Mineralen in de landbouw, 1970-2007*

De Nederlandse landbouw heeft al jaren te maken met grote mineralenoverschotten. Deze vinden hun oorsprong in het grootschalig gebruik van kunstmest en (grotendeels geïmporteerde) veevoedergrondstoffen. Hiermee worden veel meer nutriënten op landbouwgrond aangevoerd dan er met landbouwproducten worden afgevoerd. Met name de stikstof- en fosforoverschotten uit de landbouw dragen in belangrijke mate bij aan de vermesting en verzuring van het milieu.

In 2006 bedroegen de mineralenoverschotten in de landbouw ongeveer 450 mln kg stikstof, 45 mln kg fosfor en 105 mln kg kalium. Dit is een sterke daling ten opzichte van het topjaar 1986: van stikstof met circa 45 procent, van fosfor met 55 procent en van kalium met 45 procent.Het CBS heeft voor diverse jaren de stikstof-, fosfor- en kaliumoverschotten in de landbouw vastgesteld en gepubliceerd. De methodiek is beschreven in de publicatie 'Mineralen in de landbouw, 1970-1990' (CBS, 1992).   

Mineralenoverschotten en beleid sinds 1970

De overschotten in 2006 bedroegen 444-459 mln kg stikstof, 41-45 mln kg fosfor en 104-110 mln kg kalium. Dit is een stijging ten opzichte van 2005: het overschot van stikstof steeg met circa 5 procent, van fosfor met ruim 15 procent en van kalium met ruim 20 procent. Deze stijging kwam vooral door een lagere gewasproductie ten opzichte van 2005 (de daling in de gewasproductie bedroeg voor stikstof 6 procent en voor zowel fosfor als kalium 9 procent).

Cijfers van 2007 (voorlopig) wijzen op een daling van de overschotten na een stijging in 2005 en 2006. Ten opzichte van 2006 daalde het stikstofoverschot met 4 procent, het fosforoverschot met 20 procent en het kaliumoverschot met 19 procent. Deze daling komt deels door een lagere aanvoer met dierlijke mest (2-6 procent lager) en deels door een hogere afvoer met gewassen ten opzichte van 2006 (3-8 procent hoger).

Ontwikkeling van de overschotten, 1983-2007*

2008-mineralenoverschot
 

De mineralenoverschotten in de landbouw stegen tot 1986 door de toegenomen omvang van de veestapel. Daarna kwam een daling tot stand door de invoering van wettelijke maatregelen zoals de Beschikking Superheffing (1984) en de Mestwetgeving. De Superheffing leidde tot een sterke daling van het aantal runderen. Ook zijn de mineralengehalten van krachtvoer, vooral de fosforgehalten, gedaald. Verder is het gebruik van stikstofmeststoffen aanzienlijk afgenomen in de periode 1986 tot 1990. Daarna (tot 1999) is het stikstofgebruik en daarmee het overschot echter nauwelijks afgenomen. Dit komt doordat het mestbeleid nog vooral gericht was op het terugdringen van het fosfaatgebruik. Vanaf 1998 richt het mestbeleid zich ook op stikstof (Nitraatrichtlijn (EU, 1991); MINAS (LNV, 1995)), waarbij er normen gesteld worden aan de stikstofbelasting van landbouwgrond om zo ook de uitspoeling van nitraat naar het grondwater en oppervlaktewater te beperken en de kwaliteit van het drinkwater veilig te stellen.

MINAS, 1998-2005

Na de introductie van dit ‘Mineralen Aangifte Systeem’ (MINAS) kwam de daling van het stikstofoverschot weer op gang en zijn de overschotten van fosfor en kalium verder omlaag gegaan. In 2000 werd een afname bereikt van circa 15 procent ten opzichte van 1997 mede door een fors lager gebruik van meststoffen. In 2002 zijn de overschotten al sterk gedaald ten opzichte van 1997: stikstof met circa 30 procent, fosfor met circa 35 procent en kalium met circa 40 procent. De dalende trend werd in 2003 verstoord door een fors lagere afvoer met gewassen dan in een normaal jaar, vooral de grasopbrengst viel tegen als gevolg van de extreem droge zomer. In 2004 daalden de overschotten weer: stikstof met 33 procent, fosfor met 43 procent en kalium met 47 procent ten opzichte van 1997. Maar in 2005 (het laatste MINAS-jaar) kwam weer een stijging van de overschotten tot stand deels door een lagere afvoer (met gewassen) en deels door een hogere aanvoer met meststoffen (fosfor en kalium), ten opzichte van 1997 daalde het overschot van stikstof met 31procent, van fosfor met 30 procent en van kalium met 19 procent. Ten opzichte van 1986 bedroeg de daling in 2005 voor stikstof 47 procent, voor fosfor 60 procent en voor kalium 56 procent.

Nieuw Mestbeleid per 1 januari 2006:

Per 1 januari 2006 is het Nieuwe Mestbeleid in werking getreden waarbij er aanvoernormen voor stikstof en fosfor gelden in plaats van de verliesnormen in het MINAS-systeem. De cijfers van 2006 laten echter weer een stijging zien van de overschotten, omdat er in 2006 opnieuw sprake was van lagere gewasopbrengsten. Wel blijkt een deel van de dierlijke mest uit het jaar 2006 (door de introductie van aanvoernormen) niet geplaatst te zijn, dus in opslag gebleven (circa 15 mln kg N, 5 mln kg P en 10 mln kg K). Hiermee is bij de berekening van de aanvoer van dierlijke mest geen rekening gehouden in deze publicatie; de in opslag gebleven hoeveelheden mest zitten natuurlijk wel inbegregen in de overschotcijfers van 2006. Voorlopige cijfers van 2007 laten wel een daling zien in de overschotten sinds het jaar 2004 mede doordat de gewasproductie weer op een normaal niveau was.
 
Het mineralenoverschot wordt bepaald door de aan- en afvoer van mineralen. De afvoer met gewassen is behalve van de mate van bemesting en grondsoort ook afhankelijk van de weersomstandigheden. Jaarlijks kunnen de gewasopbrengsten door veranderde weersomstandigheden sterk van elkaar afwijken met als gevolg schommelingen in de overschotten. In 2006 bedroegen de overschotten circa 40-60 procent van de totale aanvoer van mineralen: voor fosfor 42 procent, voor kalium 47 procent en voor stikstof 60 procent. Dit komt overeen met een benuttingspercentage van 58 procent fosfor, 53 procent kalium en 40 procent stikstof: een flinke verbetering sinds de invoering van MINAS. Wel zorgt de toename van de overschotten in 2005 en 2006 tijdelijk weer voor lagere benuttingspercentages. In 1997 bedroegen de benuttingspercentages voor fosfor en kalium circa 45 procent en voor stikstof 31 procent, en in 1990 voor fosfor en kalium 34 procent en voor stikstof 25 procent.

Norma Fong

Bron: Mineralenbalans Nederlandse landbouw, 1970-2007*

Meer informatie is beschikbaar over:

• Stroomschema’s stikstof, fosfor en kalium 2004-2006

• Sectorbalansen 1990-2006

• Bodembalansen 1990-2007*

• Referenties