Elektriciteitsverbruik 16 keer hoger dan in 1950

Tussen 1950 en 2013 steeg het elektriciteitsverbruik van ruim 7 mld kWh tot 119 mld kWh. Dat is gemiddeld 4,5 procent per jaar. Tot 2008 daalde alleen gedurende de economische crisis van de jaren tachtig het elektriciteitsverbruik ten opzichte van voorgaande jaren. Vandaag publiceert het CBS een achtergrondpublicatie over elektriciteit in Nederland.

Elektriciteitsverbruik en economische groei

Tot en met 1976 steeg het elektriciteitsverbruik elk jaar harder dan de economie. Dit heeft te maken met de groei van toepassingen die werkten op elektriciteit en het feit dat deze toepassingen op steeds grotere schaal gebruikt werden. Gemiddeld steeg van 1950-1976 het elektriciteitsverbruik met 8,2 procent per jaar, de economie groeide in die periode met gemiddeld 4,6 procent per jaar. Na 1976 groeide het elektriciteitsverbruik gemiddeld genomen mee met de economie. In de periode 1977-2013 groeien zowel het elektriciteitsverbruik als de economie met gemiddeld ongeveer 2 procent per jaar.

Ontwikkeling Nederlands elektriciteitsverbruik

Elektriciteitsaanbod

Het aanbod is de som van productie en invoer, verminderd met de uitvoer. Doordat elektriciteit (nog) niet op grote schaal opgeslagen kan worden, zijn aanbod en verbruik in balans: wat wordt opgewekt, wordt ook verbruikt, binnen of buiten Nederland.

Tot en met eind jaren ’70 bestaat het aanbod van elektriciteit voor het grootste deel uit centrale productie. Het aandeel van centrale elektriciteitsproductie groeit van zo’n 75 procent in de jaren ’50 naar 90 procent in de tweede helft van de jaren ’70 en begin jaren ’80.

Daarna is het belang van decentrale productie en de import van elektriciteit toegenomen. Hierdoor nam het aandeel centrale productie af tot ongeveer de helft van het totale aanbod. Vanaf 1999 schommelt het aandeel centrale productie tussen 50 procent en 60 procent van het totale aanbod.

Aanbod van elektriciteit

Energiebronnen voor elektriciteitsproductie

In Nederland wordt elektriciteit vooral geproduceerd door verbranding van fossiele brandstoffen. Het aandeel van fossiele brandstoffen in de elektriciteitsproductie daalde licht de afgelopen jaren: van ongeveer 90 procent in 1998 tot 82 procent in 2013. Deze daling komt vooral doordat de hoeveelheid elektriciteit uit hernieuwbare bronnen groeide, van bijna 3 procent in 1998 tot 12 procent in 2013. In Nederland wordt hernieuwbare elektriciteit vooral uit wind en biomassa opgewekt.

De bijdrage van kernenergie aan de Nederlandse elektriciteitsproductie is beperkt. Van 1998 tot en met 2013 droeg kernenergie in totaal een kleine 4 procent hieraan bij.

Productie van elektriciteit naar energiebron

Bron: Achtergrondpublicatie Elektriciteit in Nederland