Werkzame beroepsbevolking vergrijst verder
In 2008 bedroeg de gemiddelde leeftijd van de werkzame beroepsbevolking 40,3 jaar. Dat was in 2001 met 38,3 jaar nog twee jaar lager. Deze stijging komt door de toename van het aantal ouderen en van hun arbeidsdeelname. Tussen 2001 en 2008 steeg de netto-arbeidsparticipatie van 55 tot 65-jarigen van 34 naar 45 procent.
Gemiddelde leeftijd werkzame beroepsbevolking en netto-arbeidsparticipatie van 55 tot 65-jarigen
Onderwijs en landbouw meest vergrijsde bedrijfstakken
De gemiddelde leeftijd van de werkzame beroepsbevolking lag in 2008 in het onderwijs met bijna 44 jaar het hoogst, gevolgd door de landbouw en de visserij. In de horeca is de gemiddelde leeftijd met nog geen 35 jaar het laagst. Hier werken veel jongeren. Ook in de handel en reparatie en de zakelijke dienstverlening was de gemiddelde leeftijd, met ongeveer 38 jaar, relatief laag.
Gemiddelde leeftijd werkzame beroepsbevolking per bedrijfstak, 2008
Gemiddelde pensioenleeftijd werknemers 61 jaar
In 2006 was de gemiddelde leeftijd waarop werknemers met pensioen gingen 61 jaar. Bij zelfstandigen lag deze leeftijd aanzienlijk hoger, op ruim 66 jaar. Bij ruim acht van de tien werknemers die in 2006 met pensioen gingen lag de pensioenleeftijd vóór de 65 jaar. Van de zelfstandigen die met pensioen gingen was maar ruim een kwart jonger dan 65.
In de landbouw en visserij lag de gemiddelde pensioenleeftijd het hoogst met ruim 63 jaar, gevolgd door de handel en reparatie met ruim 62 jaar. Werknemers in de bedrijfstak energie en water en het openbaar bestuur gingen gemiddeld het vroegst met pensioen, respectievelijk met 58 en bijna 60 jaar.
Gemiddelde pensioenleeftijd van werknemers, 2006
Koos Arts en Ferdy Otten
Downloads
- Tabel - 2909T