Hoogopgeleide 25- tot 35-jarigen doen het goed op de arbeidsmarkt
Van de 25- tot 35-jarige hoogopgeleiden die geen onderwijs meer volgen, is bijna 94 procent aan het werk in 2009. Ook onder niet-westerse allochtone hoogopgeleiden is het aandeel dat werkt hoog (89 procent). Bovendien is dit aandeel sinds 2003 flink toegenomen.
Veel hoogopgeleiden aan het werk
Veel hoogopgeleiden betreden voor het eerst de arbeidsmarkt als ze 25 jaar of ouder zijn. In 2009 volgde bijna 77 procent van de hoogopgeleiden van 25 tot 35 jaar geen onderwijs meer.
Dit komt overeen met 612 duizend personen. Hiervan had bijna 94 procent een baan. Van de rest waren er 16 duizend actief op zoek naar een baan, 22 duizend personen waren niet actief op de arbeidsmarkt, bijvoorbeeld vanwege zorgtaken.
Van 2003 tot 2007 is het aandeel werkenden in de groep hoogopgeleiden van 25 tot 35 jaar licht gestegen. Vanaf 2007 is dit aandeel nagenoeg gelijk gebleven. Ondanks de economische crisis bleef het aandeel werkende hoogopgeleiden in 2009 hoog.
Aandeel werkende hoogopgeleiden (25 tot 35 jaar)
Toename bij niet-westerse allochtonen
Hoogopgeleide autochtone 25- tot 35-jarigen die geen onderwijs meer volgen, zijn vaker aan het werk dan hun allochtone hoogopgeleide leeftijdsgenoten. Wel nam juist bij de niet-westerse allochtonen het aandeel werkenden toe. In 2009 was 89 procent van de niet-westerse hoogopgeleiden van 25 tot 35 jaar aan het werk, tegenover 80 procent in 2003. Het verschil met de autochtone 25- tot 35-jarigen is hiermee kleiner geworden.
Aandeel werkende hoogopgeleiden (25 tot 35 jaar) naar herkomst
Astrid Pleijers