststofproductenindustrie was in januari ruim 35 procent lager dan in januari een jaar eerder. Al drie maanden wordt de omzetontwikkeling van deze branche met donkerrode cijfers geschreven. De omzet werd negatief beïnvloed door meerdere factoren. Vanwege het slechte economische klimaat heeft een groot aantal bedrijven in januari de productie-activiteiten op een lager pitje gezet. Daarnaast had januari in 2009 te maken met een ongunstiger seizoenpatroon dan vorig jaar. De lagere omzet is mede veroorzaakt door een lagere prijs van ruwe olie op de wereldmarkt. Ten opzichte van januari 2008 is de prijs van North Sea Brent vrijwel gehalveerd.
In eigen land werd 40 procent minder omgezet. Op de buitenlandse markt was de omzet bijna 35 procent lager.
Van de onderliggende branches verkeren vooral de aardolie-industrie en de chemische industrie in zwaar weer. In deze subbranches waren de omzetverliezen circa 40 procent. De farmaceutische industrie en de kunststofproductenindustrie hadden in januari respectievelijk 12 en 16 procent minder omzet.
Beeld orderontvangsten wisselend
De waarde van de orderontvangsten in de chemische industrie was in januari 2009 met een afname van bijna 40 procent fors. De farmaceutische industrie had daarentegen slechts een krimp van ruim 0,5 procent ten opzichte van januari 2008.