Voorzichtig herstel fauna

© ANP

In de periode 1990-2014 zijn de populaties zoogdieren, broedvogels, reptielen, amfibieën, vissen, libellen en vlinders met gemiddeld 15 procent toegenomen. Dit is een voorzichtig herstel, maar het compenseert slechts een beperkt deel van het verlies in de vorige eeuw. Het herstel is vooral te zien bij dieren van waterrijke natuurgebieden. Dit staat in het eerste Living Planet Report Nederland van het Wereld Natuur Fonds (WNF) waarvoor CBS de berekeningen van de Living Planet Index-indicatoren (LPI) heeft verzorgd.

Toename in waterrijke natuurgebieden, afname op het land

Na het forse natuurverlies in de vorige eeuw, is het herstel in rivieren en vooral waterrijke natuurgebieden opmerkelijk. Hier zijn verschillende dierpopulaties de afgelopen 25 jaar aanzienlijk gestegen. Vooral soorten als zalm, otter, purperreiger en veel amfibieën en libellen profiteren van schoner water, aanleg van natuurvriendelijke oevers en andere vormen van natuurherstel. Op het land staat de natuur daarentegen onder druk, met name door de intensivering in de landbouw. In het agrarische gebied namen de populaties diersoorten in de periode 1990-2014 flink af. Vooral de populaties weidevogels en vlinders zijn sterk afgenomen. Ook in de duinen en het heidelandschap zijn de populaties van verschillende diersoorten behoorlijk afgenomen.

Living planet index

De Living Planet Index (LPI) is internationaal gezien een veel gebruikte graadmeter voor de mondiale biodiversiteit. Het CBS heeft de indicatoren berekend die in de Nederlandse LPI worden gebruikt. De Nederlandse LPI geeft de trend van de populaties zoogdieren, broedvogels, reptielen, amfibieën, vissen, libellen en vlinders. Samen met het uitkomen van het eerste Living Planet Report met de recente trends in de natuur zijn op het Compendium voor de Leefomgeving enkele nieuwe deelindicatoren van de LPI door het CBS gepubliceerd. Nog niet alle data zijn ontsloten. Verschillende deelindicatoren zullen de komende jaren verder uitgebreid worden.